L- 1 3 Resultaten Conclusie Toekomstig onderzoek Literatuur SDO_GEOMETRY 800,00 600,00 400,00 200,00 0,00 10000 20000 30000 40000 50000 60000 70000 80000 1200 600 400 200 20000 40000 60000 80C Grafiek ia - opslagcapaciteit: horizontaal: gemiddeld aantal punten per cluster; verticaal: benodigde opslagcapaciteit in MB's. SDO_PC Grafiek tb - opslagcapaciteit: - horizontaal: gemiddeld aantal punten per cluster; - verticaal: benodigde opslagcapaciteit in MB's. 20000 40000 60000 80000 20000 40000 60000 80000 20000 40000 60000 80000 Grafiek 2a - selectie query: horizontaal: gemid deld aantal punten per cluster; verticaal: benodigde tijd in (h:mm:ss). Grafiek 2b - selectie query (deel t): - horizontaal: gemiddeld aantal punten per cluster; - verticaal: benodigde tijd in (h:mm:ss). Grafiek 2c - selectie query (deel2): - horizontaal: gemiddeld aantal punten per cluster; - verticaal: benodigde tijd in (h:mm:ss). Bij de implementatie van het data type SDO_PC (3e oplossing), is ook een methode geïmplementeerd om bij elkaar liggende punten in clusters te groeperen en om attributen op te slaan. Ook zijn queries geïmplementeerd om de clusters te bevragen (clippen). Om echter een leesbaar resultaat te krijgen, moet de selectie geconverteerd worden naar SDO_ GEOMETRY data type en alleen numerieke attributen kunnen worden opgeslagen. Omdat het opslaan van losse punten in een database nadelen heeft, zijn in dit onder zoek de oplossingen met meerdere punten per record met elkaar vergeleken. Hierbij is gekeken naar de invloed van de (gemid delde) grootte van de clusters op de per formance van de database. Hierbij is echter maar één ruimtelijke query getest en query's op attributen zijn niet getest. Bijgevoegde grafieken tonen aan dat wat betreft de benodigde opslagcapaciteit in de database, puntwolken bij voorkeur in clusters groter dan 5000 punten per cluster met data type SDO_GEOMETRY kunnen worden opgesla gen. Voor wat de benodigde tijd betreft om een query uit te voeren, geldt hetzelfde. De methode die gebruik maakt van SDO_GEOMETRY (GTYPE 3005, POINT- CLUSTER) heeft een optimale performance voor het opslaan van grote hoeveelheden punten en de datapunten kunnen worden gelezen door bestaande softwarepak ketten. De methode die gebruik maakt van het datatype SDO_PC voldoet niet aan de gestelde eisen, omdat het nieuwe SDO_PC datatype, niet algemeen leesbaar is in bestaande softwarepakketten, (nog) niet volledig wordt ondersteund door leveranciers van gespecialiseerde software pakketten en de benodigde opslagruimte een dubbele hoeveelheid is. Dit onderzoek toont aan dat het data type SDO_GEOMETRY prima toegepast kan worden ten behoeve van het opslaan van puntenwolken in een Oracle database, echter het bevragen van attributen is tijdens dit onderzoek niet aan de orde gekomen en zal nog nader onderzocht moeten worden. Verder ontbreekt een methode die geselecteerde puntenwolken kan uitpakken, nieuwe puntenwolken kan toevoegen aan de database en opnieuw de puntenwolken groepeert. De dataset die is gebruikt voor het testen, bestond uit AHN2 data, deze data kan worden beschouwd als 2,sD (niet meerdere punten boven elkaar), de methode voor het vormen en ordenen van de punten wolken in 3D dient nog nader uitgewerkt te worden (bijvoorbeeld voor laserscans van het interieur van een fabriek). Hoewel dit onderzoek zich heeft gericht op Oracle, is ook PostgreSQL (PostGIS) als OpenSource database bekeken, mogelijk zijn met enkele aanpassingen de gevon den resultaten ook bruikbaar in deze database. Hilbert D. (1891) Über die stetige Abbildung einer Linie auf ein Flachenstück, Mathemati sche Annalen 38, pages 459-460. Morton G. M. (1966) A computer Oriented Geodetic Data Base; and a New Technique in File Sequencing,Technical Report, Ottawa, Canada: IBM Ltd. Wang, J., and Shan J. (2005) Lidar Data Management with 3-D Hilbert Space filling Curves, ASPRS Annual Conference, Baltimore, USA. Geo-lnfo 2013-2 21 Geo Info 02-13.indd 21 18-02-13 09:34

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2013 | | pagina 23