In de weer met Sensor Web Enablement De laatste jaren heeft het gebruik van meetnetten of sensornetwerken voor het meten van vele uiteenlopende verschijnselen een enorme vlucht genomen. Meetinstrumenten of sensoren worden gebruikt voor het meten van biologische, chemische en meteorologische verschijnselen om toepassingen in domeinen als het volgen van wilde dieren, precisielandbouw, watermanagement en calamiteiten- en rampenbestrijding van real-time gegevens te voorzien. Zo heeft Rijkswaterstaat meetnetten op het water en langs de snelwegen (de inductielussen), het RIVM meetnetten voor geluid en uitstoot van schadelijke stoffen en meet het KNMI het weer, net als vele amateur weermannen en -vrouwen. SWE voor weerstations Michel Grothe, Geonovum Simon Jirka, 52°North en Universiteit van Münster Wikipedia omschrijft een sensornetwerk als'a computer accessible network of many, spatially distributed devices using sensors to monitor conditions at different locations, such as temperature, sound, vibration, pressure, motion or pollutants'. Het aantal toepassingen voor sensornet werken lijkt haast oneindig. In het verle den waren meetinstrumenten duur en daardoor beperkt toepasbaar. Ook tech nologische beperkingen droegen daartoe bij. Tegenwoordig zijn meetinstrumenten goedkoop en eenvoudig te koppelen aan de bestaande systemen en infrastructuren. De markt, de toepassingen en de techno logische fundamenten hebben allerminst stilgestaan. Nagenoeg ieder type sensor is te 'koppelen' aan een vast of draadloos netwerk. Daarmee zijn meetinstrumenten op afstand te besturen, kunnen meetin strumenten worden geïdentificeerd en hun locatie worden bepaald. Voor zowel vaste als mobiele meetinstrumenten is de locatie vaak een cruciale parameter. Voor de geo-wereld zijn natuurlijk de locatie gebonden meetinstrumenten van belang. Een locatiegebonden meetinstrument kenmerkt zich door het belang van de locatie van het meetinstrument en/of de meetgegevens. De variëteit aan locatiegebonden meetinstrumenten en de verschillende technologieën in gebruik voor dezelfde toepassingen hebben geleid tot behoefte aan open standaarden voor de uitwisse ling van meetgegevens. Derhalve heeft het Open GeoSpatial Consortium (OGC), die de standaarden voor de uitwisseling van geografische diensten ontwikkelt en beheert, een familie aan standaarden voor sensoren ontwikkeld onder de noemer Sensor Web Enablement (SWE). SWE verbreedt het raamwerk voor geografi sche webdiensten van OGC met services voor geïntegreerde meetinstrumenten en meetnetten. SWE is ontworpen voor het uitvoeren van verschillende taken voor het besturen van meetinstrumenten en meetnetten (Botts et al., 2006). De laatste jaren is de SWE-architectuur en de bijbehorende standaarden sterk verbeterd en heeft ze een stabiele en solide status gekregen. Bijna alle SWE-specifkaties zijn geadopteerd als officiële OGC-standaard en uiteenlopende op SWE-gebaseerde toepassingen zijn operationeel (zie Jirka et al, 2008, Grothe en Kooijman 2008). Voor een beschrijving van de SWE-architectuur wordt verwezen naar een eerder artikel in Geo-lnfo (Grothe een Kooijman, 2007). In het kader van het EU-programma OSIRIS (www.osiris-fp6.eu) is een project uitgevoerd naar het toegankelijk maken van semi professionele weerstations voor thuisgebruik via het SWE-concept. Doel van het project was het ontwikkelen van een generieke'brug'tussen uiteenlopende typen weerstations en OGC SWE. Daarvoor is een state-of-the-art overzicht gemaakt van semiprofessionele weerstations, die voor huis-tuin-en-keukengebruik op de consumentenmarkt te koop zijn. Daarna is een brug-interface ontworpen, waarmee meetinstrumenten van een weerstation kunnen worden aangemeld op de centrale server. Deze interface zorgt er tevens voor dat meetgegevens worden overgezonden en opgevraagd door uiteenlopende typen clients op basis van OGC-protocollen. Daarvoor is de transactionele OGC Sensor Observation Service (SOS-T) ingezet. De meeste weerstations op de consumen tenmarkt bestaan uit een basisstation en een of meerdere meetinstrumenten. Het basisstation is veelal in het gebouw geplaatst en ontvangt de gegevens van de meetinstrumenten. Het doel van het basisstation is om de meetgegevens te visualiseren en in sommige gevallen om de data digitaal op te slaan (data logger). De hoeveelheid data die kan worden opgeslagen varieert doorgaans van 200 tot 4000 records. In veel gevallen is de connectie aan een computer via USB of seriële poort (RS232 interface) te reali seren. Via deze connectie ontvangt de computer de meetresultaten. Een weer station kan doorgaans met verschillende 16 Geo-lnfo 2010-1

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2010 | | pagina 18