Jubileum NVK: 50 jaar kwaliteits
verbetering in de kartografie
403
In september 2008, de maand dat deze column geschreven
moest worden, was het vijftig jaar geleden dat de Nederlandse
Vereniging voor Kartografie (NVK) werd opgericht, een van de
acht verenigingen die samen in 2003 Geo-Informatie Nederland
(GIN) hebben gevormd. Gezien de huidige discussie (tussen redac
tie en GIN-bestuur) over het doel van Geo-Info, is het goed nog
eens stil te staan bij de redenen voor de oprichting van de NVK en
bij wat ze in die afgelopen halve eeuw heeft bereikt.
Vijftig jaar geleden was er nauwelijks sprake van contact tussen de verschillende
karteringsorganisaties in ons land. Formeel was er sprake van samenwerldng, mede
ook gezien het feit dat een aantal karterende overheidsbedrijven hun kaartmate
riaal bij de Topografische Dienst moesten laten drukken, maar in feite sprak men
niet met elkaar over technisch-kartografische of reproductie-technische zaken, laat
staan over opmaak of inhoud van de kaarten. Op een enkele uitzondering na waren
er geen kartografen die kritische geluiden lieten horen over eikaars producten, en
bovendien was er geen sprake van een kartografische opleiding, afgezien van enige
training in het eigen bedrijf. Door de contacten met de Deutsche Gesellschaft ftir
Kartographie realiseerde men zich dat gemis, en dat was waarschijnlijk de hoofd
reden voor de initiatiefnemers om ook in Nederland tot een kartografische vereni
ging te komen: informatie-uitwisseling ten behoeve van de kwaliteitsverbetering.
Een van de eerste initiatieven betrof het opzetten van kartografische scholings
mogelijkheden in ons land, en dat werd gerealiseerd op verschillende niveaus met
schriftelijke cursussen (door de leden zelf geproduceerd en door PBNA uitgegeven)
en opleidingen op de HTS en de Universiteit Utrecht. Op door de NVK georganiseerd e
kartografendagen en zomercursussen werden alle mogelijke technieken en proce
dures getraind, zoals schaduwering, kaartbeschrifting, reproductietechniek, kaart-
beschrijving en vormgeving van de randinformatie en kleurgebruik, om er een paar
te noemen. Daarover werd in het Kartografisch Tijdschrift (KT), het orgaan van de
nieuwe vereniging, uitgebreid verslag gedaan. Er was plaats voor gedegen, kritische
besprekingen van de nieuwe kartografische producten uit eigen land, er werden
nieuwe wetenschappelijke inzichten gepresenteerd, beschreven op een manier die
alle leden konden begrijpen. Om dat laatste te garanderen bestond de redactie uit
zowel praktische als wetenschappelijke kartografen. Omdat Nederland maar zo'n
klein land is werd er uitgebreid over de grens gekeken en werden zowel activiteiten
van de International Cartographic Association (ICA) als van de zusterverenigingen
in de buurlanden uitgebreid becommentarieerd.
Resultaat hiervan is een duidelijk aantoonbare verbetering van de kartografische
producten in ons land in de jaren zeventig en tachtig die ook zichtbaar was op in
ternationale kartografische tentoonstellingen. Door hun uitgebreide bespreking in
het KT (met Engelse en Franse summaries!) kon men ook in het buitenland kennis
nemen van de achtergronden van de veranderingen in inhoud en vormgeving van
waterstaats-, topografische, geologische en bodemkaarten, of van de ontwikkeling
van de Nederlandse commerciële kartografie, of van de manier waarop in Neder
land de automatisering of de informatisering van de geo-informatie werd aange
pakt.
Natuurlijk werd er ook bedrijfsnieuws in het KT opgenomen en kwamen persoon
lijke jubilea aan de orde. Het KT maakte daarvoor gebruik van een netwerk van re
gionale correspondenten, maar het is nooit hoofddoel van het KT geweest een ver
enigingsblad te zijn. Daarvoor waren de leden en hun belangen te divers. De leden
vonden elkaar in het onderwerp waarmee ze bezig waren, de beoefening van de
kartografie, de informatie-overdracht aan de hand van kaarten, en dat is het uit
gangspunt gebleven voor het tijdschrift.
Binnen de nieuwe GIN-omgevïng zijn de verschillen in achtergrond van de leden
nog groter dan in de voormalige NVK, maar ook nu is het bindmiddel de gedeelde
belangstelling voor de geo-informatie en de manier waarop die onze samenleving
kan ondersteunen. Kartografie, het mogelijk maken dat de ruimtelijke informatie
ook overkomt bij de gebruiker, is daarvan een essentieel onderdeel. Maar er zitten
nog vele andere, even essentiële aspecten aan de geo-informatie die evenveel aan
dacht behoeven in de Geo-Info en waarvan we voor de GIN-leden ook de ontwikke
ling in binnen- en buitenland moeten bijhouden en presenteren. We hebben daar
onze handen vol aan!
GIN
79 november 2008
19 november 2008-10-27 GIN-bijeenkomst regio
Zuid. Thema: mobiele kantoor. ROC West
Brabant, Terheijdenseweg 350 te Breda van
16.00 uur -19.00 uur. Meer info en aanmelding
via B www.geo-info.nl
27 november 2008
GIN/RGI Symposium. Zie p. 430-431.
27 november 2008
Bijzondere Algemene Ledenvergadering GIN op
het GIN/RGI Symposium. De GIN leden hebben
een schriftelijke uitnodiging ontvangen. Zie
ook artikel op p. 404.
BINNENLAND
23 september 2008 t/m 17januari 2009
Expositie n.a.v. Zuiderzee Atlas. Nieuwland
Erfgoedcentrum te Lelystad.
78 juni t/m 23 november 2008
Tentoonstelling Atlas Maior. De wereld van
Blaeu. Bijzondere collecties Universiteit van
Amsterdam.
77 t/m 27 november 2008
Geoweek. Zie Geo-Info 2008-9, p. 350.
B www.geoweek.nl
79 t/m 27 november 2008
International workshop Sensing a
Changing World: the role of sensor web
networks for environmental monitoring.
Universiteit Wageningen.
H www.grs.wur.uI/UK/Workshops/scw
2 8 t/m 29 november 2008
lie European Map and Book Fair, Breda.
Zie Geo-Info 2008-9, p. 351.
18 december 2 008
Themamiddag Ruimtelijke Basisbestanden,
Aula van de TU Delft.
BUITENLAND
20 november 2008
AGIV-trefdag te Gent (B). B www.agiv.be. Zie
bericht Geo-Info 2008-7/8, p. 310.
WWW.CEO-INFO.NL
Ferjan Orméling
REDACTIE@GiO-fNFO.Nt
GEO-INFO 2008-11