Van city naar Smart City
fl|+ 8i+ j %3 <0
Ontbrekende systemen:
Big Data leidt tot
information overload
Het Geo-ICT architectuur perspectief
Volgens verwachtingen van
de Verenigde Naties zal in
2050 ongeveer 66% van de
wereldbevolking in stedelijke
gebieden wonen. Om steden
leefbaar te houden, moeten ze de
komende jaren duurzamer worden.
(Geo-)ICT kan ondersteunen bij het
beter organiseren van menselijke
activiteiten en het optimaliseren
van goederenstromen (energie,
water, voedsel, vuilnis etc.) in
onze steden. Steeds meer steden
hebben daarom de ambitie om
een Smart City (slimme stad) te
worden. Ambities en plannen
voor Smart Cities hebben
impact op bestaande (Geo-) ICT
infrastructuren. Dit artikel beschrijft
welke aanpassingen nodig zijn
om een smart city architectuur
te realiseren.
8
Geo-Info 1 2016-6
Door Erik van der Zee
Er zijn verschillende definities van Smart Cities.
Volgens Neelie Kroes (voormalig EU Commis
saris) zijn Smart Cities: "Steden die weten wat ze
willen en die anders willen doen. Die samen met
hun inwoners, bedrijven en organisaties bepalen
hoe ze dat op een innovatieve manier gaan
realiseren. Dit kan door het slim toepassen van
ICT om bijvoorbeeld vraagstukken rond vervoer,
gezond ouder worden of efficiënt energiever
bruik op te lossen. Smart Cities leggen zo een
verband tussen ICT, gebouwde omgeving en de
samenleving" [i].
Bij 'smartness' draait het enerzijds om de
beschikbaarheid van ICT-middelen in een stad
(hardware, software, data opslag en netwerken)
en anderzijds in welke mate en de wijze waarop
die ICT-middelen slim worden ingezet om
operationele processen in een stad efficiënter
te laten verlopen. Het hogere doel daarbij is
het realiseren van de doelstellingen die het
stadsbestuur zichzelf stelt (bijvoorbeeld minder
files, minder luchtvervuiling, minder lawaai
enzovoorts).
Internet of Things (IoT)
De ontwikkeling van Internet of Things vormt een
belangrijke basis voor Smart Cities. Steeds meer
dingen in de stad worden slim. Dat wil zeggen
dat we ermee kunnen communiceren, ze vragen
stellen of opdrachten geven. De dingen kunnen
zichzelf en hun omgeving waarnemen ('sensing'),
ze kunnen ook handelen ('acting') en worden
steeds intelligenter. Met de snelle vooruitgang
in Artificial Intelligence (AI) zijn slimme dingen
steeds beter in staat om zelfstandig beslissingen
te nemen en te handelen zonder directe aanstu
ring van de mens ('autonomous agents').
Van ieder 'Thing' kan in principe een 'Smart
Thing' worden gemaakt door het te voorzien
van een microcomputer (Arduino, Raspberry Pi
enzovoorts), sensoren en/of actuatoren, inter
net verbinding (LoraWan, 3G, Wifi enzovoorts.),
digitale identiteit (vindbaarheid op het
internet), en een API waarmee met het ding
kan worden gecommuniceerd (zie figuur i).
Doordat hardware steeds kleiner en goedko
per wordt, en internetverbindingen steeds
betrouwbaarder en sneller, is het haalbaar en
betaalbaar om een gehele stad te voorzien
van Smart Things ('Internet of Things').
Naar verwachting zullen in 2020 ongeveer
50 miljard slimme dingen met het internet
verbonden zijn [2].
Big Data
Al deze slimme dingen samen produceren een
enorme hoeveelheid real-time waarnemingen
('Big data'). Deze data kan direct gebruikt
worden voor real-time analyses, worden
opgeslagen voor analyses van trends en
patronen (data-mining), of voor het berekenen
van toekomstscenario's (predictive analytics).
Big Data is ook input voor deep learning
algoritmes (Artificial Intelligence). De verschil-
Figuur 1 - Ingrediënten voor een Smart Thing. (bron: auteur)