V
Even voorstellen - Felix van Veldhoven
22
Geo-Info I 2016-1
woonwijken die verder weg liggen. Ook dit
kan de resultaten beïnvloeden.
Met de inwinning van de informatie kan ook
getornd worden. Wij kwamen bijvoorbeeld
groepen op Facebook tegen die burgers
manipuleerden om voor bepaalde antwoor
den te kiezen in de enquêtes. Ook hebben we
ervaren dat managers anderen probeerden
te overtuigen door alleen op de statistieken
te hameren zonder de discussie aan te gaan
en goede argumenten te gebruiken. Op zo'n
manier kan participatie bijvoorbeeld ook
onderdrukt worden.
"Maar," concludeert Timo, "laten we niet
vergeten dat alhoewel er allerlei zaken fout
kunnen gaan, we vooral heel veel positieve
respons van de gebruikers horen. Mensen
voelen zich betrokken door het gebruik van
Participatie GIS, en zijn eerder geneigd samen
met de overheden te werken om de proble
men van de maatschappij op te lossen. En dat
is waarvoor we het uiteindelijk doen."
Ik dank Timo voor het interview, en wens hem
het beste in zijn strijd voor de leefbare stad.
Timo's blogs kunnen gelezen worden op
www.urbanfinland.com
Jochgem Gunneman is
eigenaar van Gunneman GIS
Geomatics en is bereikbaar via
jochgem@gunneman-geo.nl
of via 06 57996425
generaties die de opkomst domineren tegen
over jongere generaties die amper verschijnen.
Door alleen Participatie GIS te gebruiken zou
daarom de beleving van de oudere generatie
minder worden meegenomen. Inspraakavon
den hebben daarbij het tegenovergestelde
effect waarbij jongere generaties onderverte
genwoordigd zullen zijn.
Een ander aspect is dat bewoners vaak goed
geïnformeerd zijn over hun eigen woonwijk,
maar niet altijd goed geïnformeerd zijn over
Inwoners van de Finse plaats Lathi.
maar tegelijkertijd moet er het besef bestaan
dat het nog steeds om een enkele bron van
informatie gaat, waar allicht een verscherpt
beeld kan ontstaan, maar zeker geen volledig
beeld kan geven.
Een voorbeeld. Jongere generaties hebben een
grotere neiging om Participatie GIS te gebrui
ken dan de oude generaties gezien zij zich
eerder comfortabel voelen om nieuwe techno
logie te gebruiken. Inspraakavonden hebben
vaak het tegenovergestelde effect, met oude
Met inqanq van dit eerste
nummer van 2016 versterk
ik de redactie van Geodnfo.
fl. Daarmee volq ik trots collega
en vermaard columnist Bart
Huijbers op, die de afgelopen
W jaren aan dit vakblad heeft
meegeschreven. Tijdens mijn studie ben ik
voortdurend met de Nederlandse ruimte
bezig geweest. Ik raakte gefascineerd door
de invloed van plekken op mensen en volgde
vakken over stedelijke ontwikkeling, ruimtelijke
planning, historisch landschap en ruimtelijk
erfgoed. Als kind al, had ik groot ontzag voor
kaarten. Als ik een boek las waar een kaartje in
stond, van De Hobbit tot De naam van de roos,
kopieerde ik het en hing het in mijn kamer.
De wisselwerking tussen mensen en plekken,
datgene wat kaarten zo mooi representeren,
is denk ik wat me tijdens mijn studie en nu in
mijn werk het meeste boeit.
Sinds 2013 werk ik fulltime voor Geodan, waar
ik als GIS-specialist uiteenlopende klanten
adviseer bij het inrichten, gebruik en beheer
van geo-informatie. Zo hielp ik met het beheer
van areaaldata bij de provincie Noord-Holland
en ondersteunde ik ProRail bij de afhandeling
van incidenten op en rond het spoor. Op dit
moment werk ik als productmanager van een
applicatie voor touchtables die groepspro
cessen voor ruimtelijke vraagstukken versnelt
en verbetert. Het is ontzettend leuk om in
groepsverband met geo-informatie te werken!
Één van de mooiere voorbeelden was de inzet
voor het Bangladesh Delta Plan in Dhaka.
Gedurende een intensieve periode hebben
we de kracht van geo-informatie gebruikt
bij workshops rond klimaatadaptatie. In deze
opdracht kwamen al mijn passies samen:
integraal ruimtelijk onderzoek, internationale
samenwerking, kennisdeling en kaarten.
Als redactielid van Geo-Info hoop ik de snelle
ontwikkelingen in ons vakgebied nauwgezet
te kunnen volgen en hier, voor iedereen die
het lezen wil, verslag van te doen.