Krijgen we een boete
als we het iets minder doen?
Column Marjan Bevelander
Hoe vaak heb ik die vraag de afgelopen maanden niet gehoord.
Soms gevolgd door:"Daar zullen ze in Griekenland toch zeker
ook niet aan toe komen?"
Aanleiding is de uitvoering van de Europese richtlijn INSPIRE
die nu in 2013 een flinke inspanning vereist. Zo zullen alleen al
de provincies een twintigtal datasets beschikbaar gaan stellen
volgens de strenge eisen die INSPIRE stelt. Dat kost geld en
vraagt betrokkenheid van onze collega's in de beleidssectoren.
Begrijpelijk dat niemand daar op zit te wachten in tijden van
bezuiniging en ontslagen.
Vanuit de provinciale geo-sector hebben wij INSPIRE niet alleen
als verplichting gezien, maar ook als kans om een degelijke,
actuele gegevensinfrastructuur op te bouwen. Om dat stand
punt kracht bij te zetten, hebben we aansprekende voorbeelden
van toepassingen nodig!
Nu staan wij daar natuurlijk niet alleen in. Zo nam Geonovum
het initiatief om samen met onze buurlanden een conferentie
te organiseren. Op 5 en 6 maart vond in Brussel de Powered by
INSPIRE conferentie [1] plaats. Bedoeling was om "meer aandacht
te vragen voor de gebruiksmogelijkheden die de ruimtelijke
data-infrastructuur in Europa biedt en nog zal gaan bieden."
Een mooie gelegenheid om te zien hoe de 250 deelnemers uit
België, Nederland, Duitsland, Luxemburg en de UK er in slagen
INSPIRE uit te voeren. Slagen zij om hun omgeving te inspireren
tegen de stroom in? Voeren zij INSPIRE uit in de minimumvariant
of kunnen ze net dat beetje meer doen om de gebruiker verder
tegemoet te komen? En vooral: zijn er al goede voorbeelden?
Voorbeelden die de meerwaarde van INSPIRE duidelijk maken?
Hugo de Groof (DG Milieu EU) ging tijdens de paneldiscussie
meteen op dit dilemma in: INSPIRE is een middel om een hoger
doel te bereiken. Maar welk doel is dat precies? Welke staat van
het milieu willen we bereiken? Hoe staat dat in relatie tot het
snijden in budgetten? De Groof bereidt zich voor om samen te
werken aan een Informatie PPS, een Publiek Private Samenwer
king. Een PPS constructie kan net voor dat beetje extra zorgen
dat de infrastructuur echt goed bruikbaar laat zijn. Hij sluit af
met:Toen we begonnen met INSPIRE reden we op een wit paard,
nu rijden we op een kameel. Er is een groeiend besef, dat de
kameel op zijn beurt kan veranderen in een ander dier.
Het lijkt er inderdaad op dat INSPIRE 1.0 ons vooral ook inzicht
geeft in de tekortkomingen van de beschikbare informatie in
Europa. Het is zeer de vraag of de huidige gegevens van vol
doende kwaliteit zijn om dat'hogere doel'te bereiken.
Tot Mart van Bracht van TNO aan het woord komt, blijft dat
hogere doel vrij abstract. Hij illustreert in een scherpe, open pre
sentatie waar we het over hebben aan de hand van het thema
geologie dat onderdeel is van Annex II.
Het EU-beleid dat enerzijds het stimuleren van de Europese
economie en het creëren van banen beoogt, en anderzijds het
garanderen van een veilige aanvoer van grondstoffen is nu nog
afhankelijk van informatie uit de VS over de hoeveelheid en
locatie van de eigen grondstoffen binnen de EU. Gaat INSPIRE
Annex II hier in een Europees alternatief voorzien? Nee, voor
alsnog niet. Mart van Bracht laat zien dat Annex II alleen het
bovenste gedeelte van de ijsberg betreft. Net als bij veel andere
thema's creëren we in eerste instantie een Europese lappende
ken met witte plekken. Die plekken ontstaan doordat het niet
vereist is om nieuwe gegevens te verzamelen.
Wil Europa een onafhankelijk idee krijgen over de grondstoffen
binnen haar grenzen, dan is er meer nodig. Begin dus nu na te
denken over INSPIRE2.0.
Ik ben onder de indruk van de visie die hieruit spreekt. Het plei
dooi voor een betere, structurele organisatie van de samenwer
king om dat hogere, in dit geval Europese belang te dienen, is op
meer INSPIRE-thema's van toepassing.
Vooralsnog kom ik enigszins berooid uit met mijn verwachting
mooie voorbeelden van toepassingen te zien. In een aantal
presentaties (bijv. van de politie, vanuit de agro-sector of van het
RIVM) proefje de verwachtingen, maar het is nog te vroeg om
concrete toepassingen te zien. Ruud Cino van het Ministerie van
l&M vat het mooi samen: Wat zijn de kosten van het ontbreken van
deze EU-Database en in het algemeen van informatie van goede
kwaliteit
Helaas is er niet altijd ruimte voor dit soort rationele vragen bij
onze methode van bezuinigen op basis van de kaasschaafme
thode. Daarbij is de vraag naar het al dan niet een boete kunnen
krijgen veel vaker gesteld. In deze context ben ik bang dat
INSPIRE 2.0 nog even op zich zal laten wachten, f
Marjan Bevelander, Coördinator Geo-projecten
Interprovinciaal Overleg (IPO), mbevelander@ipo.nl
1. Impressie op de website Powered by INSPIRE
http://www.poweredbyinspire.eu/p/2o/lmpression
10 Geo-lnfo 2013-6