De ruimtelijke ordening opnieuw geordend
Z
15
ard!
Op i juli 2008 treedt de nieuwe Wet ruimtelijke ordening in werking. Daarmee wordt
een wetgevingstraject afgerond waarvan de start in 1999 lag. De wetswijziging
heeft vee! gevolgen voor de verschillende partijen die werkzaam zijn rond inrichting
en beheer van de ruimte. Deels omdat de inhoud verandert: er zijn straks nieuwe
mogelijkheden voor het gebruik van het instrumentarium. Maar nog meer omdat de vorm
verandert: er komen andere plannen en procedures waardoor werkprocessen moeten
worden aangepast. In het onderstaande een overzicht van de nieuwe situatie.
228
Een belangrijke aanleiding voor herziening van de Wet
op de Ruimtelijke Ordening (WRO) is dat de wet in de
loop der tijd steeds onoverzichtelijker is geworden. De WRO
kent momenteel een groot aantal verschillende planfigu
ren, met onderling verschillende totstandkomingsprocedu
res. Door allerlei wijzigingen is de leesbaarheid steeds las
tiger geworden. Maar ook in de praktijk zorgt de WRO voor
onoverzichtelijke situaties. De geldende gebruiksvoorschrif
ten voor een bepaalde plek zijn soms lastig te traceren. Er
kunnen binnenplanse en buitenplanse vrijstellingen zijn
verleend, die via de plankaart van het betreffende bestem
mingsplan niet te achterhalen zijn. Of het bestemmings
plan voor dat deelgebied is niet meer in werking, omdat
het vervangen is door een nieuw plan dat echter maar een
deel van het oude plangebied bestrijkt. Of de voorschriften
gelden niet meer, omdat er een paraplubestemmingsplan is
vastgesteld die van alle plannen in één keer bepaalde voor
schriften heeft gewijzigd (bijvoorbeeld door nieuw horeca-
beleid). Vaak is momenteel het geheugen van een al lang
meedraaiende ambtenaar cruciaal om het geldende plano
logische regime te kunnen achterhalen. De rechtszekerheid
maar ook de democratische legitimatie van het ruimtelijk
beleid lean dan onder druk komen te staan.
Maar er is meer aan de hand. De instrumenten uit de Wet
op de Ruimtelijke Ordening sluiten steeds minder goed aan
Medio 2008 treedt
de langverwachte
nieuwe Wro in
werking.
op nieuwe verhoudingen tussen over
heden bij de uitvoering van ruimtelijk
beleid. Besluiten kunnen niet altijd op
het goede schaalniveau worden geno
men. Verder is de praktijk van ruim
telijke ordening er steeds meer één
van projectbesluitvorming geworden,
waarbij de ruimtelijke inpassing van
projecten soms in het gedrang komt
omdat de bestemmingsplannen niet
worden aangepast. De lange duur van
met name de bestemmingsplanproce
dure werkt dit nog verder in de hand.
En ook de uitvoering van plannen kan
beter door versterking van de koppe
ling tussen ruimtelijke ordening en
grondbeleid. In de praktijk levert het
meebetalen door grondeigenaren die
profiteren van een nieuwe winstge
vende bestemming van de grond aan
noodzakelijke overheidsinvesteringen
soms problemen op. Al met al was dit
voor de rijksoverheid reden genoeg te
komen tot een ingrijpende wetgevings
operatie die onlangs voltooid is.
Fundamentele herziening
Besloten is tot een fundamentele her
ziening van de WRO. Geen wijziging
van de bestaande wet, maar een ge
heel nieuwe regeling. Dat brengt met
zich mee dat we voortaan spreken over
de Wet ruimtelijke ordening (Wro) in
plaats van de Wet op de Ruimtelijke
Ordening (WRO).
Het centrale wetsvoorstel, de nieuwe
Wro, is in mei 2003 bij de Tweede Ka
mer ingediend. Mede naar aanleiding
van discussies en aangenomen amen
dementen in de Tweede Kamer is het
op een aantal onderdelen nog ingrij
pend gewijzigd. Het oorspronkelijk
beoogde bijzonder overzichtelijke sy
steem van nieuwe ruimtelijke plannen
GEO-INFO 2008-6