J
S?
i
en daarin viel het woord legger. De
vriendelijke dame aan de andere
kant van de lijn had daar nog nooit
van gehoord. Inderdaad: de legger is
door technische overbodigheid uit de
moderne digitale administratie ver
dwenen, en in de archiefkasten van
de regionale vestigingen vind je die
lijvige folianten sinds een paar jaar
ook niet meer terug. Maar we heb
ben nu wel de Digilegger, een bestand
van scans van pagina's uit de leggers
van het papieren tijdperk en uit het
perceelsgewijze register 71, voorzien
van een goed werkende, maar waar
schijnlijk alleen voor een ingewijde
begrijpelijke, index. Deze Digilegger
is te raadplegen op de kantoren van
het Kadaster en bij de regionale ves
tigingen van het Nationaal Archief.
Voor mijn onderzoekingen bezocht
ik het Gelders Archief in Arnhem en
de hoofdvestiging in Den Haag. Op
internet zijn handleidingen te vin
den, maar deze gaan niet in op het
probleem van de vervolgdelen (een
perceel bij een leggerartikel kan soms
wel in drie boeken voorkomen) en
helpen natuurlijk ook niet tegen een
zeer verwarrend kopje in de index
dat suggereert dat je de legger direct
op perceelnummer kunt benaderen.
Was het maar waar! De archiefmede
werkers zowel in Arnhem als in Den
Haag vonden het omgaan met de Di
gilegger een knap lastige materie, en
dat is het natuurlijk ook. Enige hulp
vanuit het geodetisch vakgebied zou
waarschijnlijk welkom zijn, maar ik
vrees dat de (nog) aanwezige kennis
over hoe de kadastrale administratie
vroeger in elkaar zat binnenkort vol
ledig is verdampt wanneer hier niets
aan gedaan wordt. Er is een mooie Ka-
dastergids van Keverling Buisman en
Muller, uit 1979, maar deze moet no
dig worden aangepast aan de huidige
ontwikkelingen.
Er is echter nog een ander probleem
wat de aandacht vraagt, en dat is de
raadpleging van de Digilegger niet
voor een enkel perceel of leggerarti
kel, maar voor een gebied met een ze
kere omvang, zeg zo'n 5000 percelen
door de tijd heen. De kern van Ede
bijvoorbeeld, tussen 1832 en 1989. In
een sinds anderhalfjaar lopend pro
ject heeft een zeer enthousiast team
zich beholpen met in het Gemeente
archief aanwezige deels beschadigde
of onleesbare kopieën van het regis-
4-k
■k-
JSEEl. J
Hulpkaart 368 van
dienstjaar 1903,
nieuwbouw van hui
zen naast een joodse
begraafplaats.
Al eerder uit de ar
chiefkasten van het
Kadaster verdwenen:
de legger.
ter 71, om de 'genealogie' van de percelen in het onder
zoeksgebied op een rijtje te krijgen. Maar voor controle en
aanvulling zal nu ook de Digilegger met de scans van de
originele registers moeten worden geraadpleegd. Dat be
tekent vele dure en tijdrovende reizen naar het Kadaster
of Gelders Archief in Arnhem. Op een terminal kunnen
we daar de gegevens opzoeken en bekijken, om die vervol
gens over te typen op een laptop. Dat zijn dan twee beeld
schermen met twee muizen en twee toetsenborden. Ooit
wel eens gedaan? Waarschijnlijk na ongeveer een kwartier
werk zal een ongerust geworden Kadaster- of archiefmede
werker dan de GGD bellen met het verzoek, of er niet een
paar dames of heren in witte jassen kunnen komen om de
onderzoeker(s) af te voeren ter liefdevolle verpleging. Om
dat verzoek voor te zijn, heb ik daarom het Kadaster ge
vraagd of het niet mogelijk zou zijn, de Digilegger op het
Gemeentearchief van Ede toegankelijk te maken (uiter
aard met alle mogelijke waarborgen tegen onrechtmatig
gebruik), en dan wel zodanig datje al het (dan nog steeds
uiterst moeizame!) werk op één beeldscherm en met één
muis kunt uitvoeren. Maar helaas, dit schijnt technisch
&MM.'
V j
'<"7\h
Uh 1 'd
IA*» jff
M
r
- J
U.rawu* WOv
ito
j Tl
1 7'- •■■•■v..
CEO-INFO 2009-5