L-J 2016 vi' I COMMON VIS JON CONFERENCE 201£ 1 MIGRATION TO A SMART WORLD l M i I I 2016-5 I Geo-Info 17 er zijn minimale gemeenschappelijke planning principes voor interregionale zeeën. Sessie 3: Wat hebben we nodig voor slimme interoperabiliteit? Deze sessie richt zich op de volgende gebieden: harmonisatie, semantiek en standaardisatie. Hoe kunnen we het stimuleren van politici om juridische kaders tussen de landen te harmo niseren, zodat grensoverschrijdende transactie in vastgoed en de uitwisseling van relevante informatie effectiever kan zijn? "We kwamen erachter dat een holistische aanpak nodig is voor interoperabiliteit tussen overheden, bedrijven en burgers. De burgers zijn de meesters van de sociale onderneming, tijdens de Franse Revolutie hadden we het ook al over open data" aldus Abecasis. In 2010 is het European Interoperability Framework (EIF) gecreëerd en herzien in 2016. Vierentwintig landen hebben EIF al in de openbare diensten ingevoerd. De ISA is het EU-programma (2016 2020) voor het bereiken van INTEROPERABILITEIT frameworks en oplossingen voor het Europese publiek, nationale instanties, ondernemingen en burgers (ISA2). Dit programma bevat 9 arrange menten inclusief geo-spatial oplossingen. Het Europese Location Framework (ELF) is bedoeld om de toegang tot pan-Europese kaarten en grensoverschrijdende informatie te verbeteren. Het doel van ELF is iedereen aan te sluiten op geo-informatie. De kracht van geo-informatie wordt ontketend als nooit tevoren. ELF is een gateway die voldoet aan INSPIRE-eisen. Tijdens de afsluitende discussie wordt door Barbieri betoogd dat we moeten kijken naar de behoeften van de markt. Voor een lange termijn strategie en wetenschappelijke theoretische informatie is geen tijd voor. Onze gemeenschap kan alleen slagen als we handelen en stoppen met praten. Er is een kern van drie landen die hoog scoren op digitale openbare diensten (NL, DK, ES). Men concludeerde dat de basisregisters de versnellers zijn van de openbare moderni sering en het is onze taak dit aan de burgers te garanderen. Openbare raadplegingen onthullen veel gebrek aan vertrouwen (Arvanitis). Dinsdag 7 juni, welkomstsessie, tweede dag Joep Cromvoets presenteert "Smart Gover nance voor het migreren naar een Smart World". Het publiek heeft een Smart World nodig om welvaart voor iedereen in de wereld te kunnen stimuleren en iedereen beter met elkaar te kunnen verbinden. Daarom is het nodig dat we beter definiëren wat bedoeld wordt met smart voordat we kunnen beginnen te begrijpen hoe we moeten migreren naar een Smart World. Een Smart World is geen utopie, noch een denkbeeldige plek en het is zeker haalbaar. Het is een wereld waarin alles met elkaar verbonden is. Het bestaat uit innovatieve en interactieve technologieën en/of het internet der dingen. De wereldbevolking creëert meer en meer data elke dag. Denk aan tweets, Facebook- berichten, LinkedIn-verhalen evenals geplaatst foto's, video's en eindeloze andere online opmerkingen. Er wordt geschat dat elke persoon 300MB aan data per dag produceert. Deelnemers aan sessie 2 over mariene Kadasters. Er zijn veel mensen op sociale media aan gesloten en overheden investeren meer in cloud-oplossingen. Microsoft investeert zwaar in onderzoek en ontwikkeling van "cloud-technologie en veilig heidsdiensten". Slechts 0,5% van de gegevens worden geanalyseerd. Sociale media staat eigenlijk nog in de kinderschoenen. Overhe den hebben een belangrijke rol te spelen in deze ontwikkelingen. De criteria voor goed bestuur zijn performance, verantwoordelijk heid, verantwoordingsplicht, transparantie, het beleid voor het waarborgen van de resultaten, rechten en plichten. Maar er is nog steeds een knelpunt voor de ontwikkeling van een Smart Wereld. Om een Smart World met zo veel verbindingen en data te ontwikkelen, is er een sterke behoefte aan duidelijke wetten en regels, een gezonde concurrentie en markt en een diepgaande samenwerking nodig. Sessie 4: De toekomst van de locatie infrastructuur Kadasters openbare registers en topografische diensten zijn meer en meer belangrijke spelers in de nationale infrastructuur voor ruimtelijke gege vens geworden. Is dat het einde van ouderwetse land registratie? Interoperabiliteit zal zegevieren in het kadastrale domein. Denk na over kabels en leidingen portals, 3D-kadasters en geodata-win- kels, zoals het Nederlandse PDOK dat landelijke datasets voor en door overheidsorganisaties ont sluit. Wat is de impact van ELF, EULIS en Inspire en hoe kunnen we de toegevoegde waarde van deze kaders optimaliseren. Wij hebben gesproken over de ontwikkeling van het Europese Locatie kader (ELF) als gevolg van de langdurige Europese samenwerking. Reeds in 1992 vond in Amsterdam een bijeenkomst plaats: GIS Europa. Deze eerste gesprekken gingen over lagen op de kaart en naadloze data die leidde tot de realisatie van ELF. We moeten deze dialoog (Pauknerova) voort zetten. ELF is daarmee een sterk voorbeeld van samenwerking tussen overheidsinstanties.. De Europese Location Service (ELS) begon in 2013 en bestaat tegenwoordig uit 12 functies uit gevoerd op authentieke topografische gegevens en biedt zoekmogelijkheden via een interactieve kaart. De dekking van Europa is minimaal, maar wel groeiende. ELS zou enorm zijn. Met de hulp van de EG en EuroGeographics voor de technische infrastructuur, kunnen we op lange termijn ons doel bereiken: het verkrijgen van een volledige Europese dekking (Mick Cory). Het Nederlandse systeem PDOK is kosteneffec tief, gebruiksvriendelijk en een goed voorbeeld van samenwerking tussen de verschillende over heden en overheidsinstanties. PDOK ontvangt

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2016 | | pagina 19