j, k Invoering van de Lambert 2008-projectie European Terrestrial Reference System 89 ETRS89 Ellipsoïde GRS80 geocentrische coördinaten (X, Y,Z)m-Rsm geografische coördinaten (<p,?.,h)i osm vlakke Lambert 08 Nieuwe projectie Lambert 2008 Lambertprojectie 2008 Identiteit GRS80 Ellipsoïde V2 grote as (a) 6.378.137,0 m Afplatting (f) 1 98,257222101 Standaard parallellen 49° 50' N 5i°io'N Oorsprong Breedtegraad oorsprong 50° 47'52" 134 N Centrale meridiaan 4° 21'33"177 E Coördinaten van de oorsprong x0 649.328,0 m Xo 665.262,0 m De transformatie tussen referentiesys temen wordt uitgevoerd op het niveau van de geocentrische coördinaten; het gaat om een transformatie met 7 para meters waarvan de elementen door het NGI werden bepaald op basis van punten waarvan de coördinaten gekend zijn in beide systemen. Deze geocen trische transformatie leidt tot een onnauwkeurigheid van de coördinaten van ongeveer 30 cm. De directe en inverse transformatie tus sen geografische en vlakke Lamberty2- coördinaten wordt uitgevoerd door de standaardformulering van de Lambert- projectie toe te passen. Aangezien de bovenstaande transfor matie met 7 parameters geen rekening houdt met de lokale verschillen tussen de twee geodetische systemen, levert de vergelijking van de berekende Lambertcoördinaten met de gekende Lambertcoördinaten afwijkingen op in x en in y. Voor deze afwijkingen werd een model opgesteld in de vorm van een regelmatig rooster dat men het Lambert72-correctierooster noemt. De toepassing van de correctie Ax en Ay levert een standaardafwijking van 1,2 cm op ten opzichte van de vlakke Lambert72-coördinaten. De bovenstaande wiskundige trans formaties zorgen voor een optimale compatibiliteit tussen het oude en het nieuwe referentiesysteem. Ze maken de overgang tussen het verleden en het heden mogelijk. Als gevolg van de snelle evolutie van de ruimtelijke technieken voor plaatsbepaling is het geodetisch systeem van 1972 echter verouderd. Het is tweedimensionaal en niet nauw keurig genoeg in vergelijking met het nieuwe driedimensionale BeRef-systeem. Het verdient bijgevolg aanbeveling om niet langer met de oude datum van 1972 te werken maar het nieuwe Belgische referentiesysteem te koppelen aan een nieuwe Lambertprojectie. Voor een kartografisch gebruik van dit nieuwe geodetisch systeem werd een snij dende conforme Lambert-kegeiprojectie gekozen die men LambertiooS (Lbo8) noemt. De parameters van de projectie zijn zo gekozen dat er geen enkele verwarring kan bestaan met de Lambert 1972-coör- dinaten. De afwijkingen tussen de coördinaten Lb72 en Lbo8 bedragen ongeveer 500 kilometers in x en in y. Hierbij moet worden opgemerkt dat de afwijkingen niet constant zijn op het hele grondgebied. De Lambert2008- projectie en de Lambert-1972-projectie werden immers op verschillende ellipsoïden gerealiseerd. Die hebben verschillende afmetingen en zijn niet op dezelfde manier gepositioneerd in de ruimte. Op afstanden van 500 km kun nen er daardoor afwijkingen ontstaan van ten hoogste 20 meter. Een conforme weergave in een plat vlak respecteert de richtingen (hoeken) maar veroorzaakt lineaire vervormingen die enkel afhangen van de breedtegraad. Langs de hoofdparallellen is de schaal correct; voorbij de hoofd parallellen zijn de schaalcorrecties positief, tussen de hoofdparallellen zijn de schaalcorrecties negatief. Schaalcorrectie in functie van de breedtegraad 49° 30 8,4 cm/km 49° 40 3,8 49° 50 0,0 50° 00 -2,9 50° 10 -5,1 50° 20 -6,3 50° 30 -6,8 50° 40 -6,3 50° 50 -5,1 51° 00 -3,0 51° 10 0,0 51° 20 3,8 51° 30 8,5 De schaalcorrecties zijn klein, tussen 8,5 en -6,8 centimeter. Op de schaal van de kaart zijn ze bijgevolg niet te zien. Voor topografische toepassingen waarvoor een centimeternauwkeurigheid vereist is, moet men er wel rekening mee houden. Het onderstaande schema toont de relaties tussen de verschillende types van coördinaten in het Europees referentiesysteem ETRS89. f Geo-lnfo 2010-1 51

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2010 | | pagina 53