Ontwerptekening en rapportage Henk van Es (ProRail), rail system engineer P76 een doeltracé voor de spooraanpassing. Bij alleen een perronaanpassing wordt deze stap overgeslagen en maken wij gelijk een ontwerprapportage. Het resultaat van het doeltracé is een schift en lichtplot met de verschillen tussen de meetdata en de geoptimaliseerde spoorlig- ging. Met deze tekeningen kan de aannemer zien hoeveel hij het spoor moet schiften en lichten en waar er perronwerk gedaan moet worden. Bij station Rotterdam Lombardijen wordt het spoor zo aangepast, dat de perronhoogte bij het geconstrueerd perron voldoet aan de eisen voor de perronhoogte (zie figuur 11). Het perron met de keerwandstukken moet worden aangepast. Het berekende doeltracé is daarbij het uitgangspunt voor de juiste plaatsing van de keerwandstukken. Het doeltracé toetsen wij op de ontwerp voorschriften van ProRail. Daarbij kijken we bijvoorbeeld naar de elementlengtes, de lengte van de overgangsbogen voor de opbouw van de verkanting, de minimale en maximale boogstralen en de combi natie van horizontale en verticale bogen. Het resultaat is een verificatiematrix met daarin de afwijkingen van het tracé op de norm- en uitzonderingswaarde uit de OVS. Voor iedere afwijking op de OVS moet een ontheffing worden aangevraagd. Van elk doeltracé leveren wij een detaille ring van het spoor, waarmee de aannemer zijn spoor kan uitzetten en maatvoeren. In de detaillering staan de: de XYZ-coördinaten van de tangent- en spoorpunten; de XYZ-coördinaten van de wissels; de baanvaksnelheid; de toegepaste verkanting en -opbouw; de horizontale- en verticale tracé elementen, zoals bogen, rechtstanden en overgangsbogen. Nadat het doeltracé is goedgekeurd door ProRail maken we een ontwerptekening en een rapportage. De ontwerptekening maken we met het programma MX. In MX wordt de nieuwe perronrand ontworpen op basis van het doeltracé. Hiervan maken wij een lengte en dwarsprofieltekening, met daarbij een overzicht van de gemeten en ontworpen perronhoogte en - afstand. Daarnaast staat op deze tekening de lengtes van de sporen die geschift en gelicht gaan worden. In de rapportage lichten wij het ontwerp toe, maken we een lijst met de afwijking op de OVS en geven we een overzicht van de werkzaamheden aan het bovenleiding systeem. Voorbeelden van werkzaamhe den aan de bovenleiding zijn: het uitwisselen van de zijwaartse; het op de juiste hoogte brengen van het bovenleidingsysteem door het cor rigeren van de rijdraadhoogte; het aanpassen van de bovenleiding- palen die op het perron staan bij een perronaanpassing; het vervangen van de gehele bovenlei dingconstructie. Daarnaast geven we een gedetailleerd advies bij verlaagde bovenleidingcon structies, zoals bij tunnels en viaducten. In figuur 12 staat een grafiek van de rijd raad hoogtes op station Almere Muziekwijk na uitvoering van het doel tracé. Bij specifieke oplossingen maken wij extra ontwerptekeningen, zoals bij station Almere Muziekwijk. Bij dit station wordt het spoor verlaagd door de regelbare spoorstaafbevestiging te vervangen door ingegoten spoor. Hierdoor komt de per ronhoogte bij het geconstrueerd perron binnen de bandbreedte (zie figuur 13). Een andere oplossing was het geconstru eerd perron verhogen, maar dan vormt de aansluiting op trappen en liften een probleem. Rijdreadhoogtcs Almere Muziekwijk na spoor licht volgens doch reeë !Ml4nfMHUT£i Uttifcrt Alm# r e Mut Do* n.*tKï JQU mrt# taifiimmtuid ♦wëriw**- te rnHBfcf E*rtih:«l 11*9 II.U lJiO W-I» UB I/.H I1DB HU» U W U JD I LM |IU UÜ U iPD jlH 11® Figuur 12 Overzicht van de rijdraadhoogtes bij station Almere Muziekwijk, na uitvoering doeltracé. "Arcadis is al direct vanaf de start van P76 betrokken bij de werkzaamheden. Werd eerst nog uitgegaan van binnen ProRail beschikbare informatie, al gauw bleek dat een meting noodzakelijk was om een actueel inzicht van de huidige situatie te krijgen. Dat betekende een gestage uitbreiding van de werkzaamheden, en daarmee ook het aantal bestanden. Om dat te faciliteren is door Arcadis de toepassing Insite Online ontwikkeld, waarin de bestanden op een zeer overzichtelijke wijze zijn terug te vinden. Dit is noodzakelijk omdat P76 een groot aantal verschillende stations kent, met elk zijn specifieke oplossing. Uiteraard heeft Insite Online voor ProRail een toegevoegde waarde, niet alleen voor P76, maar ook voor andere afdelingen binnen ProRail." Geo-lnfo 2012-10 9

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2012 | | pagina 11