I Op zoek naar de laatste millimeter W Op een mooie vrijdag de auto naar het meest noordoostelijke puntje van Nederland gestuurd: Eemshaven. Op bezoek bij Peter Oldenhuis, projectleider maatvoering bij Ballast Nedam. In opdracht van NUON/Vattenfall bouwt Mitsubishi daar een Multi-Fuel (gas/bio) elektriciteitscentrale. Ballast Nedam Industriebouw is verantwoordelijk voor het zgn. civiele deel: gebouwen en infrastructuur. De landmeter werd een maatvoerder De grondslag Move3 door Jeen Akkerman st.ja@upcmail.nl Van grote afstand is al te zien dat er heel wat gebouwd wordt in de Eemshaven. Essent bouwt er een kolencentrale. De Eemshaven wordt het stopcontact van Nederland want Electrabel heefter ook al centrales staan. Over enige tijd leveren al deze centrales samen 5300 MW (=MegaWatt1 miljoen Watt), goed voor een slordige 8 miljoen huishoudens. Ook staan er tientallen enorme wind molens, ook die zijn goed voor een paar honderd MW. Na de nodige procedures en formaliteiten bij binnenkomst op een bouwplaats volgde een hartelijk welkom door Peter Oldenhuis. Als eerste geeft hij een een uitleg over de centrales, want Nuon Magnum is niet één centrale maar het zijn drie identieke centrales van elk 400 MW. De centrales staan naast elkaar, hart op hart 75 meter, bijna noord gericht, vlak onder de Waddenzeedijk. De aantallen die Peter noemt zijn groot, enkele voorbeelden:"Er werken 1600 mensen van 15 verschillende nationaliteiten, projectgebied van 800 bij 800 meter, onge veer 5000 heipalen, drie koelwaterleidingen met diameter bijna 3 meter, 5 kilometer lang, 5 meter onder maaiveld. Om dit allemaal op de juiste plekte krijgen werkten hier op een gegeven moment 25 mensen in de maatvoering en nog eens 6 personen in de revisie-metingen."Peter vervolgt:"Bij het begin van de bouw zijn de perceelgrenzen van het gebied, de hoofdinfrastructuur en de hoofdassen van de centrales door landme ters uitgezet. Het complex ligt nu dus op de juiste pieken hoogte in Nederland.Toen het hek was gebouwd en er echt werd begon nen met de bouw van de centrales gebeurde er iets merkwaardigs: De landmeter werd een maatvoerder!" Deze laatste zin heeft enige verduidelijking nodig. Peter is van mening dat een landmeter geen maatvoer der is en omgekeerd. De landmeter komt voort uit de Geodesie, de maatvoerder komt uit de bouwwereld. Zeker in de Eemshaven, ver van Amersfoort, is dat verschil merkbaar in de lijnvergroting waar de landmeter (en zijn hard- en software) mee werkt: bijna 10 mm per 100 meter. Een maatvoerder zal daar nooit mee werken! Peter vertelt: "Bij aanvang van de bouw is er een PMG (Primair Meetkundige Grond slag) gemaakt. Deze bestaat uit 13 heipalen (0,45 x 0,45 x 28,50 metermet daarop een boutje geplaatst. Deze punten zijn door een onderaannemer gemeten en bekend gemaakt in X, Y en Z op millimeterniveau. Pas later bleek de kwaliteit van deze meting niet goed genoeg te zijn." De PMG hoort bui ten de invloedssfeer van de bouwactiviteiten te liggen en dient als basis voor de dagelijkse maatvoeringwerkzaamheden die hoofdzake lijk vanuit een SMG (Secundair Meetkundige Grondslag) gedaan worden. Deze SMG werd wekelijks gemeten en vastgelegd aan de PMG omdat we ontdekten dat de SMG "bewoog". Deze beweging kende twee oorzaken: Om de maatvoering zo goed mogelijk te doen moetje zo dicht mogelijk op het werk zitten. De punten van je SMG liggen dan bv. op 10 meter afstand van een betonvloer waar in één dag 3600 kubieke meter beton (gewicht bijna 10.000 ton) wordt gestort... De tweede reden is het meten van de grond slag (zowel PMG als SMG) door de maat voerder en de daarop volgende berekening. 26 Geo-Info 2012-9

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2012 | | pagina 28