7
2014-1 I Geo-Info
beheerder van de tool enzo kent Jan van Arkel,
Jan Klein Kranenburg.
Jan Klein Kranenburg is projectadviseur bij
Rijkswaterstaat, directie Leefomgeving. Hij houdt
zich daar bezig met bodeminformatiebeheer
binnen het programma Bodem+. In de missie
een duurzaam gebruikvan het bodem-en
grondwatersysteem te realiseren, vormt Bodem+
een schakel tussen beleidsvorming door ministe
ries en de uitvoeringspraktijk van provincies,
gemeenten en waterschappen.
WKO Tool gebruikt provinciale datasets
De beide Jannen zijn betrokken geraakt bij het
PGR vanwege die WKO-Tool. Kansen voor WKO
worden niet alleen bepaald doorde kenmerken
van de ondergrond, maar ookdoor beleidsma
tige beperkingen die er gelden. Voor de toepas
sing van WKO zijn boringen in de ondergrond
nodig om het grondwaterte kunnen gebruiken.
In sommige gebieden mag dat niet, zoals water
wingebieden, ofgelden er restricties, zoals in de
EHS, ofzijn er risico's, zoals bodemverontreiniging.
Die beperkingen komen deels van de provincies.
In plaats van steeds bij afzonderlijke provincies de
actuele gegevens op te moeten halen, is de WKO
Tool enorm geholpen met één centrale locatie
die altijd de actuele gegevens van de provincies
levert, gegevens die als dataservice rechtstreeks
op de tooi kunnen worden aangesloten. Vandaar
dat zij in gesprekgingen met het PGR.
Jan van Arkel ziet dat de afgelopen jaren
informatie steeds meer eenduidig ontsloten
wordt."Dat is fijn. Datasets kunnen daardoor
geharvestworden door het NGRen dan hebje
zo maar, in plaats van een provinciale dataset,
een landelijke dataset. Ditvoorkomt heel wat
bewerkingen en maakt landelijke studies een
stuk makkelijker. Een mooi voorbeeld is dat we
voorde WKO Tool Nederland informatie uit het
NGR(EHS, Naturazooo, AMKen aardkundige
monumenten) hebben kunnen gebruiken. Dat is
alleen mogelijkdankzijhet PGR."
Ideaal is de relatie WKO-tool - PGR nog niet,
merktJan Klein Kranenburg op. Zo vindt hij het
jammer dat in de zomer van 2012 het streven
naar harmonisatie is losgelaten. Immers, de
WKO Tool heeft behoefte aan geharmoniseerde
landsdekkende datasets. Daar staat watJan
betreft een uitstekend werkende Gebruikersraad
tegenover, waarin de provincies goed luisteren
naar de vragen van de gebruikers.
Provincies zijn spin in het web
Aanbevelingen hebben ze ook nog wel aan
het adres van het PGR."Provincies zitten als
een spin in hetweb,"zegtJan Klein Kranen
burg," Ze zouden een rol moeten spelen in
de landelijke vraagarticulatie, het verduide
lijken van de behoefte aan geo-informatie,
die vragen te stroomlijnen en bijelkaarte
brengen.'Aan'de Laan van de Leefomge
ving (een denkmodel om te komen tot een
samenhangend aanbod van informatie over
de fysieke leefomgeving in het kader van
de Omgevingswet) komen de zogenaamde
huizen te staan. Dit zijn perfecte plaatsen
om de landelijke vraagarticulatie voor de
domeinen waarde provincies over gaan te
organiseren. Een kans om de dienstverlening
te verbeteren." En natuurlijk Jans oude wens:
"Meer harmonisatie van gegevens. Met name
voor de landelijke afnemers is dit vereist."
Ook technisch gezien valt er nog wat te wen
sen over, vindt Jan van Arkel. Zo zouden de
zoekresultaten wat Jan betreft wat specifieker
mogen zijn. Nu krijg je (te)veel resultaten,
waarvan niet altijd duidelijk is of, en zoja hoe,
ze deze met elkaar samenhangen."Het PGR
nog toegankelijker maken en meeropties
bieden om de aangeboden map services te
gebruiken (WFS, styling (SLD), enz.). Dan gaat
de gebruiksfunctionaliteit verder omhoog en
gaatvanzelfiedereen het PGRgebruiken."
Geven en nemen en weer teruggeven
Veel open data in Nederland is geo-informatie.
Provincies dragen daar hun steentje aan bij met
het PGR. Maar hetals open data aanbieden
alleen is niet voldoende. De uitdrukking 'aanbod
schept vraag'gaat zeker op. Verwachtingen
over actualiteit van gegevens, versiebeheer en
communicatie daarover, betrouwbaarheid van
de dienstverlening, volledigheid; het zijn realis
tische vragen die gebruikers stellen. De open
datadiscussie gaat nietalleen meer over de
omvang van hetaanbod, maargaat meerover
de wijze waarop gebruikers dit aanbod inzetten.
Inzicht in die processen gaat helpen de infra
structuur zo in te richten, dat het vertrouwen
wordt vergroot en gebruikers de infrastructuur
gaan gebruiken zoals die is bedoeld: eenmalig
aanbod, meervoudig gebruik.
Provincies gaan in gesprek met gebruikers
om dit gebruik te kennen en om feedback
te krijgen en te benutten. Het is geven, nemen
en weer teruggeven. Dit samenspel tussen
aanbieder en gebruiker is een hoopvolle
ontwikkeling die zal helpen het hergebruik van
open data tot bloei te laten komen.
Sytske Postma - zelfstandig adviseur Nieuwden-
kers BV, s.postma@nieuwdenkers.nl;
Johan van Arragon - teamleidergeo-informatie
ProvincieZuid-Holland,jf.van.arragon@pzh.nl
RljkWatCTttHT
Minrjirrif v«n rofrownirt
Doe een quickujin Stop r nv:::erS
SMp t: F ik op :ie kgurt Stdp 2
Cnt Stap
guickscan bodemenergie
Projectinformatie:
Help Sluiten
Aantal
Aantal appartementen;
Aantal rit2 lilifalvlt
Kan bet
a Mag hef -
verbodsgebieden?
(3
specifiek provinciaal beleid
0
bescherming voor dnnkwater
a Mag het'
aandachtsgebieden?
|VI
open systemen
U
gesloten systemen
u
grondwateronttrekkingen
u
verontreinigingen (puntJocabe)
0
verontreinigingen (contour)
ia
archeologie
u 0
natuur
u
bodemenergreplannefl
u
overige aandachtsgebieden
ia 0
aardkundige waarden
Locatie zoeken
WKO Tool Nederland
Voordeligste variant:
Bod emgeschi kthe d
Grondvraterkwalitert
open systeem
zeer geschikt
redox
Mag het 1 ja, me
aa ndachtspunt(en)
Financieel - wat levert het op?
Meerkosten investering
E*ptoitatievoordeel [C/jaar]:
Terug verdienbid [jaar]:
1,157.000
159,000
5 - 9
Milieuvoordeel - wat levert het op?
Energiebesparing [ti]:
C02-emissiereductie
57
52
Vergelijk bier alle bodemenergie varianten
Ga naar stap 3: financieel overzicht
Figuur4 WKO Tool Nederiand:guick-scan kansen voor warmte-koudeopslag