Meer dan kalibratiebank voor waterpasbaken
Nederlands Meetinstituut te Delft
Niets is stabiel.' Dat zegt wetenschappelijk medewerker
dr. Richard Koops van NMi Van Swinden Laboratorium
B.V. (NMi: Nederlands Meetinstituut.) De oneliner onder
streept meetbehoeften maar is van toepassing op meer:
NMi is gehuisvest op Thijsseweg 11 te Delft, het voormalige
Geodesiegebouw. Dat pand uit 1975 werd totaal vernieuwd,
op de zogenaamde ijkgang - beter: kalibratieruimte - na, en
juist deze is de aanleiding tot een bezoek aan het laborato
riumcomplex op de begane grond. Zelfs de apart gefundeer
de plekken in de vloer zijn netjes geconserveerd en eentje
wordt er nog benut voor een kwetsbaar instrument.
Toegang tot de laboratoria - met namen naar lengteschalen
als micro en nano - is ook voor een redacteur alleen toege
staan met kunststoffen stofjas, dito hoezen om de schoenen
en voor elke ruimte een aparte uitmonstering'. Alle stan
daarden veranderden enkele decennia terug van stof- in na
tuurconstanten en die heb je overal ter wereld. Het tonen
van de meterstaaf van 'SIP Genève 1958' is dan ook museaal
van aard, de realisatie is nu met (laser)liclit. Twee kalibra-
tiestrepen voor 0° en 20° Celsius op de s taaf getuigen nog
van een achterhaalde strijd, die beslecht werd door de inter
nationale keus voor 20° C.
Waterpasbaken
De geodetische ijkfaciliteit was niet alleen al vóór de komst
van het NMi in het gebouw aanwezig, maar overname van
de kalibratiebank was oolc een onderdeel van het wensen
pakket rond het betrekken van het TUD-gebouw. 'NMi zei
daar ja op en heeft de opstelling integraal overgenomen.
Tijdens de verbouw is alles van de kalibratiebank voor wa
terpasbaken gedemonteerd om schade te voorkomen. Depo
neren vond gedurende een halfjaar plaats in de oude huis
vesting van het NMi. Klant Rijkswaterstaat communiceerde
verlenging van de herkalibratietermijn met een jaar tijdens
de verbouw en dat bleek te kunnen. Alles ging met mede
werking van Rien Kremers, die er veel mee werkte. De bank
is na inhuizing exact herplaatst en functioneerde daarna
heel goed. In 2006 is de eerste kalibratie weer uitgevoerd.
De oude meetgang bleef dus in oude staat bewaard, maar
de klimatisering werd wel verbeterd. Dat was stap 1', aldus
Koops én Huygens.
Richard Koops en de
meterstaaf van '1958.
Kalibratiebank voor
waterpasbaken.
Koops, die zelf ook betrokken was bij
de inhuizing. Hij vervolgt over met na
me de kalibratiefaciliteit voor analoge
en (vooral) digitale waterpasbaken:
'Stap 2 was het herleidbaar maken
naar de standaardmeter via de her
leidbaarheidsketen. Stel je die als een
piramide voor, bij elk stapje naar be
neden in die piramide wordt de onze
kerheid groter. Natuurlijk werd er wel
gekalibreerd met de standaard, maar
wij hebben dat intensiever gedaan.
We keken naar mechanische opbouw,
thermische variaties, naar de positie
waar de meting plaatsvindt - een ande
re dan waar de detector naar kijkt - en
dus naar de correctiefile. De onzeker
heid van twintig micrometer is voor
de praktijk voldoende en die komt ook
op het certificaat te staan.' Verder mo
derniseren van het systeem is nog een
wens: het vergt investeringen en wordt
dus gedicteerd door de marktvraag.
Geodeten zijn reeds lang zelf geen
<3
CEO-INFO 2008-9