Bijzondere hemelverschijnselen
Opzet van de website
De website 400 Jaar sterrenkijker is onder
deel van de Gedigitaliseerde kaarten van
de Universiteitsbibliotheek Utrecht. De
website is sinds 2004 online en presen
teert delen van met name de kaartencol-
lectie als full-image. Op deze digitale
afbeeldingen kan ingezoomd worden.
De gedigitaliseerde sterrenkaarten en
-prenten zijn zoveel mogelijk chronolo
gisch gerangschikt. Elke afgebeelde kaart
is voorzien van een uitgebreide docu
mentbeschrijving, Hierin staan de titel,
auteur, schaal, uitgever, techniek, afmetin
gen en natuurlijk bibliografische gegevens
vermeld. Daarnaast kent elke kaart een
uitvoerige wetenschappelijke toelichting,
waarin de positie van de kaart in de
ontwikkeling van de hemelkartografie
duidelijk wordt. Waar van toepassing zijn
uitgebreide verwijzingen naar relevante
literatuur opgenomen. De realisering
van deze deelcollectie gedigitaliseerde
kaarten is mede mogelijk gemaakt door
een subsidie van het K.F. Heinfonds in
het kader van het Utrechts Universiteits
fonds. De website 400 Jaar sterrenkijker is
toegankelijk via het webportaal van de
Universiteitsbibliotheek van Utrecht:
http://kaarten.library.uu.nl (klik op
collecties).
Figuur 4- De grote maankaart van Jean-Dominique Cassini, [1787]. Fiet betreft een herdruk van
de oorspronkelijke koperplaat van 1679. Zoals de meeste maankaarten die vóór het begin van
het ruimtevaarttijdperk werden uitgegeven, is deze maankaart georiënteerd met het zuiden
boven en het noorden onder, omdat dit het beeld is dat in een (omkerende) sterrenkijker zicht
baar is (Utrecht UB, Kaart Moll Mappae Astronomicae 79 [56]).
hemelkartografie een nieuw tijdperk in.
Ten eerste waren nu veel meer sterren te
zien dan met het blote oog mogelijk was.
Verder kon hun positie aan de hemel met
grotere precisie vastgelegd worden. Dit
uitte zich in steeds omvangrijkere sterren
catalogi en sterrenatlassen, waarin steeds
meer sterren waren opgenomen (ruim
1.600 rond het jaar 1700, ruim 17.000 rond
1800 en ongeveer 325.000 rond 1900).
Samen met de nieuwe karteringen van
de (vanuit Europa onzichtbare) zuidelijke
sterrenhemel leidde dit tot de invoering
van veel nieuwe sterrenbeeldfiguren,
wier aantal rond 1800 tot iets meer dan
honderd was opgelopen.
Van de grote verzameling van sterrenat
lassen en sterrenkaarten in de Universi
teitsbibliotheek Utrecht wordt slechts een
klein deel op de website getoond. Bij de
keuze hiervan zijn, naast de meer bekende
kaarten uit de beroemde sterrenatlassen
van Johannes Bayer (Uranometria, 1603),
Andreas Cellarius (Harmonia Macrocos-
mica, 1660/61, zie figuur 3), Johannes
Hevelius Firmamentum Sobiescianum
sive Uranographia, 1690), John Flamsteed
(Atlas Coelestis, 1729), Johann Gabriel Dop-
pelmayer (Atlas Coelestis, 1742) en Johann
Elert Bode Uranographia1801), vooral
de minder bekende en zeldzame exem
plaren geselecteerd. Hierbij zijn ook veel
hemelkaarten van Nederlandse herkomst
opgenomen, die in de literatuur over de
hemelkartografie nagenoeg onbekend
zijn.
Ook de zon, maan, planeten en kometen
werden de afgelopen vier eeuwen in
steeds meer detail bestudeerd. Met name
de maan was een geliefd waarneemobject
en van haar oppervlak werden talrijke
kaarten in omloop gebracht. Hiervan zijn
enkele op de website 400 Jaar sterrenkijker
te bewonderen (zie figuur 4).
Bijzondere hemelverschijnselen - zoals
zons- en maansverduisteringen, planeet
overgangen voor de zonneschijf en de
voorspelde terugkeer van een periodieke
komeet - gaven vaak aanleiding tot het
drukken van speciale kaarten en pamflet
ten, waarop het verloop van het hemel
verschijnsel en de tijden hiervoor werden
voorspeld (zie figuur 5). Deze documenten
vonden gretig aftrek, niet alleen bij weten
schappers, maar ook bij het lekenpubliek.
Vooral deze laatstgenoemde groep is
op de website 400 Jaar sterrenkijker ruim
vertegenwoordigd, omdat veel van dit
materiaal vanwege hun grote zeldzaam
heid nauwelijks bekend is. Daarnaast is het
materiaal interessant omdat het - in plaats
van door professionele sterrenkundigen -
door minder bekende personen werd uit
gegeven, zoals onderwijzers in de wis- en
zeevaartkunde, landmeters en personen
die men nu als'amateur-sterrenkundigen'
zou bestempelen. Onder deze personen
waren (in Nederland) vooral Andreas van
Luchtenburg (t 1709), Nicolaas Samuelsz.
Cruquius (1678-1754), Simon Jansz. Panser
(1696-1754), Gerbrand Nicolaas Bak (t 1781)
en Lambertus Nieuwenhuis (1740/41-1810)
zeer actief.
12 Geo-I nfo 2009-7/8