Informatie
Met de landmeter
op stap
GeoBusiness Nederland: 8 procent groei voor sector geo-informatie in 2009
Eemge plast teem*© tenmege vmg
Vwloofd;
MEP HÜIIEf,
gedipt. Landmeter
en
k. h KUHK,
Landbouwkundig Ingenieur.
Arnhem, October 1923.
ütrecbtacbe weg 80.
Saapopscbe weg 92.
Verwachtingen 2009 uitgekomen
Ed Nijpels, voorzitter van
GeoBusiness Nederland,
over verwachtingen 2010
Over de marktmonitor
Bijzondere kaart Baarland duikt op
Ondanks de economische omstandigheden
waarin Nederland in 2009 verkeerde is er
nog steeds groei in de geo-informatiesector.
De omzet die het bedrijfsleven uit geo-infor-
matieproducten en -diensten haalt, is in 2009
met 8 procent toegenomen ten opzichte van
2008. Vorig jaar haalden geo-bedrijven een
omzet van 968 miljoen euro in vergelijking
met 900 miljoen in 2008. De totale omvang
van de geo-informatiesector (bedrijfsleven,
overheid en onderzoek) heefteen omvang
van 1,5 miljard waarvoor 15.000 geo-profes-
sionals verantwoordelijk zijn, van wie 65 pro
cent bij het bedrijfsleven werkt, 32 procent bij
de overheid en 3 procent bij onderzoeks- en
kennisinstellingen. Deze en andere interes
sante cijfers zijn te vinden in de tweede
marktmonitor over de geo-informatiesector,
die GeoBusiness Nederland op Overheid
ICT 2010 voor het eerst heeft verspreid.
Een aantal trends komt in deze monitor
duidelijk naar voren. Er is een verschuiving
in de bedrijfsactiviteiten van 'business-to-
business'naar'business-to-government'.
Daarnaast nam de omzet toe, terwijl het
aantal medewerkers ongeveer gelijk bleef.
Ter ondergraving van het artikel van
René van der Schans, 'Met den of met de
landmeter op stap?' uit Geo-lnfo 2010-3
bijgaande advertentie uit de Heldersche
Courant van 27 oktober 1923. Wat zou er
vakmatig gezien van Miep Hüné terecht
zijn gekomen? Een plaatselijke kennisge
ving vatte men trouwens wel ruim op.
Adri den Boer met dank aan
www.archiefalkmaar.nl
De verwachting in 2008 dat de groei van de
sector in 2009 zou doorzetten in de sectoren
'bouw &infrastructuur'en'water &energie'is
uitgekomen. Met respectievelijk 123 miljoen
en 37 miljoen voeren deze twee sectoren de
lijst aan. De twee belangrijkste afzetmarkten
voor geo-bedrijven zijn de overheid (57%) en
business-to-business (39%)- De consumen
tenmarkt (4%) is nog steeds bescheiden.
"De stijging in 2009 van de toegevoegde
waarde per geo-medewerker is vooral
mogelijk gebleken door het sterk inno
vatieve karakter van de Nederlandse
geo-informatiesector. Onze voorspelling
is wel dat de bedrijven in de geo-informa
tiesector een zwakkere economische groei
of zelfs krimp zullen gaan doormaken
vanaf de tweede helft van 2010. Dit onder
meer omdat meer dan de helft van de
omzet van geo-informatiebedrijven is toe
te schrijven aan opdrachten vanuit de
overheid. Wel wordt omzetgroei verwacht
op het gebied van data-inwinning door de
komst van de Basisregistratie Grootscha
lige Topografie (BGT). Hier zal veel werk
mee gemoeid zijn, zowel voor bedrijven
als overheden. De bedrijfstak heeft de
potentie om (inter)nationaal te groeien
door goede marktkansen en kwalitatieve
dienstverlening. De sector blinkt vooral uit
in het bedenken van nieuwe toepassingen
op bestaande technologie, Speerpunten
van GeoBusiness Nederland in 2010 zijn
dan ook marktontwikkeling en innovatie.
Hiermee maken we duidelijk dat onze
leden innovatief zijn en zo het leven van
de steeds toenemende groep gebruikers
van geo-informatie vergemakkelijken."
GeoBusiness Nederland biedt met de
marktmonitor een helder en compleet
inzicht in de geo-informatiesector.
Van zowel bedrijven, overheden als
onderzoeksinstellingen zijn veel kengetal
len opgenomen. De monitor is dit jaar tot
stand gekomen door een samenwerking
tussen bedrijfsleven en overheid, GeoBusi
ness Nederland en de Geonovum. Heliview
Research en Research voor Beleid hebben
hierbij geholpen. De publicatie is gratis op
te vragen bij GeoBusiness Nederland en te
downloaden op www.geobusiness.nl.
Bron: Geo Business Nederland
Voorzitter Ronald van Immerseel van het
Platform Kastelen en Buitenplaatsen in
Zeeland en directeur Roelof Koops van het
Zeeuws Archief tonen een tot voor kort
onbekende, vroeg negentiende-eeuwse
manuscriptkaart van de Bevelandse heerlijk
heden Baarland, Bakendorp en Oudelande.
De kaart is opgedoken in het westen van
het land en is particulier bezit. Behalve de
drie genoemde heerlijkheden staat op de
kaart in aparte omkadering het terrein van
het kasteel Huis te Baarland met zijn tuin- en
parkaanleg afgebeeld. De kaart is gemaakt
door landmeter Jan Traas in opdracht van de
heer H. van Boles, de eigenaar van het Huis
te Baarland. Traas maakte de kaart op basis
van het origineel uit 1745 van landmeter
Gerard Schaaleven en een bijgewerkte versie
hiervan uit 1779 door landmeter Zacharias
Drubbels. Wat de vondst bijzonder maakt, is
dat de kaarten van Schaaleven en Drubbels
zich tot 1940 in het Rijksarchief Zeeland
bevonden, maar bij het bombardement
op Middelburg verloren zijn gegaan. Het
is dan ook uniek dat een derde versie van
deze kaart nu na ruim 200 jaar opduikt. Van
Immerseel bracht de eigenaar van de kaart
in contact met het Zeeuws Archief. Het resul
taat is dat de eigenaar de kaart nu aan het
Zeeuws Archief in bruikleen heeft gegeven.
Hiermee keert deze bijzondere kaart na 200
jaar weer terug in Zeeland. Op de derde
landelijke Dag van het Kasteel (tweede
pinksterdag) zal de kaart voor het eerst voor
het publiek zichtbaar zijn. Een scan van de
kaart wordt dan tentoongesteld op het Huis
te Baarland, de plek waar de kaart 206 jaar
geleden in opdracht van de toenmalige
eigenaar werd vervaardigd.
(BN De Stem, 29 april 2010J
Geo-lnfo 2010-6 29