Kadasters in landen die uit een conflict
komen: de opbouw van Afghanistan
Kadasters en klimaatverandering
Fig. 4. Het bos in Ghana.
softwareontwikkeling, te starten met een prototype, dat getest
gaat worden in een land waar zoveel mogelijk verschillende
rechtsverhoudingen zich voordoen als boven beschreven. Het
prototype wordt gemaakt door het ITC in samenwerking met het
GLTN en de FIG. De Wereldbank heeft voorgesteld om opnieuw
Ethiopië te nemen als pilotgebied voor een uitgebreide test van
het prototype.
Conflicten hebben vele oorzaken. Bijvoorbeeld: etnische
spanningen, nationalisme, tegengestelde belangen, sociale
verschillen, grensgeschillen, bezitsdrang voor economisch gewin
[FIG Commission 7,2004].Tijdens dergelijke conflicten worden
mensen gedood of verdwijnen ze, gebouwen en infrastructu
rele werken worden vernield, de wet wordt buiten spel gezet,
kadasters worden vernietigd, markten werken niet meer en
grondeigendommen worden afgepakt en bezet. Als het conflict
voorbij is, dan komen er vredesverdragen, VN-resoluties en nati
onale ontwikkelingsplannen, die tot doel hebben weer een goed
bestuur te krijgen en de eerbiediging van de wet te bevorderen.
In vele gevallen hebben deze documenten het ook over een
belangrijk component van het opbouwproces, namelijk het
herstel van de rechtszekerheid t.a.v. het grondbezit, nieuwe
mechanismen om conflicten op te lossen, grondtoewijzing,
restitutie van rechten, transparante onroerendgoedmarkten,
ruimtelijke ordening, grondbelasting enz. Het gaat hier om zowel
institutionele als operationele maatregelen. Kadasters worden
naar voren geschoven om de rechtszekerheid van het grondbe
zit te bevorderen, om het onroerend goed en de kredietmarkt
te faciliteren, en als informatiebron voor diverse openbare taken
zoals ruimtelijke ordening, landhervormingen en het beheer van
natuurlijke hulpbronnen.
In zijn boek'Registering the Human Terrain: A Valuation of
Cadastre'van Douglas Batson [Batson, 2008], stelt de schrijver
dat het idee van eigendomsrechten in landen in opbouw een
veelbelovende aanpak kan zijn voor de Verenigde Staten om
zijn 'soft power'uit te oefenen. Zijn boek gaat dan ook niet
zozeer over het'in kaart brengen'van'the human terrain', maar
het'registeren'daarvan: het leggen van de relatie tussen een
persoon (natuurlijke en niet-natuurlijke personen) en een geo
grafische eenheid via eigendomsregisters. Dit boek zegt dat de
US intelligence community de vraag naar het'wie', eigenlijk even
nauwkeurig dient te beantwoorden als naar het'waar'. Daarbij
kan het van pas komen dat het LADM ook overlappende claims
kan registreren, een probleem in veel post-conflictianden.
Batson stelt dat het LADM geen model is dat zonder meer in elk
deel van de wereld kan worden toegepast, maar dit beschouwt
Batson als een sterke kant, niet als een zwakke kant, omdat name
lijk het begrippenkader (vertaald in klassen) in het model flexibel
is en naar wens uitgebreid kan worden. Het systeem is zodanig
ontworpen dat aanvullende attributen, operatoren en associaties
opgenomen kunnen worden; zelfs nieuwe begrippen kunnen
worden toegevoegd vóór specifieke landen of regio's. De schrijver
betoogt dat het LADM alles in zich heeft dat landadministrateurs
en civiel-militaire planners tegenkomen wanneer zij in post-
conflictianden met grondbezit te maken krijgen. Daarom verdient
het LADM de volle aandacht van de NAVO, de US State en Defense
Departementen, USAID en andere instellingen die tot taak heb
ben stabiliteit te brengen: hij ziet het LADM als een belangrijke
doorbraak om landen te helpen die te lijden hebben onder zwak
ontwikkelde of geheel ontbrekende kadasters.
Zoals gezegd, biedt het LADM een uitbreidbare basis voor effici
ënte en effectieve kadasters. De noodzaak van die uitbreidbaar-
Geo-lnfo 2010-2 39