De levende kaart
Geo-Info in Praktijk
Arnold Bregt
Het sneeuwde buiten. De ijspegels
hingen aan de gotische bogen van het
kasteel. Fred en George haastten zich
naar binnen en liepen tegen Harry op.
'Harry, we hebben iets voor je', en ze
gaven hem een vaalbruin opgevouwen
document. 'Wat moet ik hiermee?',
reageerde Harry. 'Wacht maar af!', ant
woordde Fred en hij tikte met zijn staf
op het document. Langzaam verscheen
een wapen op de voorkant. Harty vouw
de het document open en er verscheen
een plattegrond van het kasteel. Aan
dachtig bestudeerde hij de kaart en
zag bewegende voetstappen in één van
de kamers van het kasteel. 'Hé, dat is
Perkamentus in zijn studeerkamer',
riep Hariy verrukt. 'Ja', zei George, 'op
deze kaart kun je zien waar iemand
zich bevindt en wat hij doet op ieder
moment van de dag'.
Sommigen van u zullen de boven
staande scène herkennen als een
fragment uit de film 'Harry Potter en
de gevangene van Azkaban'. De scène
is natuurlijk fictie, maar de 'levende
kaart' zoals getoond in de filmbeelden
is dichterbij dan we wellicht denken.
Onder de naam van (geo)-sensorweb of
(geo)-sensornetwerk voltrekt zich een
stille revolutie die grote gevolgen voor
ons vakgebied zal hebben. Wat is de es
sentie van deze ontwikkeling?
In de wereld staan op diverse plaatsen
sensoren opgesteld. Hierbij kunt u bij
voorbeeld denken aan temperatuur-,
grondwater- en geluidsensoren. Ook
de vele (bewalcings)camera's nemen
voordurend beelden op van de wereld.
Naast de vaste sensoren kennen we
een groot aantal mobiele sensoren die
informatie over de aarde verzamelen.
Satellieten cirkelen permanent om
de aarde en registreren allerlei ver
schijnselen en processen die zich aan
het aardoppervlak en in de atmosfeer
afspelen. Kortom, een wereld vol sen
soren. Nog geen nieuws zult u denken,
want temperatuursensoren zijn er al
jaren en ook de satellieten als bron van
informatie gaan al heel wat jaren mee.
Het nieuwe van de recente ontwikke
ling is ook niet gelegen in het gebruik
van sensoren op zich maar in de groei
ende mogelijkheden om informatie
van uiteenlopende sensoren via het
web te combineren. Om dit mogelijk
te maken is standaardisatie van de
informatievergaring van sensoren es
sentieel. En juist op dit punt zijn er de
afgelopen jaren veel ontwikkelingen.
Door het Open Geospatial Consortium
(OGC) zijn specificaties ontwikkeld
voor het zogenaamde 'Sensor Web Ena
blement (SWE)'. SWE omvat een serie
standaarden die het mogelijk maakt
om zeer uiteenlopende sensoren op
een eenduidige wijze te beschrijven
en de informatie van deze sensoren op
een gestandaardiseerde manier te pre
senteren. Door Michel Grothe en Jan
Kooijman (editors) is hierover een zeer
lezenswaardige bundel samengesteld
naar aanleiding van een studiedag
over dit onderwerp (Nederlandse Com
missie voor Geodesie 45, ISBN: 978 90
6132 305 1).
De ontwikkeling van sensorwebs is na
tuurlijk geen exclusief geo-ïnformatie
domein. Veel disciplines dragen hun
steentje aan de ontwikkelingen bij.
Elektrotechnici zijn bezig met onder
zoek naar de energievoorziening van
sensoren en technici en fysici richten
zich sterk op de miniaturisering ervan
en ook ruimtelijke disciplines als hy
drologie en bodemkunde hebben het
onderwerp omarmd. De rol van de geo-
infbrmatiesector is op dit moment, en
zeker in Nederland, nog vrij bepex-kt.
Dat is jammer, want het betreft een
ontwikkeling waar we als sector aan
de ene kant een goede bijdrage aan
kunnen leveren en aan de andere kant
enorm van kunnen profiteren. Geo-sen-
sorwebs stellen ons in staat om allerlei
ruimtelijke fenomenen real-time waar
te nemen en de gegevens ook direct te
gebraiken in analyses. We kunnen dy
namische ruimtelijke informatie over
bijvoorbeeld het weer en vervuiling
combineren met meer statische geo-
in formatie over bewoning, bevolkings
concentraties enz. Vooral bij temporeel
zeer abrupte processen met een sterke
ruimtelijke differentiatie, zoals vloed
golven, orkanen, lokale verontreini
gingen en calamiteiten biedt een geo-
sensorweb veel meerwaarde om snel
inzicht te krijgen in de ontwikkelingen
om vervolgens ook snel en adequaat te
kunnen handelen.
De ontwikkeling van geo-sensorwebs
staat wereldwijd nog in de kinder
schoenen, maar de aandacht voor
het onderwerp vanuit onderzoek en
toepassingen is zeer sterk groeiende.
Vooral in Duitsland en Canada worden
diverse experimenten opgezet om in
de praktijk de mogelijkheden te ver
kennen en problemen op te lossen. Het
onderwei-p leent zich ook uitstekend
voor praktijkexperimenten. In Neder
land hebben we de neiging om eerst
stevig te discussiëren over aanpak, op
zet en inrichting van een experiment,
voordat we tot handelen overgaan. Bij
de inrichting van geo-sensorwebs is
het gezien de aard van het onderwerp,
zaak om de volgorde om te draaien.
We beginnen met experimenteren en
bediscussiëren de resultaten. De dis
cussie wordt er rijker en levendiger
van en tegelijkertijd doen we de no
dige praktijkervaring op.
Ilc begon deze column met de fictieve
levende kaart van Harry Potter. Wat
betreft de ontwikkelingen van de
geo-sensorwebs zijn we een heel eind
met realisatie hiervan. Laten wij als
geo-informatiesector deze uitdagende
nieuwe ontwikkelingen aangrijpen en
enthousiast gaan experimenteren.
Arnold Bregt,
Hoogleraar Geo-informatiekunde,
Wageningen Universiteit
(Centrum Geo-informatie).
Voor meer informatie:
www,geo-i nform atie.nl,
workshop "Sensing a Changing World"
CEO-INFO 2008-10