Sneeuwwitje en de zeven dwergen Column Geo-Info I 2014-3 Er komt eenseen BGT. Maar is de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT) wel te vergelijken met een sprookje? Zeven dwergen, zeven bronhouders. En het samen werkingsverband BGT (SVB-BGT) is Sneeuwwitje. De dwergen hebben allemaal hun eigen taak, die ze goed uitvoeren wat tot een mooi geheel leidt. Daarbij worden ze gefaciliteerd door Sneeuwwitje. Maar sprookjes zijn niet echt. Wordt de BGT wel echt? Vast wel. Op 1 oktober 2015 moeten alle bronhouders hun bestand voor de BGT hebben aangeleverd bij het SVB. Er zijn drie maanden nodig voor de assemblage, zodat er op 1 januari 2016 een landsdekkende BGT is. Gaan we dat halen? Ik denk het niet. Er wordt nogal wat geklaagd over wat er mis gaat. Terecht? Soms wel, soms niet. Ik zal me niet wagen aan de uitspraak wie de boze stiefmoeder speelt, maar ik pak wel een paar pijnpun ten eruit. Zeven bronhouders Dankzij het Nederlandse poldermodel zitten we met zeven bronhouders. Ernst Koperdraat zei daarover: "Als de BGT in Rus land zou worden gemaakt, waren er nooit zeven bronhouders geweest". Er zijn best redenen waarom je voor zeven bronhou ders kunt kiezen, maar het zorgt ook voor extra werk. Wil je de BGT zo efficiënt mogelijk produceren, dan moet je voor één bronhouder kiezen. De BGT is ook de eerste basisregistratie waarbij voor meerdere bronhouders gekozen is. Veel discussies gaan nu over het afstemmen van bronhoudergrenzen. Met name gemeenten hebben het gevoel dat ze zich moeten schik ken naar de grenzen van de landelijke bronhouders. Terwijl zij al jaren de GBKN bijhouden. Naar hun mening het beste grootschalige bestand. Vaak zullen ze daar gelijk in hebben. Het feit dat we met zeven bronhouders te maken hebben, zal echter niet meer veranderen. Stop dus met zeuren daarover. Het is nu eenmaal zo. Stop ook met het beschermen van je eigen toko en stop met het krampachtig vasthouden aan theoretische regeltjes. Zoek samen binnen die regels de ruimte op om het praktisch te regelen. En vertrouw elkaar. Economische Zaken Niet zomaar een bronhouder. Van alle bronhouderbestanden levert het bestand Agrarisch Areaal Nederland (AAN) nog wel de meeste discussie op. Want niet actueel, niet nauwkeurig en ga zo maar door. Als je het bestand aan de BGT-eisen zou toetsen, zou het zomaar afgekeurd kunnen worden. Maar ook dit is geen reële discussie. EZ is nu eenmaal bronhouder en ze brengen het AAN-bestand in. En ja, daar hebben we last van. De assemblage gaat gewoon meer werk kosten. Menigeen die ik nu hoor klagen gaat echter zelf de assemblage niet uitvoeren. Maak je dan niet druk en laat het SVB haar rol pakken. Moge lijk gaat de assemblage dan meer kosten dan begroot. Ik ben benieuwd hoe dat dan geregeld wordt. Gemeenten Zoals al gezegd vinden de meeste gemeenten dat ze met de GBKN het beste bestand in handen hebben. Veel GBKN- beheerders zijn trots op hun actuele, complete kaart. Met de komst van de BGT is echter een zakelijkere benadering nodig. De Maatschappelijke Kosten- en Batenanalyse heeft aangetoond dat je als gemeente alleen voordeel behaalt als je kiest voor het aanvullende IMGeo-deel en dit integreert in de eigen organisatie. Je moet dus niet meer met een setje regels een zo mooi moge lijke kaart maken. Nee, je moet nu een bestand maken waarmee de klanten hun werk kunnen doen. Je bepaalt grotendeels niet meer wat er op de kaart staat. De interne klanten bepalen (en betalen) en jij maakt het. Tijdens de opbouw van de BGT zul je bij vraagpunten altijd terug moeten naar de klant. En als je als BGT- beheerder echt durft, dan ga je ook zaken uit de GBKN weglaten die voor de BGT niet verplicht zijn en waarvoor bij de interne klanten geen behoefte is. Dat betekent dus dat je vooraf goed moet overleggen wat je gebruikt uit het IMGeo-deel. Nu hoor ik nog veel gemeenten zeg gen dat ze voor IMGeo gaan. Zodra doorgevraagd wordt welke objecten ze daarvan opnemen, wordt het stil. Hoe kun je zelf een bestand maken als je niet weet wat het moet worden? Nog erger, hoe kun je als gemeente je laten ontzorgen als je niet weet wat je moet vragen? Dan kun je wel klagen dat het SVB te passief is en niet genoeg informatie geeft. Maar misschien ligt het niet aan hun antwoord maar aan de vraag die gesteld wordt. Het gevaar wat daar achter ligt, is dat als het bestand klaar is het niet voldoet voor de gebruikers. Dan zijn de kosten wel gemaakt, maar blijven de baten alsnog uit. Ga dus aan tafel met de interne klanten en zorg dat je duide lijk hebt welk bestand ze nodig hebben. En vind je dat het SVB ligt te slapen, ben dan de prins die haar wakker kust. Kust, niet schudt. Eind goed, al goed? Is er met al die problemen wel een BGT op 1 januari 2016? Het wordt moeilijk. Bedenk maar eens hoe lang de koplopers al bezig zijn en dat in maart 2014 pas de eerste gemeente helemaal in de landelijke voorziening kwam. Is het erg als we het niet halen? Ja en nee. Ja, want daarmee wordt het gebruik van de BGT belemmerd. Nee, want je kunt het beter goed doen dan snel afraffelen. Krijg je dan problemen met het ministerie over taakverwaarlozing? In theorie zou dat kunnen, maar bij de BAG hebben ze daar ook mee gedreigd en niet toegepast. Uiteindelijk doe je jezelf en de rest een groot plezier als je niet meer afwacht en naar anderen wijst, maar bepaalt wat jij als bronhouder gaat maken en daarmee start. Wie weet lukt het toch om op 1 oktober 2015 alles bij het SVB aan te leveren. Blijft het een sprookje of wordt het werkelijkheid? Maarten Smits Adviseur geo-informatie Gemeente Sittard-Geleen maarten.smits@sittard-geleen.nl Twitter: @Geomaarten

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2014 | | pagina 18