Verslag FLAGIS-bijeenkomst 8 december 2015 te Lier (B) Verslag Wat kan de BGT leren van het GRB? Op een prachtige locatie in het mooie Vlaamse plaatsje Lier werd op 8 december 2015 een seminar belegd door onze zuiderburen, verenigd in FLAGIS (zie www.flagis.be). De contacten die we een maand tevoren hadden aangehaald op de GeoBuzz kreeg hiermee een vervolg en zullen nog verder uitgewerkt worden in de komende tijd. Een merkbaar gevolg zal zijn dat we onze Belgische collega's de komende maanden uitvoerig aan het woord laten in de themarubriek: 'Hoe gaat het in Vlaanderen?' De eerste bijdrage staat elders in dit nummer. 34 Geo-Info I 2016-1 De laatste jaren is er in Vlaanderen hard gewerkt om het GRB (Het Grootschalig ReferentieBestand) op te bouwen. De resultaten zijn er dan ook naar. Veel van deze informatie is inmiddels open data en te vinden op www.geopunt.be/kaart. Alweer ruim twee jaar is het resultaat van alle inspanningen beschik baar, want sinds eind 2013 is deze kaart gereed. Deze kunnen als WMS of WMTS en vanaf Q3-2016 als WFS geraadpleegd worden. Er zijn zeker ver wantschappen met 'onze' BGT al zijn de verschillen misschien nog groter. Wij kunnen veel van elkaar leren als het gaat om het beheer en de bijhou ding van de kaartproducten via kruisbestuiving. Dit was een van de thema's van deze studiedag en vormde de aanleiding om al kruisbestuivend onder andere bij monde van Ruud van Rossem, van het Programmabureau BGT van het ministerie van I&M, de Nederlandse situatie rond de BGT toe te lichten. Met nog steeds het vizier op de finish, formeel bepaald op 1 januari 2016. Het plenaire deel van de bijeenkomst werd afgetrapt door mw. Liesbeth de Wolf van het AGIV (agentschap informatie Vlaanderen). Zij gaf in een aantal inspirerende sheets aan wat de huidige stand van zaken is rondom meldingen, bijhouding en de toekomst van het GRB. Ruime aandacht was er voor de mutatie-aspecten van de GRB, waarbij het AGIV met behulp van GRB-bijhoudingsprocessen, de jaarlijkse CADMAP, de detectie vanuit de luchtfoto's en de terreinbe- zoeken AGIV zorgdraagt voor een nauwkeurige, actuele, volledige en juiste kaartinhoud. Ook is het per 1 januari 2016 verplicht om de revisiegegevens van nieuwe situaties ('as-built') conform de GRB- specificaties aan te leveren aan het AGIV. Dat is een grote verandering in denken, maar de eerste resultaten zijn er. Nu de data per 4 december jongstleden open data zijn, is er een ware toe name van het aantal downloads zichtbaar en dat zal nog wel even aanhouden is de verwachting. Van alle markten thuis Het was goed om vast te stellen dat de circa 150 aanwezigen vanuit verschillende achtergron den en bloedgroepen aan dit seminar deelnamen. Dat betekent dat het belang van een dergelijke studiedag in de breedte wordt ervaren; zowel landmeetkundigen als vastgoedontwikkelaars toonden hun belangstelling op deze dag. Best practices werden gedeeld en ontwikkelmoge- lijkheden met elkaar bediscussieerd. Ookdoor- ontwikkeling van de bestaande inhoud naar ontwikkelingen die we in Nederland in de BGT voor ons zien, zoals 3D-gebruik en toepassingen van plantopografie kwamen aan de orde. En nu er een grootschalig product beschikbaar is in Vlaanderen zal er onherroepelijk ook een proces van kaartverbetering van de kadastrale kaart gaan plaatsvinden. De GRB geeft daarvoor alle aanlei ding. Een kwaliteitsimpuls die navolging verdient in eigen land. Het geheim van de BGT: overeenkomsten en verschillen tussen GRB en BGT Vervolgens heeft Ruud van Rossem in het gezamenlijk deel van deze dag verteld hoe de BGT in Nederland is ontstaan. Hij deed dit vanuit de historische motivatie en rechtvaardiging van het project: de te vermijden veelvuldige bijhouding (ontdubbeling), de noodzakelijke geachte uniformi- sering, de helaas ontstane verschillende dialecten en de maatschappelijke rechtvaardiging van een dergelijk project. In een tijdsoverzicht (2008-2015) werden de ontwikkelingen geschetst, waarbij de sturing op het project BGT is vastgelegd in wet- en regelgeving. Opvallend is dat de producten BGT en BRT meer verwantschappen en overeenkomsten dan verschillen hebben. Dat geldt voor een deel ook met betrekking tot de systematiek van bijhou ding en de ideeën die er bestaan over de toekomst van deze producten. Over dat laatste aspect zijn er nog geen harde afspraken gemaakt maar de ambi ties om ook deze twee gegevensbronnen met elkaar te verbinden en te harmoniseren worden steeds explicieter. De topografische weergave van de werkelijkheid stopt nu aan beide zijden van de grens, terwijl er steeds meer grensoverschrijdende samenwerking is. Vervolgens kreeg de dag haar eigen dynamiek: veel toepassingen met de GRB in werkprocessen passeerden de revue. Daaruit bleek overduidelijk dat wanneer je eenmaal zo'n bestand hebt, de toepassing en het gebruik ervan als het ware voor het oprapen ligt. Dat belooft nog wat voor de Nederlandse situatie! We kunnen niet wachten. Uit de diversiteit in presentaties werd duidelijk dat van de GRB gretig gebruik kan worden gemaakt in heel verschillende disciplines. In de workshops kon opgemerkt worden dat er een levendige community is rond dit thema. De kleinschaligheid en overzichtelijkheid van dit type seminardagen werkt aanstekelijk. Een beetje dezelfde dynamiek als bij een regiobijeenkomst van GIN. Dat idee houden we vast. Misschien kunnen er binnenkort geleidelijk ook wat gezamenlijke initiatieven ontstaan. In de volgende artikelenreeks vanuit FLAGIS hopen we nader in te gaan op de overeenkomsten en verschillen en zullen initiatieven voor verdere samenwerking worden verkend en toegelicht. Het is goed wanneer we meer van elkaar te weten komen. Niet alleen over grootschalige topografie hopen we over en weer meer te weten te komen. Wat ons betreft komt het gehele werkveld aan bod. Belangrijke datum om vast te noteren is 3 maart a.s., wanneer FLAGIS een interessante dag organi seert BEGEO in The Egg te Brussel (voor informatie: www.begeo.be). Roelof Keppel

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2016 | | pagina 36