In gezichtskundige en andere artikelen Wis- en natuurkundige instrumenten Holsboer opende fabriek in 1867 Academie te Delft - de betekenis van Hols boers plannen inhoudelijk beter beoorde len. Door hem benaderd met de vraag wat zij ter aanmoediging van Holsboer zouden kunnen toezeggen, hadden Financiën en Binnenlandse Zaken zelf weinig behoefte aan nieuwe'werktuigen', maar Oorlog, Marine en Koloniën oordeelden genuan ceerder. Als Holsboer erin zou slagen een 'fabrijk van werktuigen'op te richten, dan zouden Oorlog en Marine bij wijze van proef enige instrumenten bij hem willen laten vervaardigen. Als die beter zouden zijn dan wat doorgaans werd geleverd, zou Holsboer verder met de vervaardiging en reparatie van werktuigen kunnen worden belast, zonder dat hij daaraan het recht zou kunnen ontlenen voortaan alle instru menten voor de betrokken ministeries te mogen leveren ofte repareren. Koloniën had het voornemen om, ingeval Holsboer kans zou zien in Nederland een 'goede instrumentenfabrijk'op te zetten, hem de levering op te dragen van de instrumenten die uit het buitenland werden betrokken. Mits Holsboer niet duurder zou zijn. Voor Berend voldoende hoopgevend om zijn baan bij Siemens Halske op te zeggen en, tot besluit van zijn Duits-Oostenrijkse avontuur, in september 1858 terug te keren naar Arnhem. Kennelijk niet beducht voor de concurrentie van zijn jaargenoot Jan J. Buddingh, die daar in 1855 de instrumen tenfabriek van Becker had overgenomen. Mogelijk aangespoord door Schimmel- penninck van der Oye, begon B. Holsboer als 'werktuigkundige te Arnhem' met zijn in Berlijn vergaarde kennis aan een geïl lustreerde beschrijving van in Nederland gangbare telegraaftoestellen, te weten de Morse-toestellen van Siemens Halske [Holsboer, 1859]. Via Siemens Halske te Berlijn in november 1859, kwam hij in februari 1860 bij de vestiging te Londen. Daar werkte Holsboer bij de beproeving van onderzeese kabelverbindingen, totdat hij najaar 1862 de leiding kreeg over de aanleg van een deel van het boven grondse telegraafnet in Zuid-Afrika. Van daar keerde hij in mei 1865 terug naar Arnhem, waar hij zich - de voorwaardelijke toezeggingen uit i860 van de ministeries van Oorlog, Marine en Koloniën waar schijnlijk in herinnering - vestigde als 'mechanicus'(werktuigkundige) en aan de slag ging met de inrichting van een eigen instrumentmakerij en -handel. Op zater dag 3 augustus 1867 was het zover. Toen stelde B. Holsboer'zijnen geëerden Stad- "Waterpasinstrument No 1 met kompas; te gebrui ken in Ned. Indië en Japan'. Foto in catalogus B. Holsboer, coll. Holsboer. 'Waterpasinstrument met losse kijker en afneem baar niveau met dwarsniveau. Instrumentnum mer 66', fabrikaat Holsboer. Coll. en foto TU Delft. en Landgenooten'door een advertentie in de Arnhemsche Courant van 5 augustus in kennis van de opening van zijn fabriek van 'wis- en natuurkundige instrumenten' en van 'een ruim gesorteerd magazijn van gezigtkundige en andere artikelen'. Het geheel in de Ridderstraat B125 (het latere nummer 3), links om de hoek van de Rijnstraat. Bovendien nam hij daarbij 'de vrijheid zich aan te bevelen tot het vervaardigen van alles wat tot zijn vak' behoorde. En op 15 augustus kon hij belangstellenden 'beleefdelijk' uitnodigen ook te komen kijken naar de'elegante magnetische wijzertelegraaf-apparaten', systeem Siemens Brothers, die hij zojuist had ontvangen en die hij zowel voor militair, spoorweg-, als huisgebruik kon aanbevelen. Blijkbaar had Berend Hols boer de vertegenwoordiging voor deze apparaten van zijn vroegere werkgever in Londen meegenomen. Voorlopig alleen te bezichtigen, pas in december zou hij kunnen leveren. Wel had hij een gevari eerd aanbod van andere artikelen: toneel-, verre-, marine- en andere kijkers, barome ters, thermometers, stereoscoopkasten met plaatjes, tekengereedschap, brillen en lorgnetten, enz. En niet te vergeten 'inductietoestelletjes met Geissler'sche buizen en influenceerbuisjes (Ruhmkorff- vonkinductoren en gasontlandingsbui- zen). Spullen zoals al op 21 oktober 1867 afgebeeld op een gedrukte kwitantie voor de ontvangst van fl. 6,- wegens een toneelkijker, geleverd aan J.C.Th. Marius. De jonge Marius - nog een oomzegger van Christopher Becker - was actief in het plaat selijke Natuurkundig Genootschap Wessel Knoops, de vereniging waarvoor Holsboer al op 15 januari een voordracht had mogen houden en die hem op 8 oktober opnieuw als lid had aangenomen.'7 Een kennelijk eerder lidmaatschap - vermoedelijk van rond 1858 - zal na zijn terugkeer naar Berlijn, in 1859, zijn beëindigd. Holsboers kwitantie van eind oktober 1867 draagt ook afbeeldingen van landmeet kundige instrumenten en gereedschap pen, te weten'octogones'alias equerres en flesjeswaterpassen, artikelen waarmee B. Holsboer al op 10 september 1867 in de Arnhemsche Courant stond, inmiddels als 'magazijn en fabriek van optische, mathe matische en physische instrumenten'. Maar zijn leveringsprogramma omvatte toen al meen'briefbalansen, lichtabsorbe- rende buizen (nieuwe uitvinding) geschikt voor natuurkundige waarnemingen, samengestelde microscopen, benevens enkelvoudige voor het onderzoek van graan, insecten en planten, distantie kijkers voor heren officieren, inductie toestellen met afzonderlijke elementen, vooral geschikt voor heren doctoren'. Op 5 november 1867 vestigde Holsboer de aandacht van zijn stad- en landgenoten 2 Gelders Archief (GldA), archief Natuurkundig Genootschap Wessel Knoops, inv. nr. 17 12 Geo-lnfo 2010-11/12

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2010 | | pagina 14