Getemde technologie als succesfactor voor de Nederlandse geo-informatie-infrastructuur "Het is dan ook vanuiteen intrinsieke motivatie om eikaars kracht, kennis en kunde optimaal te benutten, dat we samenwerking en samenhang zoeken." Deze uitspraak van Dorine Burmanje, voorzitter van de raad van bestuur van het Kadaster in een artikel in Vl-matrix van april 2005 geeft goed de intenties en verwachtingen weer van Nederlandse publieke organisaties die betrokken zijn bij inwinning, distributie en gebruik van geodata. De praktijk is echter weerbarstiger Dat blijkt als we kijken naar de resultaten van initiatieven uit de afgelopen twee decennia als NCGI en Geoloketten: ondanks niet te onderschatten positieve neveneffecten worden die door de geo-informatiesector niet bepaald positief gewaardeerd. De wereld van geodata-uitwisseling is vooral toekomstgericht op technologisch gebied Henk Koerten, Onderzoeksinstituut OTB, Technische Universiteit Delft Wie verder kijkt merkt al gauw dat de wereld van geodata-uitwisseling vooral toekomstgericht is op technologisch gebied. Want zeg nu zelf, wie wil er niet met de allernieuwste technieken werken? Je wordt al gauw meewarig aangekeken als je niet meedoet met de nieuwste trends. Die nieuwe technie ken worden verwerkt in plannen, en als die plannen averij oplopen worden ze als vanzelf vervangen door nieuwe plannen. Voor reflectie is geen tijd. Door voortdu rend alleen maar naar voren te kijken is men verleerd voorbije zaken in perspectief te plaatsen, een pas op de plaats te maken. In dit artikel wil ik laten zien dat terugkijken loont door drie voorbije en aansprekende Nederlandse pogingen tot realisatie van geo-informatie-infrastructuur te vergelij ken. De verhalen van deze drie initiatieven vertellen van wisselende resultaten, onder nomen door mensen en organisaties van verschillend pluimage om de Nederlandse samenleving te laten profiteren van betere geo-informatievoorziening. Zo was het RGI- project Geoloketten bedoeld om de Geo- informatiesector tot innovatie en samen werking te stimuleren door een systeem van thematische loketten metgeo-informatie toegankelijk te maken via internet. In 2005 ben ik als promovendus begonnen aan de TU Delft als onderzoeker naar de succes- en faalfactoren van Geoloketten. Daarvoor heb ik zowel het project Geoloketten zelf gevolgd als betrokken personen geïnter viewd en relevante documenten, videofrag- menten en websites bestudeerd. Dit wekte mijn interesse voor de voorganger van Geoloketten, het Nationaal Clearinghouse Geo-informatie (NCGI), mijn tweede casus. Deze twee projecten hebben relatief kort geduurd en werden door de geo- informatiesector niet bepaald als een succes ervaren. Zoekend naar een soort gelijk succesvol project kwam ik terecht bij Grootschalige Basis kaart Nederland (GBKN), een landelijke faciliteit die al 35 jaar lang gemeenten, nutsbe drijven en het Kadaster laat samenwerken om grootschalige kaarten van Nederland te maken, actueel te houden en te distribue ren. GBKN kreeg na een aarzelend begin dat bijna 15 jaar duurde een tweede kans, terwijl Omgeving Narrative Setting Narrative Space arrative Storyboard Groepen Actie Fig7. Narratieve theoretische concepten 8 Geo-Info 2011-9

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2011 | | pagina 10