Boek
Jan Werner - De Atlas der Neederlanden. Kaarten van de Republiek en het
prille Koninkrijk met'Belgiën'en'Coloniën'. Formaat 34x25cm, 6o9pp met
verkleinde afbeeldingen van alle 618 kaartbladen uit de oorspronkelijke
atlas, in kleur. Uitgegeven door Bijzondere Collecties van de Universiteit
van Amsterdam en Atlas Maior. ISBN 978-90-819264-4-7. Prijs245
2014-1 I Geo-Info
25
Deze studie van Jan Werner vormt de toe
lichting op de facsimile-uitgave door Uitgeverij
Asia Maiorvan deAtlasderNeederlanden. Het is
een rond 1815 samengestelde facsimile-atlas in
negen grote folio-banden van het toenmalige
Nederland en Belgiëinclusiefde Nederlandse
koloniën (maarzonderdeGoudkust). Deze
toelichting bestaat uit een verhandeling over
kaarten maken in de I5e-i8e eeuw (zpp), over
zichten van de kartering der Nederlanden (8pp),
over de tot stand koming van deze atlas factice
(i2pp) en over het project AtlasderNeederlanden
(5pp). Hierbij behoort naast de catalogisering,
restauratie, facsimilering, digitalisering ookde
openlegging middels een website waar oud en
nieuw kaartmateriaal kan worden vergeleken
(http://mapserver.sara.nl/atlasderneederlanden/
atlas/). Dan volgt de catalogus (534 pp), met
afbeeldingen, standaardbeschrijvingen en
toelichtend essays, noten (7pp), een literatuurop
gave (6pp), registervan persoonsnamen (6pp),
register van kaarttitels (spp) en twee appendices
met korte toelichtingen op de belangrijkste
uitgevers van kaarten en atlassen (waarvan
materiaal in de Atlas der Neederlanden terecht
gekomen is) en een begrippenlijst.
De inhoud van de atlas bestaat voornamelijk uit
grootschalig kaartmateriaal van Nederlandse
provincies, waterschappen, droogmakerijen,
rivieren en zeegaten, voor het grootste deel uit
de achttiende eeuw. Dat materiaal is enigszins
systematisch, regionaal geordend en wel als volgt:
deel 1 kaarten van de provincies Utrecht, Gelder
land en Overijssel;
deel2-4:Zuid-Holland;
deel 5 Noord-Holland;
deel 6 Zeeland,
deel 7 Friesland, Groningen en Drenthe,
deel 8 België en
deel 9 Algemene kaarten van de Nederlanden en
koloniën.
Die algemene kaarten zitten overigens in veel
meer delen, met uitzondering van de eerste twee.
Voor elke provincie is de ordening globaal als
volgt: eerst zeekaarten en dan landkaarten, van
kleinschalig naargrootschalig.
De facsimile-uitgave (9 delen plus de hier bespro
ken toelichting) zelf is verkrijgbaar bij Uitgeverij
Asia Maior a e 6995 per set en is, afgaande op
het eerste deel, geweldig goed uitgevoerd.
Maar aan de hand van deze toelichting van Jan
Werner en de website hoeft u geen fortuin uit
te geven om toch met dit kostelijke materiaal
te kunnen werken. In de essays wordt naast
de karteringsgeschiedenis van elke provincie
toegelicht wat er aan elke kaart belangrijk is, wat
de historisch-kartografische achtergronden zijn
en wat er elders (tot 2013) over geschreven is. De
website met zijn zoom-faciliteiten en de moge
lijkheden om de kaarten over moderne kaarten
heen te leggen (TMK, kadasterkaart,Topio,
luchtfoto of Bonneblaadjes) biedt ongedachte
mogelijkheden voor vergelijking en evaluatie
van het i8e-eeuwse materiaal. Er is de laatste 30
jaar geweldig veel gepresteerd op het gebied
van historisch-kartografjsch onderzoek naar oud
Nederlands kaartmateriaal en dat wordt hier door
Werner geoogst en op een bijzonder leesbare,
haast speelse maniergepresenteerd.Terwijl toch
alle relevante documentatie-gegevens steeds
aanwezig zijn krijg je bij het lezen vanal die
toelichtingen niet het idee dat ze in het keurslijf
van een vast stramien vastzitten. Ookalle nu
ongebruikelijkgeworden termen uit dat oude
kaartmateriaal worden en passant verklaard, zoals
vrijheid of klokslag (gebied waarover een stad
jurisdictie had), slaperdijken bandijk, stel, schot
(jaarlijkse grondbelasting voor waterschap), hoef
slag (dijkdeel dat de eigenaar van een perceel
moet onderhouden), wiel, en de begrippen dijk
en waalplichtig.
