Zo ging het nu eens niet! termensen vlot worden beantwoord. Het Kadaster is inter mediair. Zij controleert de informatie van de netbeheer ders niet. Die zijn zelf verantwoordelijk voor de geleverde informatie. Particulieren die op eigen grond (mechanisch) graven moeten ook een KLIC melding doen. Voorlichting hierover wil het Kadaster organiseren onder meer via de verhuurbedrijven van graafmachines. In de middag hebben de deelnemers de mogelijkheid om uit acht sessies er twee te kiezen. Mogelijkheden waren: 'KLIC- online voor netbeheerders' (een grote volle zaal met live demonstraties van de nieuwe KLIC applicaties), 'KLIC voor grondroerders' (wat minder vol), CROW richtlijn zorgvul dig graafproces', 'De WION nader toegelicht', 'De WION en innovatie', 'De WION en de Gemeenten'. Een lastige keuze uit zoveel interessante onderwerpen. Ik heb gekozen voor sessies die betrekking hebben op landmeten en gemeenten en wel 'Uniforme matenplan-topografie en meetbestekken' en 'Gemeenten en proactieve regie in de ondergrond NEN dwarsprofielen' Matenplan topografie is nodig in uitbreidingsgebieden waar nog geen GBKN aanwezig is. Juist in uitbreidingsgebieden vinden veel graafincidenten plaats. De ligging van al aan wezige kabels en leidingen is daar veelal niet duidelijk. De bedoeling is nu om in dit soort gebieden actuele matenplan topografie te hebben en kabels en leidingen direct in RD vast te leggen. Nu worden tijdens het bouwoverleg de netbe- Afwijkende ligging heerders door de gemeente geïnformeerd over het plan en of verschil tussen krijgen ze een plan op floppy of cd mee. Per plan zijn er ge- planning en middeld zes versies. Hierdoor ontstaan binnen de bedrijven uitvoering. verschillen. De bedoeling is te komen tot één landelijk loket waar de actuele versie beschikbaar is, vergelijkbaar met de GBKN. Met matenplan topografie is in 2007 een proef gedaan in Friesland. Aan deze proef namen 31 gemeenten, de provincie, het waterschap en uiter aard de grote netbeheerders deel. In de proef bleek dat de door gemeenten, projectontwikkelaars en stedenbouw kundige bureaus geleverde plannen niet zonder meer te gebruiken zijn. Ze zijn soms niet in RD, geven soms geen relatie met de aanwezige bebouwing en geven teveel informatie als beplan ting, draairichting deuren, enz. Deze plannen moeten dus geschoond wor den. Het centraal schonen en centraal ter beschikking stellen, in combinatie met de GBKN, van deze matenplan in formatie levert een forse besparing op. Bovendien beschikken alle betrokken partijen hiermede over dezelfde infor matie. Tenslotte moet de matenplan topografie worden aangepast zodra de GBKN is aangepast. Hiertoe is bin nen de proef Friesland OTOL (Ontwerp Topografie Online) ontwikkeld en be proefd. De proefis uitermate succesvol verlopen en was aanleiding om het Ka daster te vragen het beheer van de ap plicatie te nemen en tot een landelijk systeem uit te breiden. De besturing van matenplan topografie is inmid dels ondergebracht bij het LSV. De re gionale stichtingen GBKN zijn akkoord (onder voorwaarde van een evaluatie in 2010). Financiering geschiedt via de GBKN verdeelsleutel. De netbeheer ders en de gemeenten verlenen hun medewerking aan OTOL. Een volgende stap is om standaarden af te spreken waaraan de levering van plan topogra fie door de ontwerpers moet voldoen, hiermede wordt de opschoningslag overbodig. Na de plantopografie kwamen nog de meetbestekken aan de orde. De bedoe ling is dat er bestekstcksten komen voor het terrestrisch inmeten van nieu we en verlegde kabels en leidingen. Tenslotte de NEN norm herziening voor dwarsprofielen van kabels en lei dingen. De oude normen NEN 1738 en 1739 zijn sterk verouderd. In 1964 was er nog geen sprake van glasvezel, stads verwarming, enz. De nieuwe concept norm is normatief voor nieuwbouw en informatief voor reconstructies. Daar elke situatie anders is, is er geen stan daardprofiel. De norm bestaat uit een procesbeschrijving met criteria voor CEO-INFO 2008-10

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2008 | | pagina 38