Is de muis uitgepiept?
Column
Jeroen van Winden
De wereld om ons heen is aan het veranderen. De pc was het
laatste decennium hét gereedschap om bij informatie op het
wereldwijde web te komen. Nu zie je dat telefoons toch echt
eerder gebruikt worden om op de hoogte te blijven van alles wat
er virtueel om ons heen gebeurt. Je hebt tegenwoordig altijd je
vrienden, je werk, het nieuws, je gezin, de bibliotheek, het weer,
het telefoonboek, de Gouden Gids, de wegenkaart, jouw muziek,
films, boeken en nog veel meer bij je. De apparaatjes die we
daarvoor gebruiken, vroeger noemden we het een telefoon, ver
anderen in zo'n rap tempo dat niet te voorspellen is hoe we in de
nabije en verdere toekomst contact zullen maken met de steeds
groter wordende informatieschatkist op het web. Omdat deze
apparaatjes al lang niet meer aan een bureau gebonden zijn, is
de locatie van het apparaatje -of eigenlijk van de gebruiker - erg
belangrijk geworden. Hiermee is geo-informatie ineens heel
interessant. Gebruikers van deze apparaatjes gaan onbewust
geografische diensten afnemen.
Even een zijsprongetje; het thema van deze Geo-lnfo is'Geo-
informatie voor de consument'. Wat is eigenlijk een consument?
Volgens Wikipedia is een consument een persoon die goederen
of diensten afneemt die worden geproduceerd in een economie.
Consumenten-GIS is dus eigenlijk een vreemde bewoording
van een GIS omdat iedereen die een GIS gebruikt, consument is.
Ik gebruik graag een andere term voor de groep mensen die hier
eigenlijk bedoeld wordt. Het gaat om mensen die niet professio
neel met een GIS werken en waarschijnlijk GIS-diensten afnemen
zonder die GIS te noemen. Ik noem deze mensen dus liever
neograaf; mensen die redelijk'nieuw'met geografie in aanraking
komen. De gebruikers van al die nieuwe mobiele apparaatjes zijn
dus neografen.
De huidige stand van zaken rond dit soort apparaten heeft
geleid tot twee belangrijke trends. In eerste instantie stond
alle informatie die iemand nodig had fysiek op het apparaat.
Het werd thuis vanaf de pc met het apparaat gesynchroniseerd.
De eerste duidelijke trend is dat er steeds minder informatie
fysiek op zo'n apparaat staat. De gebruiker van het apparaat
neemt steeds meer diensten af van aanbieders die gestreamd
worden, of die slechts tijdelijk op het apparaat staan. Omdat
geo-informatie steeds populairder wordt door de ontwikkeling
van mobiele apparaten, zul je zien dat ook dit soort informa
tie steeds meer als een dienst geleverd gaat worden. Je hebt
bijvoorbeeld niet meer een navigatiesysteem met bijbehorende
data nodig op de telefoon, maar je neemt'navigatie'gewoon af
als een dienst.
men. Alle applicaties die we gebruiken zijn gebaseerd op deze
twee uitvindingen. Een GIS is sinds de muis en het ontstaan van
grafische besturingssystemen als user interface niet rudimentair
veranderd. In- en uitzoomen doen we al die jaren al met het
trekken van een rechthoek op de kaart. Oké, met de introductie
van het wieltje op de muis kunnen we nu ook in- en uitzoomen.
Maar de principes zijn niet veranderd.Tot nu!
Je zult zien dat we nu steeds weer andere interfaces gaan krijgen
waarbij we met geografische informatie oftewel kaarten zullen
werken. De introductie van de iPhone heeft hierin een revolutie
veroorzaakt. Dit apparaat kent een veel intuïtievere user inter
face op basis van handgebaren. Hiermee zal ook het werken met
een kaart op een apparaat radicaal veranderen. We zullen de
user interface helemaal opnieuw gaan ontdekken. We moeten
weer opnieuw nadenken wat logische bewegingen zijn bij het
werken met een kaart. Het is in ieder geval niet logisch om met
je vinger een rechthoek te tekenen waar de kaart vervolgens
naartoe zoomt.
En nu komt het: zijn we straks gewend aan de iPhone als inter
face, komt er weer een andere interface op ons af. Je zult zien dat
het hek van de dam is als het gaat om apparaten waarmee we
bij informatie op het web kunnen komen. Kijk naar scienceficti
onfilms en je krijgt een aardig idee waar het misschien naar toe
gaat. Zo zal de auto steeds meer een interface worden. Ik sta er
niet raar van te kijken als je eerdaags gewoon allerlei projecties
op de voorruit zult gaan zien. De user interface zal in ieder geval
een andere zijn dan die van de iPhone, al was het alleen al om
ongelukken te voorkomen. Tafels, ramen en muren worden inter
face. 3D-lnterfaces worden steeds normaler. Het is begonnen
met 3D-films en 3D-televisies, maar hoe ziet de 3D-geografische
interface van de toekomst er uit?
Kortom, we gaan een leuke en spannende tijd tegemoet waarin
geografische diensten gemeengoed worden in steeds leukere
user interfaces. De muis is een overlever. Ik vraag me toch af of
hij eerdaags uitgepiept is.
Jeroen van Winden
Manager technology development
ESRI Nederland
jvanwinden@esri.nl
De tweede trend vind ik persoonlijk nog veel interessanter.
We gebruiken al sinds het ontstaan van de computer het toet
senbord als interface. De laatste 20 jaar is daar de muis bijgeko-
Geo-lnfo 2010-7/8 21