Pannen
riteitsregels die aan de labels gehecht
a.
b.
c.
Fig. 1. Labels worden
versneden tijdens
het pannen.
Voor de dynamische kaarten anderzijds is alleen de verwer
kingstijd van de dynamische stap van belang. Wanneer een
gebruiker interageert met de kaart, zijn de berekeningen
van de pre-processing stap al afgerond. De enige berekenin
gen die nog moeten uitgevoerd worden, zijn deze van de dy
namische stap. Bijgevolg zal alleen de verwerkingstijd van
deze stap een invloed hebben op de tijd dat een gebruiker
moet wachten voordat hij het resultaat op het scherm ziet.
Een ander element dat in deze paragraaf vermeld kan wor
den, is de mogelijkheid van een post-processing stap. Zoals
de naam het aangeeft, is dit een extra stap die na het eigen
lijke proces van de automatische tekstplaatsing wordt inge
voerd. Wanneer deze laatste voltooid is, kan de operator nog
manueel de positie van de labels die niet optimaal geplaatst
waren door de automatische methode, aanpassen.
Voor de dynamische kaart is het invoeren van een dergelijke
post-processing stap niet mogelijk. Nadat de automatische
plaatsingsmethode is afgerond, kan een operator geen ver
anderingen meer aanbrengen aan de positie van de labels.
De verkregen resultaten moeten immers onmiddellijk aan
de gebruiker getoond worden.
De pan-operatie verschuift de positie van het venster over
de kaart. Dit soort operatie is alleen terug te vinden bij dy
namische kaarten. Wanneer een statische labelmethode
in combinatie met de pan-operatie wordt gebruikt, treden
er verscheidene problemen op. Eerst en vooral kunnen de
labels doorsneden worden door het huidige venster, zowel
horizontaal als vertikaal, met als gevolg dat de labels niet
meer leesbaar zijn.
Een tweede potentieel probleem is dat het object nog net
binnen het venster valt, maar dat het bijbehorende label er
buiten ligt. De gebruiker ziet in het venster dus enkele ob
jecten zonder label. Ook het omgekeerde kan voorkomen:
het label ligt binnen het venster, maar het object valt er net
buiten. Bijgevolg is de kans groot dat de gebruiker de labels
met verkeerde objecten, die wel binnen het venster liggen,
gaat associëren. Fig. 1 toont een voorbeeld van deze proble
men wanneer het venster naar rechts verschoven wordt.
De twee grijze zones geven de posities van de twee vensters
aan: voor en na het pannen. De labels die versneden worden
na het verschuiven, staan in rood aangegeven.
De dynamische tekstplaatsingsmethoden moeten in staat
zijn deze situaties te vermijden of te detecteren en vervol
gens op te lossen.
Fig. 2a, b en c.
Verschijnen en
verdwijnen van label
a wanneer er naar
rechts gepand wordt.
Een ander element dat gebruikers kan
verwarren en afleiden, is het versprin
gen van labels. Indien de positie van
het venster ten opzichte van de kaart
slechts over een kleine afstand wordt
verschoven, kunnen sommige labels
verdwijnen en terug verschijnen. Dit
effect wordt veroorzaakt door de prio-
zijn. Tijdens het pannen verandert de
positie van bepaalde labels en wanneer
een label met een hogere prioriteit een
label met een lagere prioriteit overlapt,
zal deze laatste gedeselecteerd worden
en verdwijnen van de kaart (fig. 2b).
Anderzijds, als dit label met hogere pri
oriteit opnieuw van positie verandert
en dus het label met de lagere priori
teit niet meer overlapt, verschijnt deze
GEO-INFO 2008-5