dastrale kaart chalige topografie 4 I 2016-3 I Geo-Info 33 initiatieven op het gebied van het uitwisselen van geo-informatie tussen (semi-)overheidsor- ganisaties in Nederland. De betrokken partijen kunnen de initiatieven uitleggen aan hun eigen achterban op een manier die techniek, tijd en plaats onafhankelijk is. Hij vond een narratief anker in de GBKN. Deze basiskaart is een afspiegeling van de 'verhalen' van gemeenten, nutssector en Kadaster. Het onderzoek heeft uitgewezen dat het creë ren van meer consistentie tussen de kadastrale kaart en de BGT geen narratief anker is welke door de BGT-bronhouders en het Kadaster gedeeld wordt. Dit betekent niet dat het niet de wens is van beide partijen, maar wel dat de verantwoordelijkheid enkel bij het Kadaster ligt. Dit blijkt uit twee enquêtes die verstuurd zijn. Eén naar de gebruikers van de kadastrale kaart en één naar de bronhouders van de BGT. Verder zijn er betrokkenen vanuit onder andere Dataland, het Kadaster, SVB-BGT en Geonovum geïnterviewd. Samenwerking Uit de enquête die is verzonden naar alle BGT-bronhouders blijkt dat de meeste gemeenten, provincies en waterschappen geïnteresseerd zijn in samenwerking. Nadat de werkzaamheden rondom de realisatie en levering van de BGT achter de rug zijn, zouden de bronhouders kunnen helpen met behulp van hun gebiedskennis en accurate topografie. Het streven van de meeste bronhouders is om de civiele kunstwerken en de gebouwen in te meten met een 2 tot 5 cm precisie (respectie velijk gemiddeld 39% en 46% van het totale areaal aan civiele kunstwerken en gebouwen). Dat zijn de belangrijkste referentieobjecten voor het op de juiste plaats leggen van de grenzen op de kadastrale kaart. De verant woordelijkheid ligt hierbij heel nadrukkelijk bij het Kadaster. Bij inconsistentie wordt deze partij erop aangekeken en heeft ook wat uit te leggen. Daarom is het kadaster op zoek naar een dialoog met de BGT-bronhouders. Deze dialoog moet ook gevoerd worden om gevoeligheden uit het verleden te overkomen. De enquêtes en de gevoerde gesprekken 0* Accunt,' AC.lÜ ty C=me Cfcm:itrnEY ET 11% Rtrk 100* 3-120% «4 Figuur 4 - Eigenschappen kadastraie kaart gerangschikt naar mate van beiangrijkheid. maken namelijk duidelijk dat er in het verleden wel eens ruis op de lijn was. Gebruikerservaring De vraag of er een probleem is ligt bij de gebruikers. Beide kaarten voldoen aan hun doel, de kadastrale kaart functioneert als index op de kadastrale registratie bij het Kadaster en de BGT geeft de topografie zo accuraat mogelijk weer (afhankelijk van de bronhouder). De enquête, beantwoord door een kleine 1.900 gebruikers, laat zien dat consistentie tussen beide kaarten als minst belangrijk wordt gezien. Accuraatheid wordt als meest belangrijk ervaren, vervolgens actua liteit en compleetheid. Belangrijk hierbij te benoemen is dat een hoge accuraatheid voor beide kaarten automatisch resulteert in meer consistentie. Een manier om met deze situatie om te gaan kwam naar voren uit de gedane interviews: "Confronteer de gebruiker maar met de verschil len, dat zorgt dan weer voor gevoig, zodat de verschiiien weggepoetst gaan worden." (Geonovum) "Ais je nou zou zeggen we wiiien die trottoirband op de kadastraie kaart met een nauwkeurigheid van 2 tot 5 cm in de kaart hebben en de ondergrond heeft dat niet en je gaat dan bijvoorbeeid gebruik maken van het reconstructiemateriaai om die grens er goed op te ieggen en de BGT wordt niet aangepast dan krijg je natuuriijk weer interpretatie verschiiien. Dan zie je twee dingen die eigeniijk hetzeifde zijn, ais twee verschiiiendegeometrieën gerepresenteerd worden. Dat is nou net wat we met de vorige afstemming hebben wiiien eiimineren, zeg maar. Het is wei heei beiangrijk om die afstemming ook te bewaren. En ais je dus geometrisch verbetert, dat je dan ook inderdaad het bron materiaai mee gaat nemen. Ik denk niet dat de bronhouders er aan toe zijn om dat te gaan doen." (SVB-BGT) Het citaat maakt des te meer duidelijk dat het Kadaster aan zet is. Het Kadaster is in ieder geval hard bezig om de kwaliteit van de kadastrale kaart en de processen die eraan ten grondslag liggen te verbeteren. Daarnaast wil het zich transparanter gaan opstellen in de communicatie over de kwaliteit van de producten. De toekomst zal leren of de hier bepleite afstemming er gaat komen! Dit is onbewust al de realiteit. Beide kaarten kunnen met elkaar vergeleken worden in PDOK waarvan figuur 1 een voorbeeld is. Wan neer deze confrontatie leidt tot het wegpoet sen van die verschillen dan moet er wel goed nagedacht worden over hoe de processen in te gaan richten: Aiexander Boersema is GIS anaiist bij de afdeiing Basis informatie van de Gemeente Rotterdam en bereikbaar via as.boersema@rotterdam.ni.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2016 | | pagina 35