Noem het beestje maar niet bij zijn naam Column Jeroen van Winden Voor het werken met geo-informatie zijn al vele namen en afkortingen gebruikt. GIS, een Geografisch Informatie Systeem, is een term die veel gebruikt wordt voor de software waarin met geografische informatie wordt gewerkt. Maar, het is zeker niet de enige. Verschillende software leveranciers zijn verschillende termen gaan gebruiken, al was het alleen al om zich te onder scheiden. Zo kwamen er termen als Spatial Information Manage ment, Automated Mapping, GeoSpatial Management System, Land Information System en Location Intelligence. Tegenwoordig gaat het allang niet meer alleen om een stuk software dat binnen een bepaalde toepassing een naam moet krijgen. Met de komst van webservices kan de term GIS mis schien overeind blijven. We veranderen de S van GIS gewoon van Systeem in Services. Maar voor dit soort services zijn er ook al weer tal van namen zoals Location Based Services en MapServi- ces. Voor de infrastructuur op deze services hebben we dan weer de Spatial Data Infrastructure (SDI) en de Geografische Informa tie Infrastructuur (Gil). Het gegooi met al deze termen is niet erg. Althans het is niet erg in ons eigen wereldje. We zijn er aan gewend en komen vaak zat bij elkaar om elkaar uit te leggen wat we ook alweer bedoelden. Soms hebben we er met elkaar lang over gediscussieerd hoe we iets moesten noemen. Daar kwamen we vaak uit met elkaar. Soms zijn we het met elkaar eens dat we het niet met elkaar eens konden worden. In onze vaak technisch gestuurde discussies begrijpen we elkaar meestal. Toch zit er een gevaarlijk kantje aan onze kakafonie van verschil lende namen, termen en definities, kortom ons jargon rond geografische informatie. We hebben besteen ingewikkeld jar gon voor buitenstaanders, en dat hebben we vaak zelf niet door. Een aantal jaren geleden hadden wij een journalist op bezoek tijdens een GIS-conferentie. Deze journalist was niet bekend met ons vakgebied. Hij was geïnteresseerd geraakt omdat hij toevallig in aanraking was gekomen met het onderwerp GIS tijdens één van zijn onderzoeken. Deze journalist heeft indertijd een artikel geschreven waarin hij al het tijdens de conferentie gebruikte GIS-jargon verhalend achter elkaar had gezet. Hier mee hield hij het GIS-vakgebied een spiegel voor waar we toen vooral om moesten lachen. Het was misschien nog te vroeg om er ook van te leren. Tijden veranderen. GIS is niet meer van de GIS-wereld alleen. De luxe om onderling te communiceren in ons eigen jargon lijkt voorbij. Geografische informatie is niet meer alleen voor de geo-informatiespecialist. Geografische informatie is voor ieder een interessant. Het ingewikkelde hierbij is dat wij de taal van iedereen moeten gaan spreken. Het lastige hieraan is dat we het vooral eenvoudiger moeten maken. Een ander moet begrijpen wat de kracht van geografie voor zijn of haar wereld betekent. Het eenvoudige verhaal moet dus ook nog eens gekoppeld worden aan de belevingswereld van die persoon. Ik kan je vertel len, dat valt niet mee. Het eenvoudige verhaal vertellen is veel moeilijker dan lijkt! Hoe vertel je aan een bestuurder, een Bl-specialist, een asset manager, een inspecteur, een burger, een relatiemanager, een marketeer, een ICT-beheerder of een docent wat de kracht van geografie of GIS is? Ik kan je zeggen, door het vooral niet zo te noemen. Toch kunnen al deze mensen met geografische informatie meer bereiken. Ze moeten het alleen nog begrijpen. De kunst is het zo te vertalen dat zij de meerwaarde zien. Het zo te vertalen dat het verhaal aansluit op hun belevingswereld, door het te vertalen van ons jargon naar hun jargon. Het jargon van de ander wordt vaak bepaald door het vakgebied waar die ander in werkt. Daarnaast bepalen de tools die die ander gebruikt vaak het denkpatroon. Het is dan ook het han digst om de kracht van het gebruik van geografische informatie uit te leggen aan de hand van de tools die worden gebruikt. Gebruikt men bijvoorbeeld veel Excel, gebruik dan terminologie uit Excel. "Een kaart presenteert de informatie in de sheet met een draaitabel vergelijkbaar met een grafiek." Een Business Intel ligence (BI) gebruiker herkent zich in een zin als: "Inzoomen op de kaart levert een drill down op de data in die regio." Al met al blijkt steeds vaker dat als wij het gebruik van geo grafische informatie willen verbreden in en buiten onze eigen organisaties, dat wij het beestje dan beter niet bij de naam noe men. Het is dus niet erg dat wij onderling al veel jargon hebben bedacht. Het is alleen verstandig dat we dat jargon achterwege laten als we willen dat onze prachtige informatie ook buiten gebruikt gaat worden, f Jeroen van Winden Chief Technology Officer Esri Nederland jvan winden@esri.nl Geo-lnfo 2013-6 29

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2013 | | pagina 31