1
Basisregistratie
Grootschalige Topografie
Basisregistratie Ondergrond
milieukwaliteit;
Ook de BGT gaat over
op landelijkeuniforme
standaarden
Stand van zaken
Nadat in 2006 de catalogus met de specifi
caties van de inhoud van de basisregistra
tie was vastgesteld is bij het Ministerie van
VROM het projectteam BAG gestart met
het ondersteunen van gemeenten bij hun
implementatie door middel van bijeen
komsten in regionale
contactgroepen
en het beschikbaar
stellen van docu
menten. Gaandeweg
werd geleerd welke
knelpunten gemeenten tegenkwamen
bij het implementeren. Met nieuwe
handreikingen, verdiepingsdocumenten
en presentaties in de contactgroepen
werden zij hierbij ondersteund. Waar
EGEM-l-teams op hoog (bestuurlijk)
niveau bij de gemeente instaken, kwamen
in de contactgroepen de projectleiders
en de mensen 'van de werkvloer' bijeen.
Inmiddels zijn er 17 gemeenten (stand per
1 november 2009) waarbij door middel
van een toefatingsaudit is aangetoond dat
de kwaliteit van hun opgebouwde BAG in
orde is. Van hen zijn er 11 die hun bestand
ook hebben gekopieerd naar de lande
lijke voorziening BAG en die dit bestand
middels berichtenverkeer bijhouden.
De overige gemeenten werken op dit
moment hard om hun implementatie voor
elkaar te krijgen.
De landelijke voorziening BAG is in beheer
bij het Kadaster. Gemeenten die zijn
aangesloten op de landelijke voorzie
ning maken daarom bij aansluiting een
overstap van VROM die hen ondersteunde
bij de implementatie, naar het Kadaster.
Het Kadaster als beheerder voert overleg
met de bronhouders (gemeenten) over
het beheer en voert met bronhouders en
afnemers overleg over de werking van de
landelijke voorziening en overige zaken,
zoals inhoudelijke vernieuwing. Volgens
planning gaat het verplichte gebruik van
de BAG in per i juli 2011. De financierings
structuur voor inzage en verstrekking van
BAG-gegevens uit de Landelijke voor
ziening BAG is voor overheidsorganen
gebaseerd op een systeem van budget
financiering. Voor het vrijwillige gebruik
van BAG-gegevens door private partijen
zijn momenteel tarieven en een tarieven
structuur in ontwikkeling.
De Basisregistratie Grootschalige Topogra
fie (BGT) legt topografische objecten vast
met een geometrie die gedetailleerder is
dan in de Basisregistratie Topografie (BRT).
Hierdoor zijn deze geschikt voor presenta
tie op schaalniveaus
van 1:500 tot 1:5.000.
De BGT leent zich
voor het krijgen van
een beeld van de
fysieke werkelijkheid
en voor het weergeven van thema's met
een hoog detailniveau. Als minder detail
en meer overzicht gewenst is, is de BRT
meer geschikt.
Stand van zaken
De Basisregistratie Grootschalige Topogra
fie is als programma recentelijk gestart.
De afgelopen periode vormde de ver
kenningsfase waarin in overleg met de
betrokken partijen een eerste schets van
inhoud en organisatie is opgeleverd. Op
dit moment start de ontwerpfase waarin
deze schets nader wordt uitgewerkt. De
BGT wordt gebaseerd op reeds bestaande
grootschalige topografie die thans door
een groot aantal spelers wordt gepro
duceerd. Momenteel lopen de specifi
caties die de verschillende producenten
hanteren uiteen. Op dit vlak zal worden
overgaan op landelijke, uniforme stan
daarden. Om dit mogelijk te maken wordt
ook de bestuurlijke organisatie aangepast.
Een belangrijke rol wordt weggelegd voor
een orgaan dat de werktitel regieraad
WATERLOOP
GEMEENTE
GEMEENTE
S
P
O
BtMteFt'
gebied KOM
GEMEENTE
KOM
O li
R
L.
tJ
RIJKSWEG
N
P.
Wi
El
G!
Fig.7. Samenwerking in de productie1
heeft gekregen. Hierin hebben straks de
gebruikers en producenten zitting. Dit
orgaan bepaalt de inhoud en specificaties
van de BGT in de beheerfase. Gedurende
het programma heeft de stuurgroep BGT
deze rol.
De productie wordt verzorgd onder
verantwoordelijkheid van bronhouders
die ervoor kunnen kiezen zelf te produ
ceren of de productie te beleggen bij
een samenwerkingsverband. Voor de rol
van bronhouder wordt gedacht aan de
gemeenten, provincies, waterschappen,
Rijkswaterstaat, ProRail en mogelijk nog
meer partijen. Iedere bronhouder krijgt
dan de verantwoordelijkheid voor een
deel van het bestand. Het gaat hierbij in
de praktijk om die gebieden waar de bron
houder ook een groot belang als gebrui
ker heeft en in vele gevallen ook thans al
grootschalige topografie bijhoudt.
De gegevens van de bronhouders komen
bijeen in de landelijke voorziening van
waaruit ze kunnen worden geraadpleegd.
De beoogd houder van de landelijke
voorziening is het Kadaster. Het financie
ringsmodel moet nog in detail worden uit
gewerkt. De gedachte is een gezamenlijke
financiering door de vier overheidslagen
in een bepaalde verdeelsleutel. Eindge
bruikers zouden daardoor voor gebruik
geen drempels ondervinden.
Het schetsontwerp van de Basisregistratie
Ondergrond beschrijft de vastlegging van
bodem- en ondergrondgegevens. Het
gaat dan om vier domeinen, te weten:
geologische en bodemkundige
opbouw;
archeologie;
ondergrondse infrastructuur en
gebruiksrechten.
Deze domeinen worden beschreven aan
de hand van vier objecten:
verkenningen;
modellen;
infrastructuur;
gebruiksrechten.
Bodem- en ondergrondgegevens worden
in vele sectoren gebruikt, waaronder de
mijnbouwsector, de bouw- en infrasector,
de watersector, de openbare-orde- en
veiligheidssector, de milieusector, de
landschapssector, de archeologiesector
en de landbouwsector. Deze informatie
is van groot nut op uitvoerend niveau,
maar is ook van belang bij het vormgeven
van beleid rondom de pijler duurzame
Geo-lnfo 2009-11 7