Sociale geografie, maar dan anders Column Jeroen van Winden 'Social Media'zijn heel groot geworden. Volgens sommigen is de hype zelfs alweer voorbij. Als je het begrip Social Media opzoekt op Wikipedia dan vind je dat het gaat om platformen waar"...gebruikers, met geen of weinig tussenkomst van een professionele redactie, de inhoud verzorgen.Tevens is er sprake van interactie en dialoog tussen de gebruikers onderling". En"... uitwisseling van User Generated Content". Is er dan ook zoiets als Social Geography? Als je geografie vertaalt naar locatie dan zijn er al ontelbare social mediatoepassingen waar geografie wordt gecreëerd. Met de komst van smartphones is het gewoon geworden om alles te koppelen aan locatie. Alle sociale netwerken gebruiken deze locatie en koppelen deze aan personen, foto's, krabbels, updates of tweets. Meer specialistische apps gebruiken de locatie van de telefoon voor het geven van informatie over het gebied waar je bent, of om iets te doen met je opmerking over de locatie. Hiermee genereren we, vaak onbewust, massaal nieuwe geografische informatie. Als het gaat om'User Generated Content'dan zijn ook op het gebied van kaarten veel sociale initiatieven. De bekendste is het Open Street Map initiatief. De Waze-community is een andere community die op basis van vrijwilligheid een wereld wijde stratenkaart aan het maken is. Ik kwam deze community tegen omdat ik uit nieuwsgierigheid aan het zoeken was naar een gratis navigatie-app voor mijn iPhone. Gebruikers van het navigatiesysteem digitaliseren automatisch nieuwe wegen in het wegenbestand als deze nog niet bestaan. Vervolgens kunnen liefhebbers deze data verbeteren door in een edit-omgeving in een browser extra eigenschappen, zoals een wegnaam of 'eenrichtingsverkeer', in te voeren. Binnen een paar dagen is de data beschikbaar in het navigatiesysteem. Deze stratenkaarten worden door vrijwilligers opgebouwd. Er is weinig tussenkomst van een professionele redactie. Dat wil niet zeggen dat er geen controle is. Net als bijvoorbeeld op Wikipedia is er een publieke redactie. Het publiek, de gebruiker van de data, vervult het redactiewerk. Als het Waze-navigatiesysteem je verkeerd stuurt, kun je het bijna niet laten om zelfde data te verbeteren. De gebruiker bepaalt de kwaliteit. Deze initiatieven lijken tot bruikbare geografische informatie te leiden. Toch hebben wij in ons professionele werkveld moeite met dit soort ontwikkelingen. In ons werkveld hebben we veelal een formele of zelfs juridische rol bij de vervaardiging van geografische informatie. Dan kun je de redactie niet overlaten aan een groep buitenstaanders, toch? Maar waarom eigenlijk niet? Een aantal nieuwsberichten over fouten in Google-kaarten maakte duidelijk dat de kracht van een sociale redactie groot kan zijn. Zo bleek Tilburg in december ineens in het noorden van het land te liggen. Omdat gebruikers van Google Maps direct de fout rapporteerden kon Google de fout snel herstellen. Uit dit voorbeeld blijkt dat zeker bij massaal gebruik het heel goed mogelijk is om professionele data vanuit een community nog beter te maken. De redactie wordt hier niet gevormd door de gebruikerscommunity, maar wel gestuurd. Als we dit zouden doorzetten naar professionele geografische data dan zijn er een paar dingen nodig. Allereerst moet de data, in de vorm van een kaart, beschikbaar zijn voor massaal gebruik. Een gebruikerscommunity moet groot zijn, wil je voldoende dekking krijgen voor nuttige feedback. De massa moet het leuk vinden om feedback te geven. Ze moeten er voor worden beloond. Dit principe is de verklaring voor het het succes van de bekendste Social Mediatoepassingen. Bij Twitter gaat het om het aantal volgers en retweets, op Foursquare gaat het om het aantal badges en burgemeesterschappen, op YouTube om het aantal views en sterren en bij Waze draait het allemaal om kilometers. En bij alles draait het om dialoog en uitwisseling. Vervolgens moet er echt iets met de feedback worden gedaan en moet het resultaat snel zichtbaar zijn. Tenslotte moet het eenvoudig zijn om feedback te geven, het liefst direct met het device dat op dat moment wordt gebruikt. Als we naar topografie kijken, dan denk ik niet dat we moeten varen op een Open Topographic Map initiatief. Topografie heeft nu eenmaal een formelere betekenis dan een straten- kaart De kwaliteit van de geometrie moet gewaarborgd zijn. Maar waarom gebruiken we de kracht van Social Geography niet voor ondersteuning van het proces waarmee deze data tot stand komt? De community kan veel sneller acteren bij het vinden van 'fouten'in de data. Vervolgens kan in het proces daaropvolgend veel gerichter worden gewerkt aan in ieder geval de actualiteit van de data. Als het gaat om de eigenschappen van de objecten achter een kaart kunnen we zelfs verder gaan, als we dat willen. Waarom laten we de buitenwereld niet helpen bij het verrijken van onze data, op een zelfde manier als dat nu al gebeurt bij de verrijking van Wikipedia? Op deze manier kan de professionele wereld achter geo-infor- matie volop profiteren van de kracht van de massa. Sociale geo grafie werkt zo beide kanten op. Zij mooiere kaarten, wij actuele data verrijkt met veel meer informatie achter deze data. Nu nog nadenken over het belonen van onze community! f Jeroen van Winden Chief Technology Officer Esri Nederland jvanwinden@esri.nl Geo-lnfo 2011-3 25

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2011 | | pagina 27