Afscheid Nico Bakker
op Symposium 40 jaar Kartografie
Verslag
14 maart 2013 organiseerde het Kadaster in hotel de Cantharel bij Apeldoorn een symposium ter
gelegenheid van het afscheid van drs N J.Bakker. Dat symposium stond in het teken van de ontwikkeling
van de kartografie sedert 1975, het jaar waarin Nico Bakker zijn werk begon bij de Topografische Dienst
Hij was daarvoor al twee jaar student-assistent geweest bij het atlassenpracticum van de toenmalige
vakgroep Kartografie, van het Geografisch Instituut van de Rijksuniversiteit Utrecht.
Mevrouw Burmanje opent het symposium. Op de eerste rij in het midden Nico Bakker, naast zijn vrouw Ans.
Er waren een 150 kartografen en andere
collega's op afgekomen, waar Nico
gedurende zijn carrière mee had samen
gewerkt - prettig samengewerkt, want hij
is altijd een zeer kundig en aimabel col
lega geweest; tijdens zijn loopbaan heeft
hij geweldig veel werk verzet in allerlei
commissies, van de opleidingscommissie
voor de PBNA-cursus kartografie tot en
met commissiewerk bij EuroGeographics
en INSPIRE en de Commissie geografische
namen bij de KNAW.
De middag begon met een welkomst
woord van Dorine Burmanje, voorzitter
van de Raad van Bestuur van het Kadaster,
voor wie Nico de verpersoonlijking was
geweest van de kartografie; ze dankte
hem ook voor het vele dat hij had gedaan
om de kartografen en topografen zich
in de nieuwe kadastrale omgeving thuis
te laten voelen. Daarna hield Ben Bruns
(Manager, Sector GIS Maatwerk) een
verhaal over de veranderingen in de
kartografische activiteiten bij het Kadas
ter sedert de overgang daarheen van de
Topografische Dienst in 2004. Gemodel
leerd op optimaliseringsprocessen uit de
auto-industrie was het LEAN project daar
ingevoerd, waardoor de achterstand in
de kwaliteit en de levertijd van topografi
sche data was opgeheven. Nu wordt ook
automatisch gegeneraliseerd, althans
van het kernbestand naar de 1:50 000, en
de afleiding naar de kleinere schalen is
in bewerking. Er werd met nadruk door
Bruns gesteld dat de nieuwe kaarten
niet met de handmatig gegeneraliseerde
vergeleken moeten worden, omdat het
nieuwe producten zijn en de oude te
duur zijn.
Prof Menno-Jan Kraak gaf vervolgens aan
welke veranderingen er allemaal in de
kartografie opgetreden waren die laatste
40 jaar: veranderingen in de kartograaf,
diens opleiding, in de kaart, in de gebruiker,
in het object (het aardoppervlak). Voor de
kaart gold dat kaarten niet alleen meer
vervaardigd werden om hun inhoud te com
municeren, maar vooral ook voor analyse en
exploratie van de gegevens.
Ferjan Ormeling schetste daarna de door Nico
Bakker mede aangejaagde ontwikkelingen
in de Nederlandse atlaskartografie: Nico
had zowel aan de eerste als tweede (nu als
directeur van het Atlasbureau) editie van de
nationale Atlas meegewerkt en ook bij de
pogingen voor een derde editie. Die nationale
atlassen hebben een geweldige uitstraling
gehad op de Nederlandse atlasproductie.
Haico van der Vegt (adviseur Strategie en
Beleid) vergeleek het uiterlijk van de Neder
landse topografische kaart 1:25 000 met
vergelijkbare kaartseries uit andere Euro
pese landen. Martin Salzmann (Directeur
Strategie en Beleid), die ook dagvoorzitter
was, rondde af met een presentatie over de
ontwikkelingen van de BRT, de basisregis
tratie topografie, die Nico (mede) in gang
had gezet.
Nico Bakker sloot tenslotte zelf af. Hij dankte
degenen van wie hij zelf het vak had geleerd,
zoals de aanwezige Peter Geudeke en Albert
Ras, en behandelde een paar onderbelicht
gebleven aspecten van zijn loopbaan: 20 jaar
bezig geweest met (automatische) gene
ralisatie (wat pas lukte na de conversie naar
topografische objecten) en meegewerkt aan
de opbouw van EDUGIS, de educatieve pen
dant van de PDOK. Hij sloot af met Op fletse,
een lied van Daniel Lohues van Skik, vol met
Drentse toponiemen.
Ferjan Ormeling
32 Geo-Info 2013-4