Wegwijs 25 jaar functioneel
ontwerpen
Verslag G-iN
'De kunst van
het kaartkijken'
Geo-lnformatie Nederland
Voorzitter Mare Hameleers leidt de eerste spreker in.
'Nieuwe prijs voor dienstbaar ontwerpen'.
_Q
i/i Paul Mijfc«n*#r
3 Design for Function Award
Op 2 november 2011 kon de kaartliefhebber
in Amsterdam twee aan elkaar gekoppelde
bijeenkomsten bezoeken: een 'gewone'van
de Werkgroep van de geschiedenis van de
Kartografie van GIN. De bijzondere bijeen
komst was ter gelegenheid van het 25-jarig
bestaan van het ontwerpbureau van Paul
Mijksenaar en de overdracht van (een deel
van?) zijn prachtige (karto)grafische verza
meling aan de Bijzondere Collecties van de
Universiteit van Amsterdam.
De eerste bijeenkomst vond plaats in een
zaaltje van het Allard Piersonmuseum en was
georganiseerd onder de titel 'Wegwijs - Sym
bolen vroeger en nu! Maar in feite ging alleen
de eerste voordracht
over symbolen. De
tweede handelde
eerder over het thema
vertelperspectief, en
de derde over onzekerheid bij het gebruik
van oude kaarten en andere informatie bij de
reconstructie van ruimtelijke ontwikkelingen.
De term Wegwijs kon de lading echter toch
met enige moeite dekken.
Na de opening door dagvoorzitter Mare
Hameleers wijdde prof. Ferjan Ormeling,
kartograaf,een beschouwing aan het'Sym-
boolgebruik op oude kaarten'.1 Hij stelde
dat het gebruik van symbolen en hun
verklaring niet vanzelfsprekend is. Kaarten
met een weergave naar de natuur, zoals de
fraaie vogelvluchtkaarten van Bollmann
doen het namelijk zonder symbolen. Je
gaat symbolen gebruiken als de weergave
naar de werkelijkheid te bewerkelijk is,
de details onbekend zijn, of wanneer er
onvoldoende ruimte is. Mercator werkte
met gestandaardiseerde symbolen, maar
bij hem ontbreekt vrijwel steeds een
verklaring van die tekens. Een verklaring
wordt pas echt nodig als de informatie
complex wordt. Zoals minder vertrouwde
verschijnselen als verschillende bodem
soorten, in de kaart worden weergegeven
worden. Bundeling ofwel classificatie van
de verschillende legenda-eenheden komt
daarbij ook in de belangstelling, maar dat
pas na ongeveer 1750.
Daarvoor is het nog vaak een rommeltje,
wat het gebruik voor historisch onderzoek
vaak zeer bemoeilijkt.
Over de leesbaarheid van
symbolen is men pas vrij
recent gaan nadenken,
met als afschrikwekkend
voorbeeld de hellingstreepjes van Leh-
mann (hoe steiler het reliëf, hoe zwarter),
waarin de overige kaartinformatie vaak
jammerlijk verdronk. De spreker memo
reerde ook aan Paul Mijksenaar. Die
gebruikte de geijkte term legendalandjes
(fantasiekaartjes met alle symboliek daarin
verklaard in haar onderlinge samenhang)
en de zeer kritische wijze waarop de
jubilaris de wereld van de kartografen te
klein wist te maken. Helaas was Mijksenaar
niet aanwezig.
De volgende spreker was mevrouw
Lina van der Wolde, kunsthistorica en
conservator van de Atlas van Stolk in het
Schielandshuis in Rotterdam. Aan de hand
van kaarten behandelde zij topografische
tekeningen uit de collectie:'De kunst
van het kaartkijken'. Het ging daarbij niet
zozeer om de symboliek, maar om de
wijze waarop het landschap aan de kijker
werd gepresenteerd. En hoe hij of zij ook
emotioneel daarbij wordt betrokken, dus
het vertelperspectief ofwel point of view,
ook bekend uit bijvoorbeeld letterkunde,
film en stripverhaal. Met voorbeelden
liet de spreker zien hoe in één afbeelding
verschillende gezichtspunten kunnen
worden gecombineerd, bijvoorbeeld een
kaart van Haarlem recht van boven met
troepenbewegingen onder een hoek van
zeg 45 graden, of van opzij.
De combinatie van veel informatie op één
blad, met voor elk onderdeel een passend
vertelperspectief, zou kenmerkend zijn voor
de Nederlandse traditie. Een interessant
thema, waar ik toch wat meer over zou willen
weten.
Prof. Guus Borger, sociaal geograaf, besprak
onder de titel 'De oude kaart als kennisbron
voor het verleden landschap'de metho
dische problemen van een recent project.
Hierbij is de ontwikkeling van de Randstad
in de loop der tijd in kaarten afgebeeld voor
een zestal tijdstippen: de jaren 800,1200,
1500,1700,1900 en 2000. Voor de eerste peri
oden zijn er geen oude kaarten beschikbaar;
je moet het vooral doen met geologische en
archeologische informatie. Diverse begren
zingen en andere feiten zijn dan helaas
Geo-lnfo 2012-2 15