lit - y a
1
R
mi
\j j
ontkomen aan"). bedrog'
'i
J "fe-3
-raft*N t
cartografische verjaardagskalender
r
onbekend, en dat moet dan ook vaag of
oningevuld blijven op de kaart. Zo is voor de
periode rond 1200 wel min of meer bekend
wat de ontginningsrichtingen waren in het
Hollandse veen. Maar de begrenzingen
ervan weten we niet en kunnen we dus ook
niet weergeven. Na 1500 komen er kaarten,
maar die zijn vaak moeilijk te interpreteren
of spreken elkaar tegen. Een voorbeeld
hiervan is de ligging of uitgestrektheid van
verveningen. De spreker toonde ook ver
ontrustende voorbeelden van de Biesbosch
(was echt alles meteen weggespoeld bij de
Elizabethsvloed in 1421?), van de Maasmond,
en van de Haarlemmermeer. Lastig om
wegwijs te worden uit al de oude bronnen
en verantwoorde keuzen te maken!
Professor Guus Borger.
Na de voordrachten moesten de bezoekers
hun (korte) weg zoeken naar de ruime
Aula van de Universiteit van Amsterdam.
Voor de bijeenkomst naar aanleiding van
25 jaar Bureau Mijksenaar, gespecialiseerd
in Wayfinding en Information Design.
Deze werd geopend door de heer Garrelt
Verhoeven, hoofdconservator Bijzondere
Collecties UvA. Hij memoreerde de ontwik
keling van Paul Mijksenaar en zijn bedrijf, en
van de alomtegenwoordige aanwezigheid
van hun voort
brengselen geen 'Kaarten zijn eigenlijk
historische pendanten zien waartussen het
materiaal van Mijksenaar nu ingebed zal
worden.
Paul Mijksenaar gaf zelf een toelichting hoe
hij tegen kaarten en cartografie aankijkt,
vooral functioneel maar toch ook esthetisch.
Zijn tekst is ook te vinden op de hierna te
noemen verjaardagskalender, en ik kan dus
daaruit een passage citeren: "Kaarten zijn in
feite extreme stileringen en abstracties. Het
enige wat ze met de werkelijkheid gemeen
hebben, is het topografische gebied dat
ze bestrijken. Ze zijn het resultaat van
generalisatie, overdrijving, versimpeling,
vertekening, weglating en - verrassend
genoeg - van persoonlijke smaak. Kaarten
zijn eigenlijk bedrog.
Kaarten zijn dus eerder fictie dan non
fictie, eerder kunst dan reproductie, en
juist daarom zo fascinerend. Ze tonen de
oneindige rijkdom aan menselijke creativi
teit en vindingrijkheid en zelfs de neiging
tot behagen, dus schoonheid.
Wat cartografie echter van schilderkunst
onderscheidt, is het gebrek aan pretentie
om kunstzinnig te zijn. Zelfs veel cartografen
denken dat ze bezig zijn met een objectieve,
algemeen geldende weergave van de
werkelijkheid. Hun enige doel is dienstbaar
te zijn aan wandelaars, reizigers, toeristen,
bestuurders, onderzoekers, geologen en
planologen. Maar wie even de functie
wegdenkt en uitsluitend oog heeft voor de
visuele aspecten, ontdekt geheimzinnige
wonderen van kleuren, lijnen, vlakken en
vormen."
De rijke collectie
kaarten, geen historische, maar wegens het
functionele en grafische belang door Paul
Mijksenaar verzameld, is nu overgedragen
aan de Bijzondere Collecties. Spreker bood
de jubilaris als dank een facsimile-uitgave
aan van een sterrenatlas, onder het voor
verschillende interpretaties vatbare motto
"wayfinding in heaven". Aansluitend liet
Jan Werner, conservator van de kaarten en
atlassen van de Bijzondere Collecties) enkele
feb Li
J+.-».'r
Joost Elffers, lid van de Raad van Advies van
Mijksenaar bv, hield vervolgens een speels
betoog over zijn rol als adviseur (kijken van
buiten naar binnen, maar ook van binnen
naar buiten), de angst van de wereld voor
mensen met een niet scherp
begrensd vakgebied, en de
noodzaak voor de ontwerper
om, in de woorden van de
spreker, niet naar de dijk te kijken, maar naar
het water, wat tot heel andere oplossingen
kan leiden. Zijn voordracht werd gevolgd
door een voor mij helaas grotendeels onbe
grijpelijke woordenstroom van curatorToon
Lauwen van de uit te reiken Paul Mijksenaar
Design for Function Award,"een nieuwe
prijs voor dienstbaar ontwerpen", dit alles ter
toelichting van het hierbij afgebeelde drie
dimensionale schema aan de hand waarvan
'Cartografische verjaardagskalender'.
de prijswinnaar gekozen zou zijn. De
toehoorders konden daarna gelukkig weer
opgelucht ademhalen bij twee prachtige
filmpjes, het ene van functionele strepen,
randen, haaientanden, pijlen, kruisen, enz.
die je op de bestrating kunt tegenkomen, en
het andere van een nauwelijks in woorden
uit te leggen oogstrelende visualisatie van
een-en meerstemmige klanken. Dit ter
introductie van de prijsuitreiking door Paul
Mijksenaar zelve, tot aller verrassing niet aan
een levend persoon, maar posthuum aan
Edward N. Hines (1870-1938), een Amerikaan
die 100 jaar geleden de middenstreep op
de weg uitvond, een puur functioneel
grafisch element dus dat sindsdien, zonder
dat uitleg noodzakelijk was, talloze mensen
het leven redde. Een gezien werkveld en
aansprekende filosofie van de jubilaris in
alle opzichten passende keuze, lijkt mij.
De dag werd daarna, via een wit behand-
schoende route terug naar de Turfmarkt,
besloten met een druk bezochte receptie,
waarbij de bezoekers bij vertrek nog een
fraaie cartografische verjaardagskalender
meekregen, door de schenker ongetwijfeld
bedoeld niet voor op het toilet ("waar vind
ik dat?") of in de gang, maar in de huiska
mer, en dat in plaats van een schilderij, f
René van der Schans
1 Deze bijdrage zal verschijnen in
Geo-lnfo 2012-3.
16 Geo-lnfo 2012-2