Kasten vol instrumenten
Herpositionering Geo
Fig. 2. Instrumentenkasten met spiegels als achterwand. Tijdschrift voor KenL van 1931, p. 195: 'Bij den
tachymeter van de Gemeente Amsterdam vond ik een optelconstante die 2 cm te klein was.'
Slordig omgaan gold overigens niet voor
instrumenten. De bijeenkomst werd gehou
den in een vergaderruimte met twee grote
kasten met historische landmeetapparatuur
en in een ruimte ernaast stond nog zo'n
kast vol. Toch vond Hoff dat het slordig
omgaan met de historie ook gold voor een
vakgebied als geo-informatie."De neiging
bestaat om alles wat gebeurd is, te negeren.
Dat kan nooit interessant meer zijn voor
wat we heden ten dage moeten doen.
Dat is dus fout! Onze voorgangers waren
niet zo dom als het er op zwart-wit fotootjes
uit ziet, of op de wat primitief aandoende
tekeningen uit het pre-Powerpoint tijdperk.
Er werd heel wat nagedacht en onderzocht,
en van het resultaat daarvan is veel ook nu
nog bruikbaar. De techniek mag dan sterk
zijn veranderd, maar mensen, processen,
denkbeelden en praktijkervaringen blijken
vaak verrassend actueel te zijn", zo vond hij.
Binnen Amsterdam werd vorig jaar de
afdeling Geo-informatie geherpositio-
neerd.Van een klassieke ingenieursafde
ling, die zich vooral met uitvoerende land
meetkundige werkzaamheden bezighield,
werd er een unit Geo-informatie gemaakt,
die zich primair richt op de realisatie
van de geo-basisregistraties. Het ingeni-
eursmeetwerk is vanaf dit jaar geheel aan
de markt overgelaten. Dat betekende een
breuk met het verleden, maar dat neemt
niet weg dat er een roemrijke geschiede
nis ligt van bijna 150 jaar gemeentelijke
geo-activiteiten. En Hoff zei daar trots op
te blijven. "Amsterdam was natuurlijk geen
landmeetkundig eiland in Nederland. We
zijn al die jaren meegegaan, soms sturend,
soms volgend, met de vele ontwikkelingen
in het vakgebied zoals die op ons afkwa
men. Dat hebben we zelf allemaal niet zo
uitputtend gedocumenteerd; technici zijn
Fig. 3. Unitmanager Geoinformatie Ad van der Meer en presentator directeur Rienk Fioff.
Fig. 4. De ondertekening van de overdrachtsakte door Jan-Willem van Eek en Rienk Hoff.
nooit zo goed in het systematisch archi
veren van hun stukken ten behoeve van
de geschiedenis, want de volgende klus
wacht, maar de generieke lijn is uitgebreid
gedocumenteerd in vakbladen. Als we
dus iets willen weten wat Amsterdam
landmeetkundig dreef, dan kunnen we, los
van de specifieke details, in die vakbladen
terecht. Maar dan moeten ze natuurlijk wel
toegankelijk zijn. En dat betekent heden
ten dage dat ze digitaal ontsloten moeten
zijn", aldus Hoff.
Hoofdstedelijke ambtenaren vonden dat
de herpositionering van Geo Amsterdam
op de een of andere manier moest worden
gemarkeerd. Dat kon natuurlijk met een
kaartententoonstelling, maarzoiets had
men in 2007 al in het Gemeentearchief
gehad, zo memoreerde hij."Daarom heb-
Geo-lnfo 2010-3 35