yjopGVEim
In de leer in binnen-
en buitenland
Arnhem was centrum
instr urnen tmakerij
Ambities als ondernemer
-UBËLEËRING
Berend Holsboer werd op 30 april 1832 te
Arnhem geboren als zoon van Hendrik
Holsboer en Maria Johanna Obbink.
Hendrik was schoenmaker en nadat zijn
oudste zoon Philip de zaak in de Bakkers
traat had overgenomen verhuisde hij naar
het Jansplein, waar hij zijn functie als kos
ter van de Koepelkerk combineerde met
die van lijkbezorger, annex verhuurder van
rouwmantels en ander toebehoren.
Berend was pas vijftien jaar toen hij in 1847
als leerling bij de'mechanicus'Becker in
dienst trad. Volgens deskundigen legde
Berend Holsboer zich in dienst van Becker
ruim vijfjaar lang'met ijver en beleid'toe
op het'kunstmatige der werken'en had
niemand ooit over hem te klagen, alles
strekkende tot aanbeveling; aldus een
op io juli 1852 door de burgemeester van
Arnhem afgelegde schriftelijke verklaring.
Twee weken later was Berend al weer
aan het werk, nu bij de Amsterdamse
instrumentmaker Gerhard Epkens. Een jaar
later kon ook Epkens de jonge Hols
boer - hij was inmiddels 21 - een gunstig
getuigschrift meegeven toen deze zich, in
augustus 1853 beginnende bij F.W. Breit-
haupt Sohn te Kassei, begaf op een bijna
vijfjaar durende studiereis door Duitsland
en Oostenrijk. Bij Breithaupt werkte hij
tot december 1854 op de mathematisch-
mechanische afdeling, dus aan de ontwik
keling en bouw van landmeetkundige en
geodetische instrumenten. Daarna meldde
hij zich bij de'Mechanikus'C. Staudinger
te Giessen, gespecialiseerd in balansen en
gewichten, een branche waarin hij met
zijn Arnhemse leertijd bij Becker goed
thuis was. Daar werkte Holsboer tot medio
Arnhem, omstreeks 1900 aan het einde van de Rijnstraat; geheel rechts: Holsboer, Ridderstraat 3.
Coll. Gelderland Bibliotheek Arnhem.
mei 1855, waarna hij eind juni begon bij
E. Kraft Sohn te Wenen om zich tot
begin september 1856 als hulpmechanicus
dienstig te maken op het mechanisch-
mathematisch atelier.
Terug bij Breithaupt, en daar weer aan de
slag, solliciteerde Berend Holsboer in mei
1857 met succes bij Siemens Halske te
Berlijn, het bedrijf dat ongeveer tien jaar
terug begonnen was met de bouw van
telegrafïetoestellen
en de aanleg van
netwerken. In 1852 had
Siemens de eerste toe
stellen voor de Nederlandse Rijkstelegraaf
geleverd, een keuze ingegeven door de
behoefte om het Nederlandse net functi
oneel aan te sluiten aan het Pruisisch-Oos-
tenrijkse, waarvoor Siemens de leverancier
was. Bij de onderhandelingen over de
aankoop en de verdere contacten met Sie-
Al dadelijk leverde Holsboer waterpasinstrumenten. Kwitantie, oktober 7867. Coll. Holsboer.
mens werd de Nederlandse regering in die
tijd vertegenwoordigd door A.C.J. baron
Schimmelpenninck van der Oye (1796-1877),
gezant bij het Pruisische hof in Berlijn [Wit,
1993]. Zijn broer, W.A. Schimmelpenninck
van der Oye, was lid van de Tweede Kamer
en had zijn politieke sporen al verdiend
als minister van Binnenlandse Zaken
en gouverneur van Gelderland. Berend
Holsboer werkte tot eind augustus 1858 bij
Siemens Halske in de werkplaats en voor
hem zal de drempel
voor contact met
Schimmelpenninck
zijn verlaagd door
de persoonlijke band die laatstgenoemde
had met Arnhem, waar hij - tijdgenoot van
Berends vader - een groot deel van zijn
jeugd had doorgebracht.
Voor Berend een kans om te informeren
naar de mogelijkheden om in Nederland
van overheidswege steun te krijgen bij de
eventuele oprichting van een instrument
makerij. Desgevraagd zag de minister van
Binnenlandse Zaken (A.G.A. Ridder van
Rappardin het voorjaar van 1858 geen
mogelijkheden tot geldelijke ondersteu
ning, maar diens voorganger G. Simons
(tot januari 1857) verstond zich wel met zijn
oud-ambtgenoten van Marine, van Oorlog,
van Financiën en van Koloniën. Met zijn
natuurwetenschappelijke achtergrond,
kon de politiek conservatieve, maar
technisch vooruitstrevende Simons - van
1846 tot 1857 directeur van de Koninklijke
Geo-lnfo 2010-11/12 11
Arnhem - Rijnstraat