Multistations- postprocessingtechniek WGS84 Bodemdaling Barradeel II GPS station Bas 4 Resultaten uit permanente GPS-metlng -4.0 -8.0 T<OCOO<NT<DCO 1T<0C0O<NT<0<0 Weeknummer en jaar Fig. 5. Bodemdaling in de tijd op de locatie Bethanie (BAS4) van FrisiaZout B.V. in de periode 2007- 2009De roze lijn geeft een bepaling van het verloop van de bodemdaling weer op basis van de ruwe basislijnberekeningen (grijs). vanwege problemen met het oplossen van fasemeerduidigheden. Hier geeft een multi-stationoplossing met meerdere refe rentiestations op voldoende grote afstand goede resultaten. Voor de multistations-postprocessing (verwerking achteraf) wordt al driejaar bij NAM-projecten en binnenkort ook bij projecten van Northern Petroleum gebruik gemaakt van GNSMART, een softwarepakket van Geo++ GmbH. In 2005 zijn bij Anjum (Friesland) een aantal positieve tests gehou den voor de NAM/SHELL, waarbij met deze software opzettelijke verlagingen van de GPS-antennes werden gedetecteerd op mil limeterniveau, terwijl de referentiestations zich op 25 tot 45 kilometer bevonden. De Geo++-software is in staat om zeer nauw keurige resultaten voor een combinatie van vaste, dynamische, statische en onbekende stations te leveren in één verwerkingsronde. Hiertoe wordt optimaal gebruikgemaakt van antennekalibratiemodellen en de modelle ring van alle foutenbronnen die van toepas sing zijn op GPS-waarnemingen, waardoor een nauwkeurigheid geleverd wordt die vergelijkbaar is met optische waterpassing. Het systeem van Geo++ is in staat om fasewaarnemingen van meerdere stations tegelijkertijd te verwerken. Het resultaat is geen set van losse basislijnen die nog veref fend moet worden, maar een homogene set coördinaten met realistische (co-)varianties. GNSMART staat voor GNSS State Moni toring and Representation Technique. Dit pakket heeft twee taken uit te voeren. Ten eerste moeten alle GNSS-foutenbron- nen (fig. 6) nauwkeurig gemodelleerd worden om de fasemeerduidigheden op te kunnen lossen. Pas als de fasemeerdui digheden tussen de stations zijn opgelost is men omgekeerd pas echt goed in staat de foutenbronnen exact te bepalen. Als tweede taak moet alle kennis van deze landelijke modellering van fouten bronnen weer worden overgedragen naar de eindgebruiker, in de praktijk vaak iemand die met een RTK-rover meet. Hiertoe wordt de kennis van alle foutenbronnen (in de literatuur vaak State Space Model genoemd) met bij voorbeeld RTK-correcties via een RTCM- formaat overgedragen op de rover. In de praktijk van de bodemdalingsmetingen met monitoringstations kan dit echter in een verwerkingsronde, omdat alle stationsdata (referentie- én monitorstati ons) beschikbaar zijn op de server waarop GNSMART draait. De State Space Modellering kan de actu ele foutenbronnen modelleren, in plaats van de effecten van fouten te behandelen. De effecten behoren tot de observation space' (in de lijn tussen GPS-satelliet en antenne, zoals de RTCM-correcties), terwijl de foutenbronnen tot de'State Space' behoren. GNSMART schat onder andere de volgende'state parameters'van een GNSS-systeem: satellietklokfout (synchronisatiefouten); satellietbaanfouten; ionosferische signaalvoortplantings- fouten; troposferische signaalvertragingen; ontvangermultipath; ontvangerklokfout (synchronisatiefouten); fasemeerduidigheden; ontvangercoördinaten. De omvang van het netwerk bepaalt het gewicht van de correcties en daarmee de kwaliteit van de State Space Modellering. In kleinere netwerken kunnen sommige correcties worden verwaarloosd. De veref fening geschiedt met een Kalman-filter voor real-time toepassingen. Het Kalman filter heeft bewezen zeer geschikt te zijn voor'state estimation'en monitoring- taken. De huidige vereffening is een simultane vereffening van alle GPS Li en Satellietklokfout Satelliet baanfout lonosfeer Troposfeer Multipath Antenne (PCV) Ontvangerklokfout Fig.6. Foutenbronnen GNSS. Geo-lnfo 2010-1 47

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2010 | | pagina 49