THEMA
Door modulaire aanpak
kunnen parameters
worden aangepast
2015-5 I Geo-Info 37
een significante kostenbesparing: de nieuwe
procedure stelde het Kadaster in staat om de
volledige kaartserie te produceren tegen een
kwart van het originele budget.
De productietijd is drastisch verminderd en
het gevolg daarvan is dat de updatefrequentie
van de afgeleide kaartseries teruggebracht kon
worden van een zes- naar een tweejarige cyclus
die volledig in de pas loopt met de actualiteit van
de brondata. Tegenwoordig worden de brondata
en de afgeleide kaartseries vijf keer per jaar gelijk
tijdig en met dezelfde actualiteit opgeleverd.
Daarnaast is de kaartinhoud geoptimaliseerd
door een consistente en uniforme toepassing
van generalisatiealgoritmes. Ook is de brondata
substantieel verbeterd en werden de algoritmen
naar iedere ontwikkelfase verbeterd. Uiteindelijk
profiteren de gebruikers het meeste van deze
innovatie: ze krijgen met hogere frequentie
actuelere kaarten en tegen lagere kosten.
Afgeleide producten
In voorgaande alinea's noemden we al
enkele voordelen van de modulaire aan
pak. Deze aanpak is erg flexibel en biedt
als bijvangst mogelijkheden voor andere
interessante oplossingen en toepassingen.
Zo is de productie van de data voor de PDOK-
webservice BRT Achtergrondkaart ingebed
in de productielijn van de BRT-producten en
zijn ook 3D Kaart NL en 3D Gebouwhoogte
aangesloten op de productie van de BRT.
Webservices
De data die voor het automatisch generalisa
tieproces is voorbereid, wordt ook gebruikt
als input voor de BRT-achtergrondkaart, een
automatisch afgeleide en gegeneraliseerde
basemap. Deze multi-scale webservice is
ontworpen met behulp van de ScaleMaster
methodiek en voor de technische implemen
tatie is gebruik gemaakt van ArcGIS-software.
In de ScaleMaster-methodiek (Brewer et al.
2007) wordt gebruik gemaakt van een spread
sheet om het gedrag en de weergave van een
basemap te ontwerpen (zie figuur 3). Op het
eerste tabblad wordt globaal aangegeven
hoe een thema zichtbaar is. Op het tweede
tabblad wordt tot in detail gespecificeerd wat
er voor elk thema op een schaalniveaus moet
gebeuren om de gewenste weergave te halen.
Moeten bepaalde gegevens weggelaten of
vereenvoudigd worden om de gewenste
weergave te bereiken of moet er een ander
symbool gebruikt worden dat voor de minder
gedetailleerde schaal beter voldoet?
Anders dan bij de automatische generalisatie
van de 50.000-kaart, is het proces bij de
Achtergrond er uitsluitend op gericht om tot
een acceptabele weergave van de topografie
op 15 schaalniveaus te komen. Alleen data
die weergegeven zal worden op een schaal
niveau wordt gebruikt. Waar mogelijk werden
kartografische problemen door middel van
visualisatietechnieken opgelost en blijft de
generalisatie beperkt tot het samenvoegen of
het verwijderen van vlakken.
Het resultaat, een basemap bestaande uit
15 lagen, wordt geserveerd via PDOK en kan
vrijelijk gebruikt worden binnen tal van (over-
heids-)toepassingen. De basemap kan in drie
varianten bekeken worden in de PDOK-viewer:
pdokviewer.pdok.nl/
3Ü-topografie
In de tweede helft van 2014 introduceerde het
Kadaster een nieuw topografische product: 3D
Kaart NL, gevolgd door de lancering van 3D
Gebouwhoogte NL in april 2015. Deze pro
ducten zijn voor heel Nederland beschikbaar
in de schaal 1:10.000 en zijn gebaseerd op de
topografie van TOP10NL en de hoogtes van
AHN2. Door samenwerking tussen het Kadaster,
universiteiten en het bedrijfsleven is het gelukt
deze unieke klus te klaren.
Bij de combinatie van 2D-topografie met
3D-puntenwolken is de onnauwkeurige
matching van vlakken een veel voorkomende
verschijnsel: de producten passen niet op elkaar
en daardoor gaan bijvoorbeeld de randen van
watervlakken 'omhoog krullen' of ontstaan
verticale aansluitproblemen (zie figuur 4) tussen
oevers en watervlakken. Om dit te voorko
men gold als uitgangspunt dat het nieuwe
driedimensionale product topologisch valide
en geometrisch consistent met de brondata
moest zijn. Ook werden vooraf kenmerken voor
bepaalde type objecten gedefinieerd. Water
moet bijvoorbeeld altijd vlak (waterpas) zijn.
Om dit te kunnen realiseren is een methode
gebruikt die ontwikkeld is aan de Universiteit van
Enschede (Oude Elberink 2010). Dezeaanpak van
3D-topografie is wereldwijk uniek en stelt zeer
hoge eisen. De complexe berekeningen die de
topologie van de 3D-objecten garanderen en
de grote hoeveelheden data resulteren in vele
rekenuren: het proces bestond uit het confron
teren van ongeveer 15 miljoen topografische
vlakken met ruim 600 miljard punten en kostte
rond 75.000 processoruren. Dit proces zou op de
gangbare hardware van het Kadaster meerdere
Figuur 4 - Verticale aansluitproblemen.