2015-5 I Geo-Info
1 63
Figuur 5 - Beeld uit de "cartomentary" van de ETH-Zürich.
Onderwijs
Met in totaal 18 mondelinge en zeven poster
presentaties kwam het kartografisch onderwijs
uitgebreid aan de orde. Behandeld werd het
onderwijs op alle niveaus, van middelbaar
tot universitair. De nadruk lag echter wel op
nieuwe onderwijsmethoden als MOOC's
(Massive Open Online Courses) en e-learning.
Alle ICA-commissies houden tijdens een ICC
ook altijd een vergadering over het onder
zoek- en activiteitenprogramma voor de
komende 4jaar en in dat kader was er ook de
vergadering van de Commission on Education
and Training (CET). Commissievoorzitter
David Fairbairn sprak zijn zorgen uit over het
voortbestaan van de commissie. In tegenstel
ling tot de andere commissies binnen de ICA,
heeft CET geen duidelijk onderzoeksprofiel.
Desondanks werd geconstateerd dat met de
opkomst van e-learning, blended learning en
MOOC's, maar ook de teruglopende interesse
van studenten voor kartografie in een groot
aantal landen (daarom was de presentatie van
Kristien Ooms uit Gent, over haar onderzoek
naar de ervaringen van leerlingen/studenten
met de nieuwe onderwijsmethoden zo
relevant), de uitdagingen voor de commis
sie groot zijn. Concreet is afgesproken dat
er wordt gekeken of een internationale BOK
(Body of Knowledge) haalbaar is en of er een
themanummer over onderwijs kan komen van
het in Rio gelanceerde nieuwe International
Journal of Cartography.
Geodesign
Een betrekkelijk nieuwe ontwerpmethode is
geodesign. Dit is een ontwerpmethode waarbij
diverse disciplines, bijvoorbeeld planologen,
architecten en stedenbouwkundigen geza
menlijk een gebiedsontwerp maken, waarbij
geo-informatie centraal staat. Kern van deze
methode is een gebiedsontwikkelingsscenario
dat in een iteratief proces wordt aangepast.
In ICC-verband is er nog niet eerder aandacht
besteed aan deze methodiek, maar dit jaar
was er een zogenaamde 'special session' over
geodesign. Alle presentatoren in deze sessie
kwamen uit Brazilië, en presenteerde case
studies en best-practices. Eén van de meest
opvallende presentaties ging over Crowd
sourcing for Geodesign, een presentatie waarin
duidelijk werd hoe twee belangrijke trends
(crowd sourcing en gezamenlijk ontwerp)
samenkomen.
Gebruik, gebruikers, bruikbaarheid,
cognitie, geovisualisatie en kaartontwerp
Hoewel er nog steeds veel moet gebeuren
op het gebied van het verbeteren van het
ontwerp van kaarten, was de paper van Ken
Field over experimenten met nieuwe en
aangepaste thematische kaarttypen nog maar
een van de weinige op dit traditionele onder
zoeksgebied. Terugkomend van een achter
stand is de nadruk sinds de eeuwwisseling
steeds meer komen te liggen op onderzoek
naar gebruik, gebruikers en bruikbaarheid en
bijvoorbeeld op de weergave van temporele
ruimtelijke informatie.
Dit bleek onder andere uit de succesvolle en
goed bezochte workshop met de titel Envi
sioning the future of cartographic research die
voorafgaande aan de grote conferentie werd
gehouden bij de Federale Universiteit van
Parana in Curitiba, anderhalf uur vliegen ten
zuiden van Rio de Janeiro. Aan de workshop
werden bijdragen geleverd door leden van de
ICA commissies Use and User Issues, Cognitive
Visualization, Geovisualization en Map Design.
Ook tijdens de conferentie in Rio zelf kwamen
de gewijzigde verhoudingen tot uiting in het
aantal sessies over de door deze commissies
bestreken thema's. Op bijna elke dag waren
er wel aparte sessies (steeds in dezelfde zaal;
een zeer gebruiksvriendelijke oplossing van
de organisatoren, die niet voor niets op de
ledenlijst staan van de gebruikerscommissie)
over cognitie, kaartgebruiken geovisualisatie,
terwijl er maar één sessie was over kaartont
werp en twee over thematische kartografie.
Sommigen vragen zich af waarom er zowel een
ICA-commissie over cognitieve aspecten als een
commissie over gebruiken gebruikers is. Dat is
heel simpel: de laatste commissie richt zich op
de vraag of iets (m.n. een kaart) werkt of niet,
terwijl de eerste commissie wil weten hoe dat
dan werkt, met name in het brein van de (kaart-)
gebruikers. Op beide vlakken is nog heel veel te
doen, maar de beide commissies vinden elkaar
vooral op het gebied van de ontwikkeling van
methoden en technieken van gebruikersonder
zoek. Op de conferentie in Rio lag de nadruk
hierbij al wat minder op oogbewegingssregis-
tratie (een 'hot topic' bij de vorige conferentie
in 2013 in Dresden), maar wat meer op het
gecombineerd inzetten van verschillende
methoden en technieken in een en hetzelfde
gebruikersonderzoek. Verschillende methoden
en technieken leveren namelijk complementaire
inzichten op. Daarbij is bijvoorbeeld ook de
toepassing van een biosensor, een polsband die
de emotionele gevoelens van een testpersoon
kan meten, interessant.
De emoties van gebruikers worden ook steeds
meer gekarteerd, al dan niet door de gebrui
kers zelf in kartografische crowdsourcing
projecten. Denk bijvoorbeeld aan het in kaart
brengen van aanbevelingen in toeristische
applicaties. Dit verschijnsel wordt vaak ook
aangeduid met de term 'emotional mapping'
naast het meer algemene participatory map
ping. Op het gebied van de geovisualisatie
wordt de aandacht nu bijna volledig gericht
op het omgaan met en het visualiseren van
ruimtelijk-temporele informatie.
Het is mooi om te zien dat relatief veel
vrouwen en jongeren geïnteresseerd zijn in al
deze nieuwe zwaartepunten van het karto
grafisch onderzoek. Dit komt ook tot uiting
in de nieuwe samenstelling van de kernen
van de ICA-commissies. Oudere mannen (een
verschijnsel waar ook de ICA nogal aan leed)
hebben plaatsgemaakt voor jongere vrouwen.
Bij de commissies Cognition en User, User and
Usability Issues zijn nu bijvoorbeeld vijf van de
zes voorzitters en vice-voorzitters vrouw. Een
prima ontwikkeling!
Internationale kaartententoonstelling
Een vast onderdeel van de ICC is de kaar
tententoonstelling, waarbij kaarten, atlassen,
onderwijsproducten, globes en digitale pro
ducten en services getoond worden. Ditmaal
met een uitgebreide Nederlandse inzending,
variërend van kaarten met fietsroutes langs de