De streek woar men woont
wordt het centrum
van de wereld
De ruimte vanuit het ik
Door het smeden van het
schild tekende Hephaestus
de volledige kosmos
binnen een cirkel
Om het historische verloop te begrijpen,
is enige afstand ten aanzien van onze
gebruikelijke begrippen aangewezen.
Etymologisch verwijst het Nederlandse
woord 'ruimte' naar uitgestrektheid.
Anders is het echter met het Engelse
'space'en het Franse'espace'. Zij werden
afgeleid van het Latijnse'spatium'toen
het kartografïsche grid zijn intrede deed.
In het vroegmoderne Spanje sloeg de
Spaanse variant espacio op slechts een
dimensie. Enkel binnen een selecte groep
van technici die bezig was met theoreti
sche of toegepaste kosmografie kreeg de
term een tweedimensionale betekenis
(Padrón 2002:28-60). Etymologisch zou er
een verband zijn met het Griekse'spao',
'trekken', waarmee waarschijnlijk naar
het spoor van de ploeg verwezen werd.
Klaarblijkelijk voelde het trekken van een
lijn op de kaart analoog aan het trekken
van de ploeg door de aarde (Ridgeway
1888, 9:18-30).' Hoewel met het besef van
de ruimte duidelijk een spel met dimen
sies op gang kwam, was er aanvankelijk
slechts een dimensie van tel: die van het ik
(Noel-Smith 2005, 9394 442).
Adrienne Rich
14 Edgevale Road Baltimore,
Maryland
The United States of America
The Continent of North America
The Western Hemisphere
The Earth
The Solar System
The Universe
Dit is de adressering die Adrienne Rich
citeerde uit een brief die ze als kind van
tien of elf jaar kreeg van een vriendinnetje
(Adrienne Rich,"Notes toward a Politics
of Location," in Blood, Bread, and Poetry:
Selected Prose 1979-1985, New York: Norton,
1 Zowel'spatium'als'stadium'komen van het
Griekse'stadion', een vroege vorm van'spadion',
een renbaan van het werkwoord 'spat' met een
betekenis van tekenen en trekken. Toevallig
heeft het Engelse'track'dezelfde achtergrond.
Het Nederlandse'trekken'is erin te herkennen,
Fig. 2. De Babylonische wereldkaart.
1986, p. 211-212). Het meisje plaatste
haar te midden van het grotere geheel.
Dat wint aan transparantie omdat het juist
in verhouding tot het'ik' bekeken wordt.
Zo'n egocentrisch standpunt kenmerkt
ook de oudste wereldbeelden. Vanuit het
eigen lichaam en de eigen leefwereld
krijgt het heelal vorm. De streek waar men
woont wordt het centrum van de wereld
(Kirby 1993,20:173-189).
Een ego- of dus ook ethnocentrisch
wereldbeeld is te vinden bij de Mesopota-
miërs. Op een Babylonische kleitablet (BL
92687, Map showing Assyria, Babylonia
and Armenia, 600BC) is de oudst bekende
wereldkaart gekrast. Georiënteerd naar
het noordwesten staat Babylon in het
centrum van een cirkelvormige landmassa
die omringd is door een randoceaan
(Horowitz 1988, so:i47-i65;Jones 2001,
9i:48s-487;Reynolds 2001, i2i:i3i-i32;Smith
1996,48:209-2ii;Unger 1937,2:1-7) Op de
achterzijde van de tablet bevindt zich een
fragment van een scheppingsverhaal.
Het beeld van de ruimtelijke wereld is dus
steevast met ideeën over het prille begin
verbonden. Die samenhang tussen ruimte
en tijd gaat evenwel verloren en tegelijk
verliest het ruimtelijk wereldbeeld zijn zin
gevende betekenis. Dat is een langdurig
proces waarvan de eerste stappen terug te
vinden zijn binnen de Griekse cultuur.
De Grieken zetten als eersten hun prak
tische kennis om in een systematische
geografie. Die kennen we vooral dankzij
Strabo (64/63 v.Chr- 23 na Chr.), een
Griek die in Klein-Azië onder Romeinse
heerschappij leefde en een eerste boek
aan geografie wijdde. Nochtans staat
bij Strabo de ruimtelijke studie van de
aarde geenszins los van culturele studies.
Hij legitimeert immers zijn initiatief door
het belang ervan voor de filosofie te
onderstrepen: "Niet alleen waren de eerste
geografische verdiensten het werk van
filosofen, de geografie is ook interessant
voor de filosoof en het bedrijven van
geografie vereist een goed geschoolde
filosoof". In zijn 'Geografica' noemt hij
Homerus de vader van de geografie
omdat hij niet alleen een excellent dichter
was, maar ook vertrouwd met elk aspect
van het publieke leven.2
Een bekende beschrijving van Homerus
vertelt hoe Hephaestus een wapenschild
smeedde voor Achilles (Homerus, Ilias
XVIII, 483-608). De volledige wereld stond
er op voorgesteld: de aarde, de hemel, de
zee, de zon, de maan en de sterren. Hep
haestus versierde het schild met scènes
uit het dagelijkse leven, zowel stadszich-
ten als natuurevocaties. Geploegde en
gemaaide velden, wijngaarden en weiden
voor koeien en schapen werden op de
rand van het schild omringd door de
oceaanstroom. Door het smeden van het
wapenschild tekende Hephaestus de vol
ledige kosmos binnen de cirkel gevormd
door de rand van het schild (De Maeyer,
De Vliegher, and Brondeel 2004). Antieke
voorstellingen van Homerus'wereldkaart
zijn er niet. Algemeen wordt aangenomen
dat het een aardschijf was die dreef in
een perfect ronde grensoceaan. Net als
bij de Mesopotamiërs dus. Sommige
onderzoekers hanteren echter een ander
beeld. Ze suggereren dat de Antieke Oud
heid slechts een beperkte kartografïsche
cultuur kende (Podossinov and Chekin
1991,43:112-123). Ze zag de wereld eerder
door het eendimensionale traject van een
reisroute of een af te leggen weg. Bepaald
dus door de locatie van de reiziger (het ik)
2 Strabo, Geography 1,1.2.
Geo-lnfo 2010-1 13