Terugdringen armoede een van de belangrijkse doelstellingen formali sering grondbezit 2015-3 I Geo-Info systeem er niet in slaagt voldoende land ter beschikking te stellen, worden alternatieve trajecten gevonden, die leiden tot informeel landbezit. Traditionele en informele systemen zijn overheersend in peri-urbaan Afrika. Een mooi voorbeeld is de topografische kaart van Oshakati (een casestudiegebied, zie figuur 1), die al impliciet verwijst naar de diverse landrechtsystemen: formeel landbezit in het centrum, informeel landbezit in het peri- urbane gebied en traditionele boeren in het landelijk gebied. De algemene opinie is dat de informele systemen onvoldoende zekerheid beiden aan de grondbezit, zij riskeren uitzet ting uit hun huis en het verlies van hun grond. Innovatieve landregistratie-instrumenten Aan het einde van de vorige eeuw zijn op wes terse basis geschoeide landregistratiesystemen geïmplementeerd als nieuwe overheidssyste men als antwoord op het groeiende informele grondbezit. Deze droegen echter niet bij aan armoedebestrijding, omdat de welgestelden meer profiteerden van deze interventies. Daarom zijn momenteel innovatieve landregis tratie-instrumenten die bijdragen aan armoe debestrijding populair, in de Engelstalige lite ratuur aangeduid als 'pro-poor land tools! Het Global Land Tool Network (GLTN) is een van de belangrijkste voorstanders van dergelijke instrumenten en heeft deze gedefinieerd als praktische manieren om problemen met land- registratie en management op te lossen door het toepassen van principes en het uitvoeren van beleid en wetgeving. Het is duidelijk dit instrumentarium een brede reikwijdte heeft, zoals de modelontwikkeling van het Social Tenure Domain Model (STDM; Oosterom et. al., 2010) of het gezamenlijk beheer van een gebied door diverse partijen zoals de overheid, de lokale gemeenschap, ondersteund door NGOs (Zevenbergen et. al., 2013). Het kernprobleem in peri-urbane gebieden is de onzekerheid over het grondbezit. Dit artikel onderscheidt conventionele instrumenten en innovatieve instrumenten; de eerste categorie verwijst naar de overheidssystemen van westerse origine, de tweede naar systemen die gunstiger zijn voor de armen. Het is momenteel nog nauwelijks onderzocht of die innovatieve instrumenten daadwerkelijk de beoogde bescherming voor de armen gaan leveren. Wanneer de innovatieve instru menten er niet in slagen voldoende zekerheid en bescherming te bieden, zullen de armen worden gemarginaliseerd met het risico dat ze in de armoede gevangen blijven. De centrale, allesomvattende vraag van dit artikel is als volgt: Bieden innovatieve landregistratie- instrumenten de gewenste zekerheid en bescherming aan de armen in peri-urbane gebieden in sub-Sahara Afrika? Deze vraag wordt beantwoord door het ontwerpen van een toetsingskader en de evaluatie uit te voeren in drie case studies. Toetsingskader Rechtszekerheid en rechtsbescherming (in de Engelse literatuur aangeduid als 'tenure security') hebben een juridische (de jure) en een door het individu werkelijk ervaren (de facto) component (UN HABITAT en GLTN, 2011). De armen zijn juridisch beschermd wanneer ze niet van het land kunnen worden verwij derd en hun huizen afgebroken, zonder dat daar compensatie tegenover staat. De indi catoren voor de juridische bescherming zijn het soort landrecht, de overdraagbaarheid, de overerfbaarheid en de periode van geldigheid. De belangrijkste indicator voor de werkelijk ervaren bescherming is de angst onder de grondbezitters voor huisuitzetting. Overige indicatoren zijn de aan het grondbezit gere lateerde documenten en de veronderstelde mogelijkheden van overdraagbaarheid en overerving. Daarnaast is ook gekeken naar de aan de grondbezitter opgelegde kosten voor het toepassen van de instrumenten. Deze wor den voornamelijk bepaald door de eenmalige investering en de periodieke kosten benodigd voor landregistratie, zoals de kosten van eerste inschrijving of overdracht en de kosten voor het in bezit houden, zoals pachtgelden. De hoge kosten van de conventionele instru menten vormden vaak het struikelblok voor de armen, zodat zij niet konden deelnemen aan het formalisatie-proces. Case studies De studiegebieden zijn geselecteerd op basis van de mate van verstedelijking en de aanwezigheid van meervoudige landrecht systemen, wat betekent dat invloeden van het traditionele recht en informele systemen moeten bestaan. De volgende gebieden werden gekozen: Oshakati, een kleine stad in het noorden van Namibië; Chazanga, een peri-urbane wijk in Lusaka, de hoofdstad van Zambia en twee peri-urbane dorpen, Tlokweng en Mogoditshane, rond Gaborone, de hoofdstad van Botswana (zie figuur 2). ,u*al Figuur 2 - Locatie casestudiegebieden. De gevolgde aanpak voor elk gebied had steeds twee parallelle sporen, een studie van de juridische stelsels en de daaraan gerelateerde instanties (grotendeels bepalend voor de juridische rechtszekerheid) en diepte-interviews met inwoners van die gebieden (grotendeels bepalend voor de ervaren rechtszekerheid). Bij de analyse is ook gebruik gemaakt van het zogenaamde continuüm van landrechten, een analytisch instrument wat ook als innovatief instrument kan worden aangemerkt (UN Habi tat, 2008). Dit instrument beoogt alle informele en formele landrechten in een gebied in kaart te brengen en te ordenen op volgorde van rechtszekerheid (zie figuur 3). F?i«r.«ii?nurt Advïiw üpprosdiei Ottupdncy pounslon Leases infarTniI land rights formal land rights Cuilonuiy Anti evbqlKnt Giaip Iihuk fi*gltttr«l fiMtwirf Figuur3 - Continuüm van landrechten (bron: UN-HABITAT, 2008)

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2015 | | pagina 7