Het nieuwe Nederlandse geo-imago
Column Kees de Zeeuw
Kees de Zeeuw
Er staat weer een mooie sportzomer voor de deur. Naast alle
jaarlijkse evenementen ook een EK voetbal en de Olympische
spelen in Londen. Bij de organisatie van al die grote sporteve
nementen komt vast een hoop geo kijken, maar daar wil ik het
nu niet met u over hebben.
Wat mij meer bezig houdt - of misschien wel dwars zit - is hoe
wij Nederlanders ons op deze toernooien gaan manifesteren.
En dan heb ik het niet over de sporters, maar over het publiek.
Wij zijn dat volk met een oranje klomp of Goudse kaas op hun
hoofd, dat de hele dag olé olé olé olé zingt. Niks mis mee (ik
hou ook wel van een feestje), maar of de wereld nou op al dat
oranje zit te wachten? Waar zijn de tijden gebleven dat we
bekend stonden als dat tolerante gidslandje met een hoog
innovatief en ondernemend karakter? Ons imago brokkelt
langzaam af. Ons supportersgedrag en onze huidige buiten
landse politiek dragen hier niet erg positief aan bij.
Ik merk aan den lijve dat er in het buitenland veel onbegrip is
voor de ontwikkelingen in Nederland. We zijn daar niet altijd
even positief in het nieuws, zal ik maar zeggen.
In rap tempo worden zorgvuldig opgebouwde internationale
relaties afgebouwd. Of het nu om diplomatieke betrekkingen,
wetenschappelijke netwerken of ontwikkelingshulp gaat; er
sneuvelt nogal wat. En ook onze kenniseconomie, innovatie-
drang en handelsgeest stokt. We worden snel ingehaald door
met name de Scandinavische landen en nieuwe opkomende
economieën. Een volk dat altijd kansen zag, lijkt even door de
angst bevangen en alleen maar met zichzelf bezig te zijn.
Is er dan geen enkele hoop? Natuurlijk wel. Want gelukkig
hebben we de Nederlandse geo-sector nog. In de afgelo
pen jaren uitgegroeid tot een volwassen sector die op een
verfrissende manier een bijdrage kan leveren aan duurzame
ontwikkeling in binnen - en buitenland. In 10 -15 jaartijd zijn
er systemen, kennis en virtuele werelden ontwikkeld die ook
elders in de wereld van grote waarde kunnen zijn. Maar is de
vraag er ook? Ik denk het wel. Ik wil u eens wat voorbeelden
geven van kansen die ik de afgelopen periode denk te zijn
tegen gekomen.
Ik begin in Rwanda. Een land dat na de genocide begin jaren
negentig met een bewonderenswaardige en misschien ook
soms wel wat merkwaardige ontwikkeling begonnen is.
Eén van de nationale doelstellingen van Rwanda is om de
IT-hub van Afrika te worden. Dat vergt eerst nog een flinke
investering in de hardware en infrastructuur, maar aanslui
tend ontstaat er vraag naar kennis van content management,
e-government en onderwijs. Geo kan daarin een belangrijke
rol spelen en de samenwerking met Nederlandse organisaties
kan daarbij helpen. Zowel commercieel, politiek als sociaal.
Korea: ook zo'n mooi voorbeeld. Een gigantische drive en
(productie)power op het gebied van nieuwe ontwikkelingen,
ook in onze sector. Door daar de Nederlandse creativiteit en
kennis aan toe te voegen, zouden er zomaar eens hele mooie
nieuwe combinaties kunnen ontstaan. Kadaster, TU Delft en
ITC Twente hebben een eerste voorzichtige stap gezet in de
richting van samenwerking met Korea (o.a. op gebied van
3D kadaster). Dit in de vorm van een Memorandum of Under
standing tijdens het Geospatial World Forum in Amsterdam.
En wat dacht u van India? Het land heeft een immens potenti
eel aan goed gekwalificeerde geo-specialisten die ook voor de
Nederlandse sector bijzonder interessant zijn. Veel bedrijven
zijn bovendien het niveau van goedkoop, grootschalig digita
liseren van geo-informatie allang ontstegen en ontwikkelen
zich tot kennisintensieve ondernemingen. De bedrijvigheid
die ik tussen Canada en India zie ontstaan, zou ook Nederland
goed passen.
En als laatste voorbeeld Qatar. Een land dat de komende
jaren'van olie naar kennis'wil. Tijdens een presentatie op het
Middle East Geospatial Forum werd het mooi geformuleerd:
'To come from carbon to creativity requires an adequate geo
spatial infrastructure in our country'. Wie helpt? Financiering
lijkt het probleem niet in Qatar.
Ik hoop dat deze voorbeelden u enthousiast hebben gemaakt
om de boer op te gaan. En dat u er weer in gelooft. Zo levert u
als geo-specialist dan een mooie bijdrage aan een vernieuwd
positief imago van Nederland. En mocht u toch ook nog met
een oranje brui-shirt door de Oekraïne trekken deze zomer,
dan kunt u in ieder geval zeggen: "maar ik werk ook in de
Nederlandse Geo-sector hoor". En dan zal men u hopelijk
begripvol aankijken en vervolgens weer met u meezingen:
olé olé olé olé....
Directeur Kadaster International
Kees.Zeeuw@kadaster.nl
Geo-lnfo 2012-5 19
