DENVIS (iMaps): past beter bij ruimtelijke planners iSz3" - i a '^7 s nz jlIj C3 LziJ rrn r^3 sssa v c - rï 3 r3i i 1 nra 33 3 - r - 10 I Geo-lnfo 2013-10 IPDD betrokkenen te stimuleren, is binnen het project voorlichting gegeven over het NGR en is daarnaast een viewer aangeboden voor het ontsluiten van ruimtelijke data. Ongeveer een jaar lang is geprobeerd het actief gebruik van de ruimtelijke data te stimuleren. Maar de ontwikkelde toegang via geo-web- services en geo-registers werden in dit project niet of nauwelijks gebruikt, omdat deze veelal te complex en te ingewikkeld werden gevon- den. Uit de resultaten van de studie kwam al snel naar voren dat het NGR in zijn toenmalige staat niet toegankelijk genoeg was voor ontwerpers en planners. Zoeken op data en de presentatie van deze data in webviewers vol deed niet aan hun verwachting. Veelal wisten ze ook niet precies wat voor data ze zochten of wat voor data er beschikbaar was;"wij weten niet wat we niet weten". Het oorspronkelijke uitgangspunt bleek niet te kloppen. Wensen van planners Planologen en ruimtelijke ontwerpers hebben specifieke gebruikseisen voor ruimtelijke gege vens en kaarten. Presentatie en communicatie van geo-informatie is voor deze groep vaak het uitgangspunt (Duinker, 2013). Zij zoeken daarom geo-informatie die past bij het verhaal dat verteld wordt; geo-informatie als bron van inspiratie. Er wordt'gebladerd'door de kaarten, "net als in een atlas". Uit de studie bleek dat onderstaande viertal punten essentieel worden gevonden door planners en ontwer pers om inzicht in de bruikbare geo-data te verkrijgen: Visualisaties dienen vooraan te staan, metadata en tabellen zijn ondergeschikt aan de kaart; Makkelijk bladeren door het beschikbare kaartenmateriaal; De zoekfunctie zou suggesties moeten doen (a la Google); Laagdrempelige (technische) toegang tot de ruimtelijke data. Hulpmiddelen in DENVIS Om tegemoet te komen aan de specifieke gebruikerseisen voor toegang, uitwisseling en gebruik van ruimtelijke data is binnen IPDD geëxperimenteerd met nieuw ontwikkelde applicaties en zijn bestaande interactie hulp middelen ingezet (MapTable). Ontwikkeld zijn iMaps (figuur 2), een applicatie voor eenvou dige kaartraadpleging, en een ruimtelijk inter ventieschema (figuur 3a) voor het snel in kaart brengen van ruimtelijke verbanden. Al deze hulpmiddelen zijn ingebracht in DENVIS, een in het kader van het IPDD-project ontwik kelde beslissingsondersteuningssysteem voor ruimtelijke planning en ontwerp. Figuur 2 - Gebruikersinterface van de iMaps applica tie, ontwikkeld voorde Delta Envisioning Support. iMaps De iMaps-applicatie geeft toegang tot al het beschikbare kaartmateriaal en geodata om tijdens en ook na het project de informatie toegankelijk te houden voor geïnteresseerden. Naast het beschikbaar stellen van geo-informa tie van bronnen buiten het project, dient iMaps ook voor de uitwisseling van kaartmateriaal dat binnen het IPDD-project is ontwikkeld. Tot nu toe waren deze ontwerp- of referentiekaarten vaak niet centraal en digitaal toegankelijk buiten een project en veel gevallen betrof het alleen een afbeelding in een boek of rapport. Het geproduceerde kaartmateriaal is of eenvou dig (b.v. monothematisch) of complex met veel pijlen en arceringen en mist in de meeste gevallen een georeferentie. Ontwerpers binnen IPDD zijn daarom ook gaan werken met geoge- refereerde kaarten als basis voor hun ontwerp, zodat ook deze opgenomen kunnen worden in iMaps. Dit maakt integratie van het kaart materiaal met andere ruimtelijke informatie maar ook onderlinge vergelijking van kaarten eenvoudiger. Ook bevordert de georeferentie de toegankelijkheid van het kaartmateriaal en kan het worden gepresenteerd in bestaande en vertrouwde interfaces zoals Google Earth. De iMaps-applicatie is dus ontwikkeld om geo-informatie uit bronnen van zowel binnen als buiten het project beschikbaar te stellen voor de IPDD-onderzoekers. Toegankelijkheid is hierbij het sleutelwoord. Met het oog daarop is gekozen om iMaps als applicatie geschikt te maken voor zowel web als tablet. De keuze voor tablet omdat deze de directe toeganke lijkheid vergroot, op elke plaats, op elk tijdstip. Daarnaast geeft de interface met touchscreen de mogelijkheid tot verhoogde interactie, bijvoorbeeld met de'swipe'-functie snel door kaarten te bladeren. In de interface van iMaps neemt het kaart beeld de voornaamste positie in (figuur 2). tit.m 1 hm «oio» -.Warton lIHMIIIIl llllll «MtJU n(t»wtwi hiv.ni 4 Indmtrli landbouw 4 t i j "Si© j M- Ruimtelijke Interventie* Gemaakt voc: IPOOScróut Oeugn G»me. 19 maart Transportnetwerken - Nieuwe vaarroute midden taandeivoutc. ontwilt^ eSarxJen rnxWels mdder/cvte' met e&aar vr*bndt («staarde vaa<v«t>} met een uitbredng Vuoeaoadtr* c< s*jcercctfr©tn Figuur 3a - Het ruimtelijk interventieschema. Figuur3b - Detailweergave van een ruimtelijke interventiekaart.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2013 | | pagina 12