Hoe helpt geo-informatie jullie
bij het maken van plannen?
Column
Geo-Info
In de geo-sector weten we als geen ander data te standaardiseren,
te organiseren en te ontsluiten. Noem het gerust een kernkwaliteit
van de sector. Bij het maken van ruimtelijke plannen, architectonisch,
stedenbouwkundig en planologisch, biedt dit materiaal een bron aan
informatie waarmee plannen van ontwerp tot beleid naar een nieuw
niveau getild kunnen worden. JongGeo vraagt daarom aan Jong BNSP:
Geo-informatie biedt ons nuttige inzichten en hele
gedetailleerde informatie die wij goed kunnen gebruiken in
het planvormingsproces. Ter illustratie: architecten en steden
bouwkundigen kunnen hiermee hun plannen beter inpassen
in een bestaande situatie en 3D-modellen en simulaties veel
nauwkeuriger maken. Voor planologen zit deze waarde meer
in de wijze waarop het beleid gevormd wordt. Zo bieden
GIS-analyses hen inzicht in bestaande knelpunten en kansrijke
locaties op basis waarvan zij vervolgens toekomstscenario's
kunnen schetsen en realistische beleidsopties kunnen
uitwerken voor bijvoorbeeld de Omgevingsvisie. De politiek
bepaalt dan uiteindelijk wel de richting van het beleid en
maakt de beleidskeuzes, maar dankzij alle geodata is de
kwaliteit van de uitgewerkte opties steeds beter.
Je kan dus wel stellen dat met behulp van geo-informatie
beter beleid en betere plannen gemaakt kunnen worden. Dat
is... mits die informatie toegankelijk is natuurlijk! Persoonlijk
heb ik op dit front niet te klagen bij de provincie, aangezien
we veel informatie zelf in huis hebben. Een deel daarvan
beheren we en wanneer dat niet het geval is, maken we
goede afspraken met de bronhouders. Een ware luxe al zeg ik
het zelf, want je weet dat je zo altijd met het best beschikbare
materiaal werkt en wat de kwaliteit daarvan is.
Jammer maar helaas is dit echter niet voor iedereen zo
vanzelfsprekend. Wanneer ik het met andere planologen en
stedenbouwkundigen over heb, hoor ik ook andere geluiden.
Ze zien stuk voor stuk de meerwaarde van geo-informatie
in, alleen lopen ze in de praktijk vaak tegen problemen aan
wat betreft toegankelijkheid. Onder meer het versnipperd
eigendom van bestanden - die niet altijd zonder slag of stoot
worden vrijgegeven - en daarmee het moeten raadplegen
van verschillende sites om alles bij elkaar te sprokkelen. Het
is iets waar je niet altijd aan kan ontkomen, zeker wanneer je
project gebiedsbegrenzingen overschrijdt. Er zijn echter ook
aspecten die geen issue zouden mogen vormen. Verschil
lende sites hoeven geen probleem te zijn, als de informatie er
maar in dezelfde vorm af te halen is. In plaats daarvan lijken
verschillende bronnen soms slecht samen te gaan en komt
het voor dat materiaal alleen bekeken kan worden en niet
te exporteren of te bewerken is. Dan heb je zulke kwalitatief
goede informatie, en ben je alsnog aangewezen op een
printscreen. Toch een beetje jammer.
Hoewel de informatie dus zeker gewaardeerd wordt, is
er nog wel ruimte voor verdere verbetering. Niet dat het nu
enorm slecht is hoor... Jaren geleden hadden we een moord
gedaan voor zulk goed materiaal als wat er nu beschikbaar is,
terwijl je op dit moment soms door de bomen het bos niet
meer kan zien door de hoeveelheid beschikbare informatie.
Maar goed, ik zie ook dat er hard gewerkt wordt aan de ver
betering van de toegankelijkheid. Zo heeft Provincie Overijssel
al een aantal jaren een online viewer en geoportaal waar al
deze informatie beschikbaar is voor het publiek. Ook is de
provincie continu bezig om deze te verbeteren en actueel te
houden. Landelijk wordt het ook steeds beter met een project
als PDOK en de totstandkoming van basisregistraties. Toege
geven, voor de basisregistraties volledig op orde zijn, moet er
nog wel het één en ander gebeuren. De gedachte erachter is
in ieder geval goed en met de ontwikkeling hiervan zetten we
weer een stap de goede kant op, richting een bundeling van
informatie.
Ik verwacht dan ook dat mede dankzij dit soort projecten
geo-informatie de komende jaren steeds toegankelijker zal
worden voor het grote publiek. Plaatsing van die informatie
op een centraal en open platform zal het gebruik van die
informatie alleen maar verder bevorderen. Het zou burgers
en professionals in staat stellen zelf dingen uit te zoeken en
nieuwe ideeën te ontwikkelen met die kennis. Het kan daar
mee een ware revolutie ontketenen in planvorming. En vice
versa kan een toename van het gebruik van geo-informatie
weer een extra impuls geven aan de doorontwikkeling van
geo-informatie-systemen.
Sandra Jordans
Planner GIS en onderzoek
Provincie Overijssel
www.bnsp.nl/jong.professional
2016-1