m
merken; daartussenin werden om de
24 m (de lengte van de draden) hou
ten paaltjes geplaatst, waarin vóór de
ijking de te gebruiken Jaderin-bouten
konden worden geschroefd. In verband
met de ijking van de invardraden voor
de metingen op de Afsluitdijk werden
deze paaltjes in 1964 vervangen door
betonnen exemplaren met 'fittingen'
voor Jaderin-bouten. De aanleg van de
'invardraadbasis' was gewenst, omdat -
anders dan bijvoorbeeld bij de Numme-
la-basis in Finland - de ondergrondse
merken 'onder', in plaats van 'naast' de
(primaire) pijlers waren aangebracht,
hetgeen het praktisch gebruik van die
vastleggingen bemoeilijkte.
Ten behoeve van de ijking van EDM-ap-
paratuur had de Onderafdeling der Ge
odesie van de TH Delft najaar 1958 de
0-, 288- en 576-pijlers van de primaire
basis van speciale boutjes voorzien en
de Meetkundige Dienst van de Rijks
waterstaat (MD) was kort daarna waar
schijnlijk de eerste 'klant' die daarvan
met zijn nieuwe Tellurometer gebruik
maakte. Zoals in ons vorige artikel ver
meld klopte dr. Froome van het NPL in
1967 bij de RCG aan met het idee zijn
Mekometer III op de Loenermark-basis
te beproeven. Bij die gelegenheid zou
hij ook, onder veldomstandigheden,
de lichtsnelheid in lucht bepalen,
maar financiële overwegingen - de
basis zou moeten worden uitgebreid
met een extra pijler en Froome vroeg
om personele hulp en andere facili
teiten - stonden de uitvoering van de
voor april 1970 geplande metingen in
de weg. Froomes verzoek was wel een
extra argument geweest om de basis in
1969 te laten hermeten. IJking van de
elektro-optische afstandmeters die het
Kadaster ten behoeve van de RD had
aangeschaft, leidde in 1980 tot de defi
nitieve overdracht van het beheer van
de basis aan die dienst.
De ijkbasis plaatste de directe omge
ving in de Loenermark ook meer alge
meen in de geodetische aandacht. Zo
bood prof.ir. G.F. Witt (planologische
geodesie), na overleg met de RCG en de
gemeente Apeldoorn, de geodetische
gemeenschap in 1966 voor de ijking
van optische afstandmeters in de Loe
nermark een proefveld waarvan de
punten door voorwaartse insnijding
waren bepaald vanuit de ijkbasis. Wel
iswaar bepaalde de MD in 2002 nog
de hoogte van zeven rond de basis
Onbeschermde Jade-
rinbout in de O-pijler
van de invardraad
basis (situatie 2008).
geplaatste ondergrondse merken, maar omdat die na de
Tweede Nauwkeurigheidswaterpassing van 1926-1940 wer
den geplaatst, kunnen die merken, hoewel verankerd in een
geologisch stabiel stuk Nederland, niet worden benut voor
de borging van het NAP.
Lengtemeting per seconde, het einde van de
interferentiebases
Nauwkeurige elektro-optische afstandmeting had anno
1980 in de geodesie de rol van de hoekmeting voor een be
langrijk deel overgenomen. Dat was ook het geval bij de
RD. EDM bepaalde inmiddels niet alleen de schaal van drie-
hoeksnetten, maar oolc de vorm. Invardraden en -banden
waren, mede door de omslachtigheid van het meten daar
mee, in onbruik geraakt en de ijkbasis Loenermark diende
alleen nog - overigens belangrijk genoeg - voor de ijking van
de EDM-apparatuur, zoals Geodimeters in eigentijdse, voor
veldgebruik ontworpen uitvoering. In de vorm van laseraf-
standmeting had de EDM inmiddels ook haar intrede ge
daan in de satellietgeodesie en daar in de wijdmazige ruim
telijke driehoeksnetten de fotografische richtingsmeting
verdrongen naar een rol waarbij die hoogstens nog diende
voor de oriëntering. De EDM, hetzij in terrestrisch-land-
meetkundige, hetzij in ruimtelijke satelliet-geodetische
toepassing, steunde op de veronderstelde invariantie van
de lichtsnelheid in vacuüm (c) als natuurconstante en het
beschikbaar komen van transportabele en in het veld bruik
bare frequentiestandaarden in de vorm van stabiele oscilla-
toren. In het open veld was de lichtsnelheid wel niet precies
gelijk aan c, maar afwijkingen daarvan als gevolg van het
medium (refractie) konden gaandeweg beter worden gemo
delleerd of geëlimineerd.
Over 24 bijna rechte
kilometers bood de
Afsluitdijk tussen de
Stevin- en Lorentz-
sluizen een unieke
gelegenheid voor een
nieuwe schaalbepa-
ling van het RD-net
(bron: www.eendijk
vaneendijk.nl)
GEO-INFO 2008-9