Figuur 4 - Historisch vergelijkingsmodel van de morfologische ontwikkeling van de westelijke Waddenzee.
Huidige situalse
t&e wiwf
[lodingen in Vbesdoom;
(voof aisiunng)
Vanaf 1850 neemt de detaillering expo
nentieel toe. De eerste uitgebreide en
betrouwbare dieptekaart van het westelijk
Waddengebied betreft de 'Kaart van de
ZuiderZee' van Hulst van Keulen uit 1852.
De dieptewaarden zijn uitgedrukt in 'Amster-
damsche voeten bij gewoon laag water'en
zijn verkregen door middel van systema
tische handmatige dieptelood metingen.
De gehele kaart bevat meer dan 7000
metingen in het westelijk Waddengebied en
het huidige IJsselmeergebied. Deze hoge
resolutie maakt het mogelijk de lodingen
direct te vergridden naar een dieptemodel
met een gridcelgrootte van 50 meter.
In de twintigste eeuw wordt het loding-
grid fijner en fijner. Waar aan het begin van
de eeuw nog met mechanische middelen
werd gelood, komen na de oorlog echo
lodingen en tegenwoordig de side-scan
sonar met hoge resol utie op. Vanaf de
tachtiger jaren wordt er gebruik gemaakt
van een dekkend systeem, en beperken
de lodingen zich niet meer alleen tot de
(vaar)geulen. Om vergelijkingen te kunnen
maken, zonder dat de hoge meetresolu-
tie een te grote afwijking krijgt met de
historische metingen, is gekozen om de
moderne grids (vanaf 1925) vast te zetten
op 20 meter (figuur 5).
Door het vergridden van de gegevens
kunnen de kaarten niet meer alleen
onderling vergeleken worden, het is ook
mogelijk berekeningen uit te voeren naar
Figuur 5 - 3D-modellen van de lodinggegevens van 1852 (links) en van 2008 (rechts).
Geo-lnfo 2013-6 7