ÖARCADIS
ARCADIS NEDERLAND BV
2016-4 I Geo-Info
33
Meerderheid duidelijk voor B.
week aan de meet.'Er rest nog een beperkt
groepje probleemgevallen'. Arjen zag veel
informatieprojecten fout gaan, maar ziet dat de
BGT toch iets gebracht heeft: 'Dit project lijkt suc
cesvol te zijn. Het is nu de kunst om de inspan
ningen maximaal te laten renderen onder andere
door verbindingen aan te gaan met andere
domeinen'. Ruud zegt gestart te zijn met de BGT
i.o. De meest voor de hand liggende ontwik
kelingen kunnen eenvoudig worden bijgeplaatst
door een aantal best practices op te nemen in
de standaard. Op weg naar 2020 hebben we
daar nog wel even de tijd voor. Een doorontwik
keling naar 3D ligt voor de hand en zal in het
najaar van 2016 verder worden vormgegeven.
Hij kwam nog even terug op de tenenkrom-
De interactieve demo buiten.
mensen'. Het betoog was duidelijk op een ander
abstractieniveau aangekomen en ging inmid
dels over samenwerken in vertrouwen en het
nemen van verantwoordelijkheid. Hierbij werd
het aloude 9-vlaksmodel nog eens uit de doeken
gedaan. Aan het eind van zijn betoog gaf Han
mee: 'Hoe verder? Gewoon doen! Ga aan de slag
met die verschillijsten'.
Hierna was het aan Ruud van Rossem (bekend als
de 'bonte hond') en Arjen Adriaanse (programma
directeur BIM, UT) om terug en vooruit te
blikken. De eerste was behoorlijk tevreden met
de behaalde resultaten. Er is belangrijk werk
gedaan. De kopgroepjes zijn binnen en we kijken
terug op de proefproductie die met leukoplast
en paperclips aan elkaar werd gehouden.
Het peloton kwam pas in 2015 goed op gang
en momenteel melden zich 4 bronhouders per
mende praktijksituatie uit de BGT-guiz: het was
overduidelijkdat daar maar wat aan gefröbeld
was. Onwenselijk (uit piëteit voor betrokkenen
beelden we deze situatie nu niet af). Met betrek
king tot die kwalitatieve aspecten af hij aan dat er
in 2017een kwaliteitscheckzal worden opgezet.
Vanuit deze nulmeting zal in een reeks van
jaren gemonitord worden hoe de BGT zich per
bronhouder doorontwikkeld. Er zal naar analogie
van het belastingformulier aan de hand van een
aantal prozaïsche vragen gekeken worden naar
de relatieve positie door middel van zelfevalu
atie. Daarbij zal gelet worden op de kwaliteit van
zowel data als bijhoudingsprocessen.
Al met al een goed verzorgde, interactieve och
tend met de klant, die daardoor het gevoel zou
krijgen dat er goed voor hem gezorgd wordt.
De opbouwprojecten zijn min of meer afgerond.
Nu komt het echte werk.
Roelof Keppei