gelijk is om bestaande data in DXF in te lezen en automa
tisch te converteren naar CityGML. Dat blijkt alleen te luk
ken bij die features die beschreven zijn met polylines die
te sluiten zijn. Dat zijn in dit geval de gras- en beplantings
vakken. De modellering van de viaducten is met de topos-
copietechniek uitgevoerd. Hieruit blijkt eveneens dat het
behoud van een goede topologie van groot belang is, ook
als CAD-datasets als bron worden gebruikt. Desalniettemin
is het hoopgevend dat 3D-data via deze weg eenvoudig in
een open standaard geplaatst kan worden, waarna de da
ta via reguliere webservices verpreid kan worden. Onder
staande figuur toont een CityGML-model van een viaduct
nabij knooppunt Ressen.
Er zijn momenteel twee freeware browsers voor CityGML:
Aristoteles en LandXplorer. Na het installeren van deze vie
wers, kunnen de CityGML-modellen via de projectwebsite
worden bekeken. Liefhebbers kunnen de CityGML-bestan-
den ook in een reguliere text editor openen om de techniek
achter CityGML verder uit te pluizen.
Alternatieven voor CityGML
In de loop van het project GÏMCIW zijn vanuit de markt ver
schillende alternatieven ontwikkeld. Google Earth en ook
Microsoft Virtual Earth bieden als grote GIS-data-ontsluiter
inmiddels ampel mogelijkheden om 3D-objecten te visu
aliseren en uit te wisselen. Zeker sinds de acceptatie van
Google-formaten als open standaarden is dat een interes
sant perspectief.
Daarnaast biedt ook Adobe de mogelijkheid relatief eenvou
dig 3D-werelden te verspreiden middels zijn PDF-formaat.
In de laatste generatie van het Adobe PDF-formaat zijn deze
mogelijkheden nog verder uitgebreid.
Fig. 4. Visualisatie
viaduct bij knoop
punt Ressen.
Desalniettemin is bewust de keuze gemaakt de focus op
het CityGML-formaat te leggen. Reden hiervoor is dat de Ci-
tyGML-standaard een brede acceptatie heeft en nauw aan
sluit op bestaande 2D-standaarden. Bovendien definieert Ci
tyGML ook het semantische model en dit is juist een aspect
dat vaak nog niet voldoende aandacht krijgt.
Conclusie
Het GlMCIW-project beoogt de uitwis
seling van informatie in civieltechni
sche werken te verbeteren door techni
sche en organisatorische maatregelen
voor te stellen. Open standaarden spe
len hierin een belangrijke rol, maar
deze waren tot op heden nog niet
voldoende beschikbaar voor 3D-data.
Met de nieuwe standaarden IFC en
CityGML lijkt hierin verandering te ko
men. Een punt van aandacht blijft de
beperkte afstemming tussen de bouw
kundige IFC-standaarden enerzijds en
de GIS-achtige CityGML-semantiek an
derzijds.
Desalniettemin heeft de pilot uitgewe
zen dat met een relatief beperkte in
spanning goede 3D-modellen te maken
zijn op basis van verschillende 2D- en
3D-databronnen. Deze CityGML-model
len kunnen vervolgens via de reguliere
standaarden uitgewisseld worden.
Een brede acceptatie van CityGML ver
eist nu vooral ook de ondersteuning
van dit formaat door de verschillende
softwarespelers op de markt. Het con
versiepakket FME van Safe Software
ondersteunt inmiddels zowel IFC als
CityGML. Verschillende CAD- en GIS-
ontwikkelaars hebben aangekondigd
ook die richting op te gaan.
Voor de toekomst is het tenslotte van
belang de ontwikkelingen van Ci
tyGML nauwlettend te volgen. Aan de
beroepsgroep is de schone taak om het
belang van deze en andere standaar
den ook onder collega's buiten het
geodetische werkveld te benadrukken.
Dit zal uiteindelijk ook de uitwisseling
van geo-informatie in civieltechnische
werken ten goede komen.
Literatuur
Gröger, Gerhard, Thomas H.Kolbe,
Angela Czerwinski, Candidate Open-
GIS CityGML Implementation, Applica
tion Schema for the Geography Markup
Language 3 (GML 3.1.1) OGC 07-062.
Groneman, A.C.,2004, Toposcopy
combines photogrammetric mo
delling with automatic texture
mapping. Proceedings of the ISPRS
workshop on vision techniques applied
to the Rehabilitation of City Centres
held in LisbonPortugal (25-27 Octo
ber 2004).
CEO-INFO 2008-9