Zeven tiende-eeuwse
Architectuurtekeningen
1.5e rekening in lie
ontwerp- en bouwpraktijk
in de Nederlandse
R_epu bliek
Discussie
Amsterdam: geen gemeente
maar Stadsarchief
Bezoek tentoonstelling
CULTUUKHItfTCOUCH8
Ehk« Gerritsen
Een voorontwerp voorde vierde vergroting, t66o, Cornelis Danckerts Van Rij.
Wel studies naar architectonische tekeningen, maar nog niet naar werkkaarten. Bezoek aan tentoonstelling 'Booming Amsterdam'.
niet ken'), hoofdzakelijk topografische; deel 2
omvat alleen een selectie, een representatief
beeld, met meer thematiek, planologie en
toerisme. Hameleers analyseerde een en
ander verder aan de hand van kaartvoorbeel-
den op de aspecten stadsgrootte, kaarttypen
(ook historische reconstructiekaarten),
topografisch versus thematisch, schaal,
weergave in opstand of plattegrond, en de
noord-oriëntering.
De discussie opende met de vraag of de
collectie van het stadsarchief ook water
staatkundige kaarten bevat. Het antwoord
was ja, want het peil en de doorstroming
van de grachten moest natuurlijk goed in de
gaten worden gehouden. Inhakend op een
opmerking van Mare Hameleers over de rela
tie tussen zijn boeken en de tentoonstelling
werd door mij een pleidooi gehouden voor
een aparte (mogelijk landelijke) studie naar
de aanwezigheid en het gebruik van groot
schalige werkkaarten als de nu getoonde.
Zulke studies bestaan voor vestingbouwkun
dige en architectonische tekeningen, maar
bij deze kaarten ten dienste van publieke
werken wordt een wetenschappelijke mono
grafie node gemist.
Uit de zaal kwam ook een opmerking dat de
nu gepubliceerde kaartcatalogi in feite geen
goed beeld verschaffen van de stedelijke
ontwikkeling. Hameleers bevestigde dit: het
uitgangspunt is de volgorde van publicatie
van de kaarten, en niet de fasen van de stads-
groei. Van Antwerpen zou wel iets dergelijks
bestaan (en ondergetekende vermoedt ook
wel van andere steden).
Nog een vraag: waarom was de toch zeer
betrouwbare vogelvluchtkaart van Van
Berckenrode niet als projectkaart gebezigd?
Dat was niet het geval, omdat dit type kaart
vooral voor representatieve doeleinden werd
gemaakt, en niet voor praktische werkzaam
heden.
De discussie sloot met een vraag om
digitale publicatie van het kaartmateriaal.
Zeer nastrevenswaardig natuurlijk, maar de
uitgevers van al die prachtige boeken wor
den daar vast niet blij van, was het antwoord.
Door de stroomstoring was het wat laat
geworden, maar gelukkig konden de
deelnemers aan de studiemiddag toch nog
de fraaie tentoonstelling bezoeken, met
deskundige toelichting van Erik Schmitz.
Door andere hobby-verplichtingen kon
ik nog net een levendige, maar daardoor
niet helemaal scherpe foto ervan maken
en moest ik daarna gauw uit het'zonnige/
zondige'Amsterdam vertrekken, maar ik had
gelukkig al twee keer eerder de tentoonstel
ling bezocht en daarbij, met de neus op de
kaart, bijzonder genoten van de schitterende
details, die bij digitalisering of druk toch
meestal verloren gaan. Die scherpte!
Bij het verschijnen van dit verslag is bezoek
niet meer mogelijk. Helaas is er geen cata
logus, alleen maar een bescheiden boekje
met korte toelichtingen zonder plaatjes
voon euro. Maaru moet zeker eens een blik
werpen in de hiervóór genoemde boeken,
daarin komt u vast ook werk tegen van 17de-
eeuwse landmeters, die soms op de ten
toonstelling, terecht, met de titel 'onbekende
kunstenaar'worden vereerd. Daar werd iets
groots verricht, ook met de kartografische en
landmeetkundige gereedschappen.
René van der Schans
Geo-lnfo 2013-6 13