Er wordt - en dat is toch te weinig gedaan door
onze historisch-kartografen die meestal alleen
maar kijken naar wat de kaart van andere onder
scheidt, en wat van wie is overgenomen, ook
goed op de inhoud ingegaan. Bijvoorbeeld op
de buiten de Amsterdamse stadsmuur gelegen
lange rijen met ramen, bedoeld om er de in de
stad vervaardigde wollen stoffen na het verven
op te laten drogen. Slechts hoogst zelden (zoals
de tijd van het hoog water op Cruguius'kaarten
van de Merwede, de getallen langs de wegen
op de postkaart uit, 1818 of het duiden van de
vlaggen die de verschillende loges in Bengalen
aangeven) mist de inhoud van een kaart met een
noodzakelijke verklaring.
Waarom is deze toelichting nog meer belang
rijk? Het is een geweldig overzicht van de
i8e-eeuwse Nederlandse kartografie. De selectie
van de kaarten voor deze atlas factice wordt
kundig becommentarieerdinclusiefeen goede
analyse van wat er ontbreekt zoals stadskaarten,
rivierkaarten en de Carte de Marchande van
Ferraris. Mogelijke alternatieven voor de hier
gekozen kaarten worden besproken. Alleen voor
het koloniale materiaal geldt dat niet, maar dat
betreft ook maar een fractie van de totale atlas.
Het is eigenlijkeen beetjezotdatvoorde kaarten
van onze koloniën in de Atlas vooral voor Frans
kaartmateriaal is gekozen, waarbij de Nederlandse
ofPortugese namen somsdoorde Franse auteur
begrepen zijn en vertaald (Baye de Bonne Arrivée
(Welkomstbaai),Iledu Milieu (DwarsindeWeg),
IleTrompeuse (Engano), soms niet, zoals bij Pointe
de Vineron (voor de naarVOC-opperkoopman
Wijnkoops genoemde baai), lie Clappus (Clappers
Eiland), Rivière Onbeguam, lie Gelijkboomig,
Honkerken (Koukerkenbaai, genoemd naar het
betreffende schip), etc.
Een puntvan kritiek is dat met het huidige
register van kaarttitels de atlas en de website
nu niet goed worden opengelegd, want het
is alfabetisch geordend op het eerste woord
van elke kaarttitel. Dat zou beter op het eerste
geografische trefwoord in de titels hebben
gekund ofgewoon met een lijst van moderne en
oude geografische trefwoorden. Wanneer men
een kaart van bijvoorbeeld de Heerhugowaard
in dit register wil vinden moet men weten dat
men moet kijken bij Dykgraafen heemraatschap
van den heer Huygenwaart; voor een kaart van
Mechelen bij Marchionatussacriimperiietdominii
MecheHni tabula. Maar met het uitgebreide regis
ter van persoonsnamen komt men een heel eind.
Naast de beoogde toelichting op de facsimile-
uitgave is heteen uniekboekgeworden overde
18-eeuwse Nederlandse kartografie, op een bij
zonder leesbare wijze over het voetlicht gebracht
en samen met de website waar alle kaarten tot in
het kleinste detail te zien zijn biedt het praktisch
alles wat men zich kan wensen.
Ferjan Ormeling