NCG op GeoBuzz: Baardalezing en Tienstraprijs Verslag Baarda was buurman van Hanssen Op uitnodiging van het Nederlands Centrum voor Geodesie en Geo-informatica (NCG) hield prof.dr.ir. Ramon Hanssen op 26 november op GeoBuzz de Baardalezing 2014. Aansluitend werd de Tienstra Onderzoeksprijs 2014 door het NCG uitgereikt aan dr.ir. Roel Nicolai. Hanssen is Antoni van Leeuwenhoek-professor in Geodesy and Satellite Earth Observation aan deTU Delft, ook Baarda en Tienstra waren Delftse hoogleraren. 24 Geo-Info I 2015-1 Dagvoorzitter prof.dr.ir. Arnold Bregt (Wage- ningen UR) startte met felicitaties aan GIN voor het nieuwe evenement GeoBuzz. Verder memoreerde Bregt het tienjarig bestaan van de tweejaarlijkse Baardalezing, en een check middels handopsteken van de bekendheid met wijlen prof. Baarda viel niet tegen. Baardalezing Ramon Hanssen bekende dat prof. Baarda als sectiehoofd niet alleen zijn voorganger was, maarookzijn achterbuurman! Hij startte inhoudelijk met de presentatie van een document over bodemdaling uit 1916. De pro- blematiekvan zeespiegelrijzing en nodige dijk verhogingen was 'in een eeuw echt helemaal nietgewijzigd'. Hanssen voerdeeen pleidooi vooreen dynamisch DEM (3D Digital Elevation Model). Dat nieuwe product, een DDEM dus, moet hoogte per locatie en snelheid van verandering bevatten. Deverwachtezeespiegelrijzing is tot 2100 65-130 cm en tot 2200 200-400 cm, dus leek het Hanssen ookwel 'een financieel issue'. Hij had AHNi en AHN2 naast elkaargelegd en tempoverschillen in decimeters hadden bijvoorbeeld bijde Afsluitdijk te maken met de vliegrichting bijdelaseraltimetrie; men moet dus meerdoen dan getallen aftrekken. Verder is hetafhankelijkvan hetdoel ofmen wil weten wat het maaiveld-pleistoceen doet ofwat gefundeerde huizen en kunstwerken doen. Men gaat steeds meer'van gekleurde punten naar vraaggerichte toepassingen'. D Arnold Bregt feliciteert GIN met GeoBuzz. Gebruikvan alle beschikbare data is nodig en er zijn veel bronnen: (vijf) stations voor absolute gravimetrie en NAP-peilmerken tot satellietdata en GPS-stations. Interferometric Synthetic Aperture Radar (InSAR), even relatief als waterpassingen, werd dankzijtranspon- ders absoluut gemaakt via correctie van de satellietsignalen. Daarmee was een bodem- bewegingskaart DDEM 1.0 gemaakt, waarop Hanssen een 'netjes zakken'in Groningen constateerdeen een bekende stijging in Limburg dankzijmijnwater. Bij bodemdaling in veenweide worden kreekruggen van weleer steeds beter zichtbaar in het landschap, zo liet Hanssen ook zien. Hetzelfde gold voor straatbeweging in combinatie met riolerings- en gasnetwerken om te verwachten schade aan te tonen. De royaal aanwezige punten- wolken van de gratis wekelijkse satellieten zijn overigens nog niet vergelijkbaar met dure laseraltimetriemetingen vanuit vliegtuigen. De slotconclusies waren naast een DDEM- verlangen dat er een unieke uitdaging ligt voor de geodesie en de geofysica en voor samenwerking in degouden driehoek van overheid-wetenschap-bedrijfsleven. De laatste zou volgens een vragensteller in China van stukken fijner goud zijn, wat Hanssen, als daar ook hoogleraar zijnde, ontkende. Een terechte vraag van Leen Murre was over het voor DDEM 1.0 negeren van de bekende bodembeweging van de NAP-peilmerken uitwaterpassingen overveel meerjaren terug in de tijd. Hetant- woord van Hanssen was dat voor 1.0 alle soorten data moesten worden samengevat en dat dat voor satellietdata niet verder terug kon dan tot 1992. In een later product worden diewaterpasresultaten wel meegenomen, net zoals beschikbare oude getijdereeksen over veel langere perioden.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2015 | | pagina 26