Jacques Bertin
In memoriam
27 juli 1918 -is mei 2010
Met het oog op de 25s internationale
kartografische conferentie van de ICA, vol
gend jaar in Parijs, had de Franse kartogra
fische vereniging een afspraak gemaakt
met Jacques Bertin voor een interview.
Dit interview zou op 3 mei plaatsvinden.
In plaats daarvan werd hij die dag ijlings
per ambulance naar het ziekenhuis
gebracht, alwaar hij op 92-jarige leeftijd
overleed. We verliezen zo een van de, zo
niet de belangrijkste vernieuwer van de
kartografie van de 20e eeuw.
Bertin hoorde tot de eerste generatie van
afgestudeerden aan de door Emmanuel
de Martonne nieuw binnen het Institut de
Géographie opgerichte Ecole de Carto
graphic. Hij kreeg daarmee feitelijk een
traditionele opleiding tot atlasredacteur.
Zijn eerste baan was dan ook bij uitgeverij
Hachette, Bertin wist zich aan de traditio
nele opvatting van de kartografie te ont
worstelen en verbond de kartografische
weergave geleidelijk aan de eigenschap
pen van het weer te geven verschijnsel
in plaats van aan dat verschijnsel zelf. In
1954 werd hij oprichter en directeur van
het Laboratoire de Cartographie van de
Ecole pratique des hautes etudes (EFHEi.
In 1967 werd hij tot hoogleraar kartografie
benoemd aan de Sorbonne en daarnaast
werd hij in 1974 directeur van het grafisch
laboratorium van de Ecole des hautes
études en sciences sodales (EHESS), een
ander onderdeel van de EPHE. Eindjaren
'70 werd hij benoemd tot hoofd onder
zoek bij het Centre national de la recher
che scientifïque (CNRS).
In 1967 werd zijn Sémiologie graphique
gepubliceerd bij Gauthier-Villars en Mou
ton in Parijs en Den Haag. Het boek sloeg
in als een bom. Semiologie is de weten
schap die de rol van tekens in de com
municatie bestudeert. Ondanks eerdere
pogingen zoals van Ritter was het voor
het eerst dat er een compleet systeem
van regels voor de grafische beeldtaal was
opgesteld, met overtuigende grafische
bewijzen van de geldigheid van die
regels. Het was daarmee een praktijkboek,
waarvan de inhoud niet door psycho
fysisch onderzoek werd onderbouwd,
maar zijn regels werkten! ledereen was
nu in staat, met behulp van die regels,
op basis van rationele overwegingen,
grafische voorstellingen te vervaardigen
die geschikt waren voor de overdracht van
ruimtelijke informatie. Naast de regels,
die zowel toepasbaar waren op kaarten,
diagrammen als netwerken, bevat dat
boek meer dan 200 pagina's met goede
voorbeelden hoe de grafische beeldtaal
wel en niet moet worden toegepast.
Later (1977) publiceerde hij La graphique
et Ie traitement graphique de /'information,
waarin de nadruk meer op analysetech
nieken dan op de grafische weergave lag.
De Angelsaksische onderzoekers deden
zijn werk - door het ontbreken van die
waarnemingspsychologische onderbou
wing - af als kookboek-kartografie, maar
dat heeft de toepassing van zijn inzichten
gelukkig niet in de weg gestaan, zeker niet
na het verschijnen van de Duitse verta
ling in 1974. Hij was zeer ongerust over
het feit dat een Engelse vertaling uitbleef
en beschouwde dat als een soort samen
zwering. Die Engelse vertaling kwam
alsnog in 1983.
Ondertussen was hij, samen met zijn
opvolger Serge Bonin, als directeur van
het Laboratoire de Graphique vooral ook
bezig zijn gedachtegoed een bredere
verspreiding te geven. Door kleine, meer
toegankelijke edities van zijn werk uit te
brengen, door het organiseren van cursus
sen zowel in Parijs als in heel Frankrijk,
en door het ontvangen van bezoekers.
In de jaren 70 en 80 was een bezoek aan
zijn Laboratoire een geliefd onderdeel
van excursies uit Nederland, zowel van de
Nederlandse Vereniging voor Kartografie
als voor de gemeenschappelijke studie
reizen van kartografiestudenten van de
Universiteit Utrecht en het ITC, op weg naar
hun veldwerkgebied in Zuid-Frankrijk. In
Nederland werden de denkbeelden van
Bertin vooral geïntroduceerd door Jan-Erik
Romein en Cor Koeman. Ze organiseerden
studiedagen over de grafische semiologie,
waar ook Frans Depuydt uit Leuven belang
rijke bijdragen voor leverde en brachten
verkorte Nederlandse vertalingen van zijn
belangrijkste stellingen.
Ook na zijn pensionering (in 1983) bleef hij
zeer actief. Bertin bleef sleutelen aan zijn
grammatica van de grafische beeldtaal (in
2003 stuurde hij nog een nieuwe versie
rond) en paste toch ook zelf zijn principes
toe, zoals in de prachtige geschiedenis
atlas Atlas historique universe! die in 1997
uitkwam.
Het heeft hem aan aandacht en waardering
voor zijn werk niet ontbroken. Van de Deut
sche Gesellschaft für Kartographie ontving
hij in 1993 de Mercator-medaille, in 1998
werd door zijn leerlingen en bewonderaars
een bijzondere bijeenkomst georganiseerd
voor zijn 8oe verjaardag, en hij ontving in
1999 de gouden Carl Mannerfelt-medaille
van de ICA. Hij bleef, zoals eerder aan
gegeven, tot het einde uitermate betrok
ken en geïnteresseerd in de kartografie,
en was een bijzonder toegankelijk en
vriendelijk mens.
Ferjan Ormeling
20 Geo-lnfo 2010-